RenovatieTotaal 3 - 2022

Hét platform voor de renovatiesector ACTUEEL Tweede leven voor glazen wanden Rembrandt Park One 6 INTERVIEW “We zitten niet in een woningcrisis, maar in een woningdrama.” 36 INSTALLATIES Hybride warmtepomp nieuwe standaard vanaf 2026 39 N UMM E R 3 | J A A R G A N G 12 | J U N I 2 0 2 2 Circulaire gevel voor PI Sittard Pag. 8 Thema: Dak- en gevelrenovatie

De eerste naadloze wandoplossing voor een sfeervol interieur Ambiwalls, de kant-en-klare decoratieve wandpanelen waarmee u met één klik een wand kunt plaatsen. Dit merk onderscheidt zich door een unieke klikverbinding waarmee nu voor het eerst een zo goed als naadloos eindresultaat gerealiseerd kan worden. Ambiwalls wandpanelen hebben een basis van spaanplaat en zijn afgewerkt met een hoogwaardige decoratieve folie, beschikbaar in talloze dessins. Ideaal voor renovatie en nieuwbouw De wandpanelen van Ambiwalls zijn praktisch overal toe te passen. Met name in de renovatiemarkt zijn de panelen een welkome oplossing. Projecten zijn veel sneller te realiseren, met minder overlast. De wandpanelen worden schoon en droog geplaatst, waardoor de ruimte razendsnel weer in gebruik genomen kan worden. De wandpanelen zijn daarnaast zeer onderhoudsvriendelijk; de toplaag is eenvoudig af te nemen met een vochtige doek. Ambiwalls is verkrijgbaar via de hout- en bouw materialenhandel. Meer informatie? Ga naar www.retbouwproducten.nl Vraag gratis een staal aan! > Met één klik een decoratieve wand > Schoner en makkelijker werken > Na verwerking klaar voor gebruik > Voor iedere stijl een passend dessin P O W E R E D B Y

3 nr. 3 Juni 2022 Redactioneel COLOFON In dit nummer RenovatieTotaal is een onafhankelijke informatiebron en verschijnt 7 maal per jaar. RenovatieTotaal gaat over renovatie, restauratie, herbestemming, onderhoud, op- en aanbouwen en alles wat met de bestaande bouw te maken heeft. Jaargang 12, nummer 3, juni 2022 Uitgever Hugo Arends (0570) 861007 E-mail: hugo@handelsuitgaven.nl Hoofdredactie Harmen Weijer redactie@renovatietotaal.nl Redactie Frank de Groot Paul Engels Medewerkers Haico van Nunen Willard van Reenen Marketing & Communicatie Maxime Wendt (0570) 768642 E-mail: maxime@handelsuitgaven.nl Advertenties Tom Sotthewes (0570) 654660 E-mal: tom@handelsuitgaven.nl Abonnementen Mirjam Nijbroek (0570) 861009 E-mail: mirjam@handelsuitgaven.nl Ontwerp en Opmaak Bureau OMA, Doetinchem www.bureauoma.nl Cover Gevelbeplating van PI Sittard na ‘opfrissing’ opnieuw gebruikt (pag. 9) Druk Rodi Rotatiedruk RenovatieTotaal is een uitgave van Nederlandse HandelsUitgaven BV Postbus 2273, 7420 AG Deventer Maagdenburgstraat 22 7421 ZC Deventer Tel. 0570 – 861009 E-mail: mirjam@handelsuitgaven.nl Copyright Niets uit deze uitgave mag op enigerlei wijze worden overgenomen zonder de nadrukkelijke schriftelijke toestemming van de uitgever. Deze uitgave is zorgvuldig en naar het beste weten samengesteld. Uitgever en auteurs kunnen echter niet instaan voor de juistheid of volledigheid van de informatie. Zij aanvaarden dan ook geen enkele aansprakelijkheid voor schade, van welke aard dan ook, als gevolg van handelingen of beslissingen die op deze informatie zijn gebaseerd. Thema Dak- en Gevelrenovatie: Gevels DNB naar zorgwoningen 14 Bouwhistorie: Hoe functioneert een plattegrond? 35 Installaties: Transformatie kantoorgebouw Zoetermeer 44 5 Actueel 7 Column 9 Dak- en gevelrenovatie: Project in Beeld 11 Dak- en gevelrenovatie: Optoppen 13 Dak- en gevelrenovatie: Galerijflats veiliger 17 Dak- en gevelrenovatie: Tweede leven voor huurwoningen 19 Dak- en gevelrenovatie: Museon-gebouw nieuwe gevel 27 Dak- en gevelrenovatie: Productoverzicht 33 OudNieuw 36 Interview burgemeester Bert Wijbenga 39 Installaties-Actueel 41 Installaties-Solar 42 Installaties: Project Shell-kantoor 47 Productoverzicht Duidelijkheid Onder druk wordt alles vloeibaar, is een veel gebezigd spreekwoord in de technische wereld. En dit keer gaat hij op in de installatietechniek. Want de energietransitie in de gebouwde omgeving gaat niet snel genoeg, terwijl Rusland de aardgaskraan dichtdraait. Het gevolg: energieprijzen schieten door het dak. We merken het bij alle prijzen: aan de pomp, in de winkels en aan vooral de aardgasprijs voor thuis. Als je nu denkt: ‘Ik wil over een paar maanden een warmtepomp, want de wereld is dus van god los, maar ik wil van gas los.’ Dan heb ik slecht nieuws: de wachtlijsten voor het installeren van een warmtepomp zijn ellenlang. Er zijn geen materialen beschikbaar (denk aan chips en andere elektronische onderdelen. En op dat moment komt het kabinet met de mededeling: vanaf 2026 wordt een hybride warmtepomp standaard in iedere woning. Dat gaat het kabinet doen door de normering aan te scherpen, waarbij hogere eisen gesteld worden aan de efficiëntie van verwarmingsinstallaties als de cv-ketel aan vervanging toe is. Onder voorwaarde dat de woning of het gebouw wel daartoe geschikt is. Het is een direct antwoord op de vraag vanuit de installatiesector en industrie om vooral de hybride warmtepomp aan de man te brengen. Door dit nu al aan te kondigen is het kip en het ei-dilemma doorbroken. Fabrikanten kunnen investeren in een gerichte technologie en installateurs in opleidingen. Tja, dat klopt, maar het is opmerkelijke doorbraak van het marktdenken van het kabinet van de afgelopen decennia. Immers, voorheen wilde de overheid geen technologie voortrekken, maar in deze tijden van (energie)oorlog en -transitie mag het klaarblijkelijk wel. Grote vraag: waarom nu pas? Twintig jaar geleden startte de energietransitie in Nederland, ik was er bij. En de overheid stimuleerde dat ze ons weegde, maar streng normeren was vloeken in de kerk. “We hebben een ramp nodig om de energieomslag te versnellen”, zei een hoogleraar tegen mij in 2004. Hij heeft gelijk gekregen. Harmen Weijer Hoofdredacteur RenovatieTotaal Reageren? redactie@renovatietotaal.nl

ScanMeer info 0162 31 41 66 | verkoop@duofor.nl | www.duofor.eu Voordelen YBS SuperQuilt • Effectief in de winter en zomer door reflectie van stralingswarmte • Bestaat voor 83% uit gerecyclede materialen • Eenvoudig, snel en schoon monteren • Onder- en bovendaks toepasbaar • Ook toepasbaar in wand en vloer Besparen op uw energierekening met dakisolatie van YBS SuperQuilt Bent u bezig met het renoveren van uw dak? Dan kan een goede isolatie niet ontbreken! Het isoleren van uw dak is een slimme investering, er kan namelijk tot wel 500 euro per jaar worden bespaard op stookkosten. SuperQuilt toegepast in een dak houdt uw zolder tot wel 8 graden koeler in de zomer. YBS SuperQuilt is dé nieuwe isolatiestandaard. Het bestaat uit meerdere isolatielagen afgewisseld met reflecterende folie. De toplagen van gewapend en gecoat aluminium zijn dampdicht, het is dus isolatie en dampscherm in één product! Scan voor meer info

5 nr. 3 Juni 2022 Actueel Verbouwing kantoorpand tot studentenhuisvesting in Leeuwarden In Leeuwarden wordt een deel van een voormalig KPN kantoorpand omgebouwd tot 183 zogeheten ‘City Lofts’, bedoeld voor studenten. De klus wordt gerealiseerd door Aannemingsmaatschappij Friso in opdracht van XIOR Student Housing. De verbouwwerkzaamheden van de City Lofts, die zijn ontworpen door Adema Architecten, zijn begin mei opgestart. Het gaat om de verbouw van een gedeelte van het KPN-gebouw aan de Tweebaksmarkt in de binnenstad van Leeuwarden, waarvan een klein gebouwdeel in gebruik genomen blijft door KPN zelf. Het ontwerp bestaat uit twee aparte invullingen voor het gebouw. Een uitbreiding van Post-Plaza Hotel & Grand Café aan de voorzijde van het gebouw, dat wordt uitgevoerd door Friso-dochter Jurriëns Noord, en de 183 studenteneenheden voor XIOR aan de achterzijde van het gebouw. De woningen zullen zich kenmerken door de hoge plafonds met een industrieel karakter. Ze worden voorzien van een open keuken en badkamer met toilet. De gemiddelde woonoppervlakte van de woningen wordt 23 m2. De meeste werkzaamheden worden inpandig uitgevoerd, waardoor de authentieke uitstraling van het pand behouden blijft. Hier en daar worden in de gevel en in het dak plaats gemaakt voor ramen om meer lichtinval te realiseren. Aan de kant van de binnentuin wordt een nieuwe entree gemaakt. De balkons op de derde verdieping worden inpandig gerealiseerd. De verwachting is dat de woningen in de zomer van 2023 worden opgeleverd. Boon Edam start grote renovatie hoofdkantoor Edam Het hoofdkantoor van Koninklijke Boon Edam in Edam wordt geheel gerenoveerd. Het pand stamt uit 1970 en was destijds een prijswinnend gebouw in de gemeente Edam-Volendam. In de afgelopen 50 jaar zijn er gebouwen van Boon Edam toegevoegd, gerenoveerd en opgeknapt op het omliggende bedrijventerrein. Het kantoorgedeelte van het hoofdkantoor heeft in de afgelopen decennia het noodzakelijke onderhoud gehad, maar een grootse verbouwing is achterwege gebleven. Het kantoorgebouw is daarom nu toe aan een grootschalige vernieuwing, zowel van binnen als van buiten. In december 2021 is gestart met de renovatie. “De duurzaamheid van het huidige pand kan vele malen beter en de indeling sluit niet meer aan bij onze nieuwe manieren van (samen)werken. Daarnaast past de uitstraling van het huidige gebouw niet meer bij ons premiummerk“, aldus Niels Huber, CEO en eigenaar van de Boon Edam Group, In het nieuwe kantoorgebouw zal een aantrekkelijke werkomgeving gecreëerd worden, die niet alleen mooi en gedegen is, maar ook flexibel, comfortabel, functioneel en inspirerend, aldus het bedrijf. Elektrische 160 ton rupshijskraan in gebruik genomen Bouwbedrijf VolkerWessels heeft onlangs een nieuwe elektrische 160 ton rupshijskraan in ontvangst genomen. Deze rupshijskraan kan een volle werkdag functioneren zonder aan de groene stekker te moeten. VolkerWessels Materieel & Logistiek (VWML) introduceert met deze kraan een opmerkelijke emissieloze speler op de duurzame bouwplaats. De investering in een elektrische rupshijskraan is volledig in lijn met eerdere investeringen in duurzaam materieel door VolkerWessels en diverse dochterondernemingen. Zo werden er de afgelopen periode elektrische asfaltspreidmachines, walsen en trilapparaten aangekocht. VolkerWessels werkt op die manier aan haar duurzaamheidsambitie: emissievrij in 2030. VolkerWessels heeft gekozen voor het model EC160, een 160 ton rupshijskraan met 42 meter hoofdgiek en 43 meter beweegbare jib. Daarnaast zijn twee verwisselbare batterijboxen, voorzien van elk 130 kWh, toegevoegd. Deze LFP accu’s zijn 100% recyclebaar, omdat ze geen zuren of zware metalen bevatten. Dick van de Laar, directeur bij VolkerWessels Materieel & Logistiek: “Door te investeren in 100% elektrisch hijsen voegen we de daad bij het woord in het realiseren van onze duurzaamheidsambities. We werken op deze manier aan een emissievrij VolkerWessels in 2030.”

6 nr. 3 Juni 2022 Actueel Glazen wanden uit Rembrandt Park One krijgen tweede leven in mbo-school Utrecht Bij de transformatie van het voormalige Ringparkgebouw in Amsterdam, inmiddels genaamd Rembrandt Park One, waren glazen wanden over, terwijl bij de renovatie van MBO Utrecht glazen wanden nodig zijn. Daarom zijn de projecten van Dura Vermeer met elkaar verbonden. Aanvankelijk had MBO-school in Utrecht de raamkozijnen wegens budgettaire overwegingen zelfs al uit het ontwerp geschrapt en vervangen voor daklichten. Totdat het uitvoeringsteam van MBO Utrecht een bezoek bracht aan een ander Dura Vermeer project, de transformatie van Rembrandt Park One in Amsterdam. Stort “We stuitten in het gebouw op glazen wanden die afgevoerd zouden worden naar de stort”, vertelt Melvin Kropf, werkvoorbereider voor het project MBO Utrecht. “Zo ontstond het idee om de glazen wanden uit Rembrandt Park One toe te passen in het ontwerp voor MBO Utrecht. Onze opdrachtgever was enthousiast over het idee en zo is het balletje gaan rollen.” En omdat de circulaire sloper, die de eerste keus voor de glazen wanden had, geen opkoper kon vinden, vormden de wanden een circulaire én budgettaire kans voor de opdrachtgever van MBO Utrecht. Dit omdat de glazen wanden ten opzichte van de daklichten een stuk goedkoper waren. De glazen afscheidingswanden zijn circa een jaar geleden uit Rembrandt Park One geoogst en begin april geplaatst op hun nieuwe locatie in het schoolgebouw van MBO Utrecht. Grote opknapbeurt voor Pepergasthuis in Groningen Woningcorporatie Lefier geeft het Pepergasthuis in het centrum van Groningen een flinke opknapbeurt. Zowel aan de woningen als aan de kerk en algemene ruimtes wordt onderhoud uitgevoerd. Daarmee brengt Lefier dit eeuwenoude, bijzondere monument weer in goede staat. Onlangs gingen de werkzaamheden van start. Naar verwachting duurt het project tien maanden. Er staan diverse werkzaamheden aan de buitenkant op het programma. Daarbij wordt uiteraard rekening gehouden met het monumentale karakter en historische uitstraling van het gasthuis. Het gehele gebouw krijgt nieuwe daken, waarbij de oorspronkelijke dakpannen behouden blijven. Alle houtwerk wordt gecontroleerd op houtrot, waar nodig hersteld en opnieuw geschilderd in de huidige kleur. Verder wordt beschadigd metselwerk en voegwerk hersteld en het stucwerk hersteld, gereinigd en geschilderd. De 29 woningen worden gemoderniseerd, zodat ze meer comfort bieden. Ze krijgen een nieuwe keuken, badkamer en toilet, een nieuwe elektra groepenkast en rookmelders. Er komt betere isolatie op de zoldervloer en een nieuwe mechanische ventilatiebox die stiller en energiezuiniger is. Ook krijgen de woningen nieuwe, geïsoleerde dakramen en dakkapellen. Op plaatsen waar isolatieglas niet mogelijk is wordt achterzetbeglazing geplaatst. “Het is een monument, daardoor zijn de mogelijkheden voor verduurzaming beperkt”, vertelt Elles Dost, bestuurder Lefier. “We kunnen geen zonnepanelen of warmtepompen plaatsen, wel verbeteren we de isolatie. Met de aanpassingen hebben bewoners straks een karakteristieke, historische woning met eigentijds wooncomfort. En ze hoeven daarvoor geen huurverhoging te betalen.” Het Pepergasthuis is gesticht in 1405 als onderkomen voor arme pelgrims. Het bestaat uit 29 sociale huurwoningen, een kerk, een eetzaal met historische keuken, een Voogdenkamer en een hoftuin. In 1989 kwam het in handen van (een van de voorgangers van) Lefier, die het restaureerde en daarna de verhuur van de huizen verzorgde. Enkele jaren geleden had Lefier plannen om het Pepergasthuis te verkopen. Maar eind 2020 zijn de gemeente, de beoogde koper en Lefier met elkaar overeengekomen dat Lefier eigenaar blijft van het Pepergasthuis. Energielabel A++ voor provinciehuis Groningen Het provinciehuis aan de Sint Jansstraat 4 in Groningen is onlangs van energielabel C naar energielabel A++ gegaan. Gedeputeerde Fleur Gräpervan Koolwijk onthulde het energielabel samen met John Ottens, directeur van BAM Bouw en Techniek, de hoofdaannemer van het ingrijpende renovatieproject. Het noodzakelijke technische onderhoud aan de buitenzijde was voor de provincie een mooie gelegenheid om het gebouw verder te verduurzamen en het binnenklimaat te verbeteren. Dit nadat het provinciehuis een jaar eerder ook al afscheid had genomen van het gas. Met de afronding van de renovatie heeft de provincie een flinke duurzame stap vooruit gezet. Energielabel A++ voor een gebouw uit de jaren '90 en deels zelfs uit de jaren '60 is een flinke opgave. De nieuwe zonnepanelen op het dak wekken op jaarbasis meer stroom op dan het gemiddelde verbruik van 80 huishoudens. En doordat het gasverbruik van het pand tot nul is teruggebracht bespaart de provincie gemiddeld 250.000 kuub gas per jaar. Dit staat gelijk aan het gemiddelde verbruik van meer dan 200 huishoudens. Ruim 5.000 vierkante meter dak is voorzien van nieuwe isolatie en dakbedekking of pannen. Daarnaast zijn er ruim 650 nieuwe zonnepanelen (400 watt piek per stuk) op het dak neergelegd. 366 kozijnenpartijen van kantoorkamers zijn vervangen. Meer dan 10 kilometer kierdichting is toegepast. Ten slotte is een sedumdaktuin aangelegd en een binnentuin met meer dan 800 bloembollen bij de nieuwe entree.

Al meer dan 30 jaar uw specialist in voorbereiding van vloeren en oppervlakten De beste basis onder iedere afwerking www.nieuwenhuis.nl 7 nr. 3 Juni 2022 Column In elk nummer van RenovatieTotaal geeft dr.ir. Haico van Nunen zijn mening over een aspect van ‘de renovatiewereld’. Haico van Nunen is adviseur bij BouwhulpGroep en lector Duurzame Renovatie bij het kenniscentrum Duurzame HavenStad van Hogeschool Rotterdam. Verplicht duurzaam Het is dan toch zo ver. De overheid gaat meer afdwingen in de verduurzamingsopgave. Afgelopen week kondigde de minister aan dat vanaf 2026 de cv-ketel niet meer simpelweg vervangen mag worden door een nieuw exemplaar. Voor eigenaren en bewoners betekent dit op zijn minst een overstap naar een hybride ketel. Een keuze die we uit onszelf niet snel zouden maken. Dit installatienieuws werd net voor de VSK-beurs gemeld. Tegelijkertijd werd ook de Renovatiebeurs georganiseerd. Helaas was daar nog geen verduurzamingsnieuws te melden. Geen verplichte isolatiewaarde bij renovatie, geen prestaties voor de bestaande bouw. Natuurlijk heb je de Standaard en de Streefwaarde, maar beiden zijn nog vrijblijvend. Er is dus meer sturing nodig vanuit de overheid. Je ziet nu, dat pas als de energieprijzen stijgen, mensen in actie komen om te verduurzamen, met name om grip te houden op hun woonlasten. Maar bewust nadenken over strategisch duurzame kwaliteit en betaalbaar wonen is toch iets anders. De afgelopen jaren heeft de transitie wat mij betreft aardig stil gestaan op het vlak van duurzame renovatie. De enige groep die wel stappen maakte, zij het bescheiden, waren de woningcorporaties. Een branche die ondanks beperkingen door de verhuurdersheffing toch een maatschappelijke verantwoordelijkheid blijft nemen. Maar op de particuliere markt (eigenaar-bewoner en verhuurders) gebeurde nagenoeg niets. Vreemd als je bedenkt dat deze groep 70% van de gebouwde omgeving betreft. En als er al iets gebeurde was dat vanuit een energieloket ingegeven en werden spouwen geïsoleerd en zonnepanelen ingekocht. Bij lange na niet genoeg voor de duurzaamheidsambities in te vullen of later voor een hoge CO2-impact gaan zorgen. Het is niet voor niets dat de landelijke ambities achter blijven bij de in Europa gemaakte afspraken. De vraag is waarom we dan nauwelijks iets te horen vanuit deze landelijke en lokale overheid over die achterstand? Persoonlijk verwacht ik dat landelijk de ambitie over duurzaamheid beter over het voetlicht wordt gebracht. Dusdanig dat lokale overheden op deze kennis kunnen voortbouwen. Maar de laatste keer dat gemeenten een actieve rol namen bij de uitvoering van het wonen dateert alweer uit de jaren ’80 (de stadsvernieuwing). Daarna is alles ‘aan de markt’ overgelaten. Maar je merkt dat een dergelijke grote en integrale opgave, een transitie, niet zomaar aan de markt over gelaten kan worden. Ten minste niet als je ook vindt dat iedereen mee kan en moet kunnen doen. Fantastisch nieuws wanneer duurzame oplossingen verplicht worden gesteld. Maar het zou wel fijn zijn als dezelfde overheid tegelijkertijd ook faciliteert in betaalbare en uitvoerbare oplossingen om deze transitie voor iedereen draagbaar te maken. Want met alleen een hybride pomp zijn we er nog niet. Parkvilla in Alphen weer als nieuw Meer dan een eeuw geleden deed het gebouw dienst als school en kindertehuis. Tegenwoordig halen kunst- en cultuurliefhebbers hun hart op in het statige Parkvilla in Alphen aan de Rijn, nadat bouwbedrijf Coen Hagedoorn Bouwgroep het achterstallig onderhoud van het pand heeft aangepakt. Het achterstallig onderhoud van Parkvilla hield onder meer in het onder handen nemen van het houtrot in kozijnen, dakkapellen en daklijsten. Het hout was ook toe aan een nieuwe schilderbeurt. Aan de hand van een historische kleurwaaier was de originele verfkleur vast te stellen: crèmewit. Het dak van het monumentale pand moest beter geïsoleerd worden. Om dit voor elkaar te krijgen heeft Coen Hagedoorn Bouwgroep alle originele dakpannen verwijderd. “Na de isolatie hebben we deze weer netjes teruggeplaatst. De leien aan de zijkanten van de dakkapellen waren in zeer slechte staat. Deze hebben we vernieuwd. Waar nodig hebben we ook het lood- en zinkwerk vervangen”, aldus het bedrijf. De markante oude klokkentoren van Parkvilla verdiende wat extra aandacht. Het klokkenwiel was gecorrodeerd en de houten palen die bij de klokkenstoel door het dak staken, waren verrot. “We hebben het torentje in zijn geheel van het dak gehaald en de te renoveren onderdelen naar onze timmerman en smid gebracht.” (Advertentie)

8 nr. 3 Juni 2022 Thema Dak- en gevelrenovatie: Project in beeld Gevelbeplating van PI Sittard na ‘opfrissing’ opnieuw gebruikt Het renoveren van een gevangenis – of zoals het officieel heet: penitentiaire inrichting (PI) – is altijd een bijzonderheid. Maar als deze renovatie ook nog eens in bewoonde toestand gebeurt, valt deze helemaal op. En dat is al helemaal het geval als de PI geheel wordt verduurzaamd én van een nieuwe, frisse gevel wordt voorzien die voor een groot deel bestaat uit hergebruikte delen van de oude gevel. Zoals bij de PI Sittard, die het afgelopen jaar is gerenoveerd door BAM Bouw en Techniek. Projectleider Richard Klijnen vertelt over deze circulaire renovatie. Auteur: Harmen Weijer De penitentiaire inrichting van Sittard is in de 30 jaar dat het door Rijksvastgoedbedrijf wordt gebruikt, nog niet eerder gerenoveerd. En dat was inmiddels ook goed te zien aan de gevel en te merken binnenshuis. De bestaande gevelbeplating was door de invloed van zon, regen en wind behoorlijk aangetast, en de isolatie was ook niet meer op het niveau anno 2022. Richard Klijnen: “Het betreft een prefab betonnen gebouw, waar tegen de gevel een aluminium beplatingssysteem is geplaatst. In de raamopeningen zijn destijds stalen kozijnen geplaatst. Dit zijn ook de kozijnen van de cellen, dus uitbraakwerend uitgevoerd. Dit systeem kenmerkte zich over het gehele gebouw door veel koudebruggen en slechte isolatie, waardoor er condensatie is opgetreden, met roestvorming tot gevolg. In de loop der jaren liep dat roestwater meer en meer over de witte gevelplaten, en dat liet natuurlijk sporen na.” Omdat eigenaar Rijksvastgoedbedrijf circulariteit hoog in het vaandel heeft staan, is besloten zoveel mogelijk de gevelplaten opnieuw te gebruiken, een circulaire gevelrenovatie dus. Klijnen: “We zijn begonnen met het voorzichtig verwijderen van de gevelbeplating. De isolatie erachter wilden we eigenlijk eveneens hergebruiken. Alleen was de isolatie niet dik genoeg en door de leeftijd vielen de isolatieplaten bij het verwijderen helemaal uit elkaar. Daarom hebben we het isolatiemateriaal verzameld, waarna deze door Rockwool is ingenomen en opnieuw gebruikt in het productieproces voor nieuwe isolatie. Ook de stalen kozijnen waren qua isolatie niet meer te hergebruiken. Deze zijn de schrootbak in gegaan.” Restauratie De aluminium beplating daarentegen is door een heel restauratieproces gegaan, vertelt Klijnen. “We hebben de platen eerst schoongemaakt. Dat was nog wel een uitdaging, want die bestaande gevelplaten hebben aan de achterzijde een bitumen anti-dreunlaag. Bij de geplande nieuwe poedercoating komt echter veel warmte vrij en die zou ervoor zorgen dat die antidreunlaag de beplating zou aantasten. Daarom hebben we eerst die bitumenlaag er af moeten halen, overigens zonder te zandstralen zoals gebruikelijk. Dat is bij aluminium niet mogelijk, want dan straal je er gaten in. We hebben daarvoor een andere methode gevonden: koud-ijsstralen. Daarmee blijft de aluminiumbeplating wel intact en zo is de bitumineuze achterlaag verwijderd.” Daarna zijn de gevelplaten naar een gespecialiseerd bedrijf gegaan om opnieuw gepoedercoat te worden. Overigens is er nu geen nieuwe antidreunlaag aangebracht. “Die laag was eigenlijk helemaal niet nodig. Zo’n laag wordt aangebracht als geluiddemping op de gevel bij zware regen- of hagelbuien. Maar omdat deze laag er verticaal op zou moeten worden aangebracht, zou dit bij dit soort buien toch voor weinig demping zorgen.” Bij het verwijderen van de oude beplating was al duidelijk geworden dat geen plaat exact dezelfde was. Klijnen: “Dat betekende dus dat elke plaat weer op dezelfde plek terug moest komen, anders zou het niet passen. We hebben dus iedere plaat gelabeld. Dat kon uiteraard niet met een simpele viltstiftmarkering, want die gaat bij het schoonmaken en poedercoaten er weer af. We hebben aanvankelijk gewerkt met tekstlabels, die we aan de platen hingen. Omdat de nieuwe beplating ook nog eens drie verschillende kleuren zou krijgen, vroeg dat een nog slimmere markering. Dat hebben we gedaan door met vormpjes per kleur te werken, zoals driehoekjes, rondjes en vierkantjes.” Bewoonde toestand De renovatie was dusdanig omvangrijk dat de penitentiaire inrichting tijdens de werkzaamheden in gebruik moest blijven. Klijnen: “We hebben daarom een systeem opgezet, waarbij we iedere dag 12 cellen aanpakten. Dat betekende dat de gedetineerden ’s morgens uit hun cel gingen. Daarna haalden we de stalen kozijnen en ramen eruit, en vervingen deze door nieuwe ramen en kozijnen. Om 4 uur ’s middags konden de gedetineerden weer terug naar hun cel met een geheel nieuwe, netjes afgewerkte binnengevel. En die cyclus hebben we voor alle 347 ramen herhaald. In onze planning vormde dit deel van de renovatie de rode draad. Het weer De bestaande gevelbeplating van de penitentiaire inrichting in Sitaard was door de invloed van zon, regen en wind behoorlijk aangetast, en de isolatie was ook niet meer op het niveau anno 2022. Het isolatiemateriaal kon niet worden hergebruikt. Het is verzameld, waarna deze door Rockwool is ingenomen en opnieuw gebruikt in het productieproces voor nieuwe isolatie. In de raamopeningen zijn destijds stalen kozijnen geplaatst. Dit zijn ook de kozijnen van de cellen, dus uitbraakwerend uitgevoerd.

9 nr. 3 Juni 2022 Projectgegevens Opdrachtgever: Rijksvastgoedbedrijf Ontwerp: Architecten aan de Maas en Van Boven Architecten Aannemer: BAM Bouw en Techniek Bouwadvies: DDC Consulting Bouwtijd: 200 dagen aanbrengen van de gevelbeplating is daarop afgestemd.” Juiste volgorde van aanbrengen Dat opnieuw aanbrengen moest ook volgens een bepaalde volgorde worden uitgevoerd, legt Klijnen uit. “Dit ophangsysteem was destijds zo ontworpen dat de ene plaat werd opgehangen aan de andere met een speciaal haaksysteem. Dat betekende dus dat je wel de juiste volgorde weer moest hanteren om niet in de problemen te komen met de platen.” Dat vroeg een nauwgezet systeem om de platen er eerst af te halen, schoon te maken en opnieuw te poedercoaten, inclusief het vervoer naar het poedercoatingsbedrijf en weer terug naar de PI. “We hadden daarvoor een krappe uitvoeringstijd, maar het was op een gegeven moment een geoliede machine. We hadden de renovatie in 4 kwadranten opgedeeld. In het eerste kwadrant hadden we nog te maken met enkele leermomenten en liepen we niet geheel op schema. Dankzij die leereffecten wisten we dat geheel bij te trekken in de daaropvolgende kwadranten. Sterker nog: we wisten de bouwtijd 8 weken te verkorten dan in de uitvraag door het Rijksvastgoedbedrijf was gevraag: 200 in plaats van 240 dagen. Zodoende wist BAM Bouw en Techniek de renovatie op 4 mei officieel af te ronden en op leveren. “Dit was een bijzondere renovatie alleen al door de omgeving waarin we werkten, want we renoveren niet vaak een gevangenis in bewoonde toestand. Maar ook het hergebruiken van de oude gevelbeplating bij een renovatie doen we niet vaak. Op dit moment is deze circulaire renovatie nog wel duurder dan een geheel nieuwe gevel, maar qua circulariteit is dit wel beter. Daar heeft het Rijksvastgoedbedrijf dan ook bewust voor gekozen. Wij nemen als BAM deze ervaring mee als we in de toekomst vergelijkbare opdrachten gaan uitvoeren. Voegt deze laatste zin echt wat toe aan het geheel?” Circulair voorbeeld Het resultaat is een penitentiaire inrichting die niet alleen verduurzaamd is, maar ook weer voorzien is van een frisse, vernieuwde gevel. Deze renovatie is dan ook een bijzonder voorbeeld van circulariteit en verduurzaming, waarbij gebruik is gemaakt van opwaardering van de bestaande materialen en waarmee het Rijksvastgoedbedrijf het gebouw en de omgeving een toekomstbestendige impuls heeft gegeven. “ Dit was een bijzondere renovatie alleen al door de omgeving waarin we werkten, want we renoveren niet vaak een gevangenis in bewoonde toestand. Maar ook het hergebruiken van de oude gevelbeplating bij een renovatie doen we niet vaak.” De bestaande gevelplaten zijn schoongemaakt en daarna naar een gespecialiseerd bedrijf gegaan om opnieuw gepoedercoat te worden. De nieuwe beplating is in drie verschillende kleuren uitgevoerd.

Een hoog serviceniveau tegen eerlijke prijzen 37 filialen verspreid over heel Nederland Vóór 16:00 besteld de volgende dag geleverd * Vóór 18:00 besteld de volgende dag al af te halen * * bij voorraadsartikelen Meer weten over gevelisolatie, een doorlopende isolatieschil, Isofinish of heb je specifieke vragen, neem dan contact op met een van onze adviseurs via 0488 - 470 170 of kijk op recticelinsulation.nl Kies de juiste gevelisolatie Met een uitstekende isolatiewaarde is Powerwall® een goede oplossing voor het doorlopend (na)isoleren van buitengevels. Powerwall Geschikt voor een scala aan gevelafwerkingen (sidings, steenstrips, pannen, zink, etc.) Te combineren in het systeem voor buitengevelisolatie Isofinish Tand-en-groef kliksysteem rondom Makkelijke montage en verwerking Isolatiewaarde (λD = 0,022 W/mK) Ruimtebesparend en zakt niet uit Duurzame, watervaste cachering: zuivere aluminium van minimaal 50μ Brandklasse: euroklasse B-s1,d0 (end use, haalbaar bij juiste gevelbekleding) Keymark kwaliteitslabel RECTI-4489 Adv Bouwtotaal 02-2022 117x175 v1.indd 1 02-02-225 08:49

11 nr. 3 Juni 2022 Thema Dak- en gevelrenovatie Optoppen als redding voor de woningnood Een van de grootste maatschappelijke problemen die Nederland nu kent, is het gebrek aan voldoende woningen. Dat komt voor een groot deel omdat Nederland steeds dichter bebouwd wordt. Kortom: de ruimte voor nieuwe grondgebonden én hoogbouwwoningen wordt steeds schaarser. Een grote kans om dat probleem te tackelen is optoppen, zeker voor de vele jaren 50 en 60 portiekflats. Auteur: Harmen Weijer Een vorm van verticaal verdichten van steden is het optoppen: het toevoegen van wooneenheden boven op bestaande huizen of gebouwen. Er bestaan verschillende initiatieven om bijvoorbeeld braakliggende daken te gebruiken. Landelijk gezien steunen ruim zestig organisaties het Nationaal Dakenplan, kent Rotterdam elke juni de Rotterdamse Dakendagen en experimenteert Stichting Dakdorpen met het gebruiken van lege daken, waaronder wonen op het dak. Toch is het geen gemeengoed en zijn er een aantal belemmeringen te overwinnen. Technisch mogelijk In de studie ‘Licht Verdicht’ hebben ontwerpers gekeken naar lichtgewicht dakopbouwen, variërend van een enkele woning op een huis met een plat dak, tot hele woongebouwen bovenop bestaande panden. In de studie heet dat ‘het stedelijk laadvermogen groter maken’. Terwijl de architectonische identiteit overeind blijft. In deze studie worden enkele Rotterdamse voorbeelden getoond hoe dat grootschalige optoppen zou kunnen worden uitgevoerd, zoals het uitbouwen van het bekende Weena-gebied. Bouwen in houtskeletbouw of met staal zijn vormen van lichtgewicht bouwen. Dit biedt mogelijkheden bij een matige fundering of draagconstructie. Beide bouwvormen zijn doorgaans goedkoper en kunnen geprefabriceerd worden aangeleverd. Een bouwkraan tilt de onderdelen zo op het dak. Isolatie is hierbij een aandachtspunt, maar daarvoor bestaan ook allerlei technisch voldoende oplossingen. Het is zelfs mogelijk om complete, in de fabriek gemaakte woningen in één keer met een hoogwerker op een dak te plaatsen. Toegang en berging Bij het plaatsen van extra verdiepingen op bijvoorbeeld een portiekflat moet er gezorgd worden voor een toegang tot het dak en, boven de vierde verdieping, ook een lift. Daarnaast moet voor elke extra woning rekening worden gehouden met een extra berging op de begane grond. Deze aanpassingen van het complex kunnen worden gecombineerd met andere vraagstukken, zoals het verduurzaSUM Een van de voorbeelden van optoppen van portiekflats is SUM, oftewel Symbiotic Urban Movement. Het is de inzending van TU Delft-studenten, die meedoen aan de internationale studentencompetitie Solar Decathlon Europe. Dit jaar vindt deze van 10 tot 26 juni plaats in Wuppertal. Het gaat om een oplossing voor 3 laags portiekflats. Renovatie geldt voor de bestaande 3 lagen, daarboven op komen 2 of 3 extra lagen. Meer woningen op dezelfde plaats. En meer ruimte door de oude portieken bij appartementen te trekken en een nieuw trappenhuis naast de flat. Meer info: www.delftsolardecathlon.com men van de woningen. Door aandacht te hebben voor het gehele complex kan er meerwaarde worden gegenereerd. Deze meerwaarde is ook van belang, zoals we hierna zien, voor de (maatschappelijke) business case. Financieel rendabel? Optoppen wordt in de SEV-studies naar herontwikkeling van bestaande woningen als één van de kansrijke mogelijkheden genoemd. Deze studies dateren al van ruim twintig jaar gelden, en toen was optoppen niet rendabel. Tegenwoordig kan deze business case heel anders uitvallen. Dat is onder andere het gevolg van de veel hogere huizenprijzen en het gebrek aan nieuwbouwlocaties. Maar ook de voorkeur om binnenstedelijk woningen te bouwen, de wens tot circulariteit, verbeterde technieken en de uitbreidende mogelijkheid om kanten-klare prefabwoningen te realiseren. Het is ook dat Platform 31 in een publicatie van vorig jaar pleit voor het opnieuw berekenen van de kosten en baten van optoppen. Het onderzoek citeert daarin ook het ‘Optopmanifest’ van Bob Vastenhoud. Hij deed dat in 2020 als adviseur Wonen van de gemeente Delft. Onlang is Vastenhoud benoemd tot wethouder in Leiderdorp, met wonen in zijn portefeuille. Volgens hem is optoppen de belangrijke schakel voor portiekflats waarvan de business case voor groot onderhoud en verduurzaming moeilijk is rond te krijgen. Corporaties zien sloop–nieuwbouw vaak als enige mogelijkheid voor deze flats, maar willen dit niet, omdat ze geen woningen met een vergelijkbare huurprijs kunnen terugbouwen. Optoppen biedt de kans om (ook duurdere) woningen toe te voegen aan de voorraad en daarmee het groot onderhoud en verduurzaming financieel mogelijk te maken. Bijeenkomend voordeel is dat de voorraaddifferentiatie ook een positieve bijdrage kan leveren aan de sociale opgave in dergelijke wijken en buurten. Met dank aan: Platform 31 Portiekflats in Nederland kunnen met een optopping snel uitbreiden en voor een verlichting van de woningnood zorgen. Bouwen in houtskeletbouw of met staal, zoals hier in Utrecht, zijn vormen van lichtgewicht bouwen. Foto: Ripstaal SteelFraming

SILICONE ROOFING TG DÈ DAKCOATING VOOR HET VERDUURZAMEN VAN HET PLATTE DAK ALLESWETEN OVER HETWAAROMVAN SILICONE ROOFING TG OP GEBOUWEN? NEEM CONTACT OP MET COOLROOFS@GLOBALPAINT.COM. WWW.SILICONEROOFINGTG.NL KOELT HET DAK VOORKOMT LEKKAGES BESPAART ENERGIE VERHOOGT RENDEMENT VAN ZONNEPANELEN VERLAAGT HET URBAN HEAT ISLAND EFFECT VERLENGT DE LEVENSDUUR MET 25 JAAR TRIPLE GUARD TECHNOLOGY GECERTIFICEERDE APPLICATORS GEGARANDEERD RESULTAAT Meer weten? Kijk op www.alsecco.nl. MINDER GAS? ISOLEER VAN BUITENAF. Een Alsecco buitengevelisolatiesysteem biedt vele voordelen: Hoge isolatiewaarde Reductie van het energieverbruik Minimaal ruimteverlies Facelift voor de gevel Behaaglijk woon- en werkklimaat Geschikt voor renovatie én nieuwbouw voor meer informatie kijk op: www.drostcoatings.nl Devetaal Supreme Hoogglans is de onbetwiste topkwaliteit als het gaat om een hoogwaardige en duurzame buitenlak. • 52% biobased • Reductie CO2 emissie • Verlenging onderhoudstermijn • Soepele verwerking • Betere doordroging bij lage temperaturen 0-10°C • Duurzaam glans- en kleurbehoud DEVETAAL Supreme

13 nr. 3 Juni 2022 Thema Dak- en gevelrenovatie Haagse galerijflats na renovatie veiliger en duurzamer Een rustige woonwijk, dat is Leyenburg in Den Haag. De woningen in deze wijk zijn gebouwd vlak na de Tweede Wereldoorlog tot aan de jaren 60 van de vorige eeuw. Je vindt er vooral veel flats en portiekwoningen. Een blok van 8 galerijflats, met in totaal 228 woningen, is in opdracht van Vestia helemaal verduurzaamd en gemoderniseerd. Onderdeel van de renovatie was het vernieuwen van de ophoogvloer, dat Zoontjens heeft uitgevoerd. Auteur: Harmen Weijer, Foto’s: Zoontjens Giesbers Rotterdam, hoofdaannemer in het bouwteam, voerde dit grootschalige onderhoudsproject uit. Ewout van Oordt, nu adjunct-directeur, maar ten tijde van het project ontwikkelmanager en projectleider, vertelt erover: “Om in 2050 van het gas af te zijn, moeten veel woningen aangepakt worden. Zo ook deze flats. Vestia wilde deze woningen aansluiten op het warmtenet. Als je dat wilt doen, dan ben je genoodzaakt om alles beter te isoleren. Daarom is besloten om dan ook meteen de boel van binnen en buiten op te knappen. Omdat het ophoogsysteem op de galerijen aan vernieuwing toe was, hebben we dat ook meegenomen in het plan.” Van Oordt vervolgt: “Wij renoveren veel in Den Haag. In deze wijk woont veelal een wat oudere doelgroep. De acht flats van dit project bestaan uit 2- tot 5-kamer woningen en de mensen die er wonen, wonen hier al lang. Ze zagen erg op tegen een renovatie. Gelukkig veranderde dat steeds meer, naarmate we gestart waren. De bewoners werden steeds meer trots op hun woning en hoe het eruit kwam te zien.“ Veilig gevoel In de flats lag al een ophoogsysteem, vertelt Van Oordt. “Dat was een soort buitenvloerbedekking met om de 2 meter een naad. Omdat het compleet versleten was, zorgde dit voor een onveilige situatie; mensen struikelden en vonden het verschrikkelijk. Bovendien was het gedateerd. Voor de nieuwe ophoging wist ik meteen dat wij het Zoontjens-systeem nodig hadden. Vanuit ervaring van eerdere werken kende ik dit als betrouwbaar systeem. Als wij de bewoners een veilig gevoel willen geven, moesten we dit hebben. Glad, strak en wat luxer. We kozen voor kwaliteit, iets wat lang meegaat, dus we hebben in het bouwteam het budget hier op aangepast.” Lichtgewicht ophoogsysteem Op dit project is gekozen voor Dreen®Ceramicaplus. Een lichtgewicht systeem met keramische tegels. Het gewicht van de tegels zorgt dat ze zeer geschikt zijn voor het ophogen of renoveren van galerijen. Het onderliggende systeem zorgt voor de gewenste ophoging en voorkomt dat de tegels gaan schuiven. In totaal tellen de galerijen van alle flats samen op dit project bijna 1900 m2. “Voor de uitstraling van de flats, zoals de kopgevels en de kozijnen, hebben we architect Jan Splinter ingeschakeld. Hij heeft ook meegedacht over de kleuren voor de galerijen, zodat alles mooi bij elkaar aansloot. Zoontjens legde met twee kleuren een proefvlak en de bewoners mochten hieruit de definitieve kleur kiezen. Daar waren ze heel blij mee. Bovendien konden ze zo het systeem al zien en waren ze er enthousiast over.” Twee grote uitdagingen Er waren wel wat uitdagingen op dit project. Van Oordt: “We hadden tijdens uitvoering eigenlijk twee grote zorgen: het stookseizoen en corona. Het contract met Eneco was gesloten om van het gas af te gaan. Je moet er dan voor zorgen dat alles voor de winter- periode klaar is. Daarnaast begon de allereerste coronagolf precies een paar weken voordat we van start gingen. De start van de werkzaamheden was, mede hierdoor, lastig. Maar we hebben het samen met alle partijen opgelost door het project op te splitsen. Daardoor is het iets later opgeleverd, maar we waren allang blij dat we door konden.” Opstartproblemen Ron Zeilstra, uitvoerder bij Giesbers, vertelt over de werkzaamheden: “Elke dag een galerij gereed. Dat was het plan. Deze werkzaamheden namen we mee in de bouwstroom. Dat betekent dat je de dingen goed moet regelen, om alles op rolletjes te laten verlopen. En dat is gelukt!” Van Oord vult aan: “Bij de start ging het niet meteen goed. De ophoogvloer sloot niet goed aan bij de bestaande kozijnen. Dat had voorkomen kunnen worden door in het voortraject nog meer samen op te trekken. Gelukkig ken ik Zoontjens al langer en hebben we het gezamenlijk kunnen oplossen. Je hebt een gemeenschappelijke missie en je wilt elkaar helpen. Dat is ook de reden dat wij altijd werken met partijen die we goed kennen. De duurzame werkrelatie zorgt ervoor dat je er samen uit komt, ook als er eens iets niet goed gaat.” Renovatie als verbindende factor Na een kleine anderhalf jaar waren alle werkzaamheden klaar. Dit werd gevierd met een eindfeest. Zeilstra: “Ik heb de bewoners gesproken op de opleverdag. Die zijn erg blij met hun nieuwe galerijen en vinden het prachtig.” Van Oordt: “De flats worden heel erg gewaardeerd. Je merkt dat de bewoners nu trots zijn op waar ze wonen. Ze willen het nu graag tonen aan anderen. Bovendien heeft deze metamorfose ook als verbindende factor gewerkt. De sociale cohesie in de wijk is verbeterd. Ze hebben samen twee jaar in een ‘verbouwing’ gezeten en daar praten ze met elkaar over.” In de Haagse wijk Leyenburg is een blok van 8 galerijflats, met in totaal 228 woningen, in opdracht van Vestia helemaal verduurzaamd en gemoderniseerd. De galerijen zijn weer modern en veilig te gebruiken. Dankzij het nieuwe ophoogsysteem zijn de appartementen veel veiliger in- en uit te stappen.

14 nr. 3 Juni 2022 Thema Dak- en gevelrenovatie Satelliettoren DNB krijgt tweede leven in Amsterdam-Noord De inmiddels geheel gedemonteerde Satelliettoren van het hoofdkantoor van De Nederlandse Bank (DNB) aan het Frederiksplein in Amsterdam krijgt een tweede leven. Zo veel mogelijk delen van de toren worden hergebruikt in nog te bouwen zorgwoningen in Amsterdam-Noord. Maar voordat dit zo ver is, worden de bijzondere bronzen gevelelementen hersteld en opgepoetst tot weer helemaal nieuw. Auteur: Harmen Weijer Dit bijzondere project kent zijn oorsprong 3 jaar geleden, vertelt Jouke Hennipman, technisch ontwikkelaar bij RE:BORN, gespecialiseerd in het ontwikkelen van verouderd en leegstaand vastgoed naar functievrije gebouwen en gebieden. “Het idee was om de Satelliettoren geheel te ontmantelen en elders opnieuw op te bouwen. Mijn eerste gedachte als technisch ontwikkelaar was: hoe kan ik dit idee uit ieders hoofd praten? Want het ging om een gebouw van 30 jaar oud. Daarop kreeg ik de tekeningen van de constructie van de toren te zien, en het bleek dat dit gebouw zijn tijd ver vooruit was. Het kende namelijk een hoge mate van standaardisatie en prefab-elementen.” Dat had toen ook een hele valide reden, al was dat een andere dan er nu voor losmaakbare gebouwen geldt. Hennipman: “De Satelliettoren is destijds tussen het al bestaande kantoor van de DNB neergezet. Dat gebeurde terwijl het bankwerk gewoon doorging, en omdat dat hier om zwaarbeveiligd kantoor ging, kon de bouw ook niet veel tijd vergen. Vandaar dat er veel prefab-elementen zijn toegepast, die met slimme bevestigingsmiddelen zijn gekoppeld. De gevelelementen bijvoorbeeld zijn met 3 ankers bevestigd aan de ondervloer en met doken zijn ze doorgekoppeld. Dus de elementen moeten verticaal op elkaar worden gestapeld. Dat betekende voor ons dat ervan bovenaf gedemonteerd moest worden.” Circulair Om die ontmanteling goed te kunnen uitvoeren door ‘oogst-partner’ New Horizon is in het midden van de 14 verdiepingen tellende toren 1 laag ‘opgeofferd’. “Daardoor konden we eerst de gevelelementen van de Gevels van hoofdkantoor Nederlandse Bank gaan naar zorgwoningen onderste verdiepingen van boven naar onder verwijderen. De bovenste elementen hebben we per verdieping verwijderd. Daarna is ook het interieur, inclusief de betonconstructie verwijderd.” Hennipman benadrukt ook dat juist het kunnen behouden van de betonnen vloerelementen en kolommen van groot circulair en duurzaam belang zijn. “Het produceren van nieuw beton veroorzaakt 9% van de wereldwijde CO2-uitstoot. Daarom wilden we koste wat kost de grote CO2-impact die de bouw van deze toren 30 jaar geleden heeft gevergd, niet weggooien. De levensduur van beton is immers veel meer dan die 30 jaar. Het is ook om die reden dat het transport van alle opnieuw te gebruiken delen van de toren, dus gevels, vloeren, tussenwanden, trappen, naar de opslag in Zaandam via elektrisch vervoer over water is gedaan. Dat heeft trouwens ook positieve gevolgen in de stikstofuitstoot.” Zorgwoningen Belangrijke voorwaarde is dat de betonelementen weer te hergebruiken zijn, en daar is inmiddels een project voor gevonden, vertelt Hennipman. “Het gaat om nog te bouwen zorgwoningen. In deze zogeheten remontage-fase hebben we gekeken hoe we de constructie zo makkelijk mogelijk weer in elkaar kunnen zetten. Daarbij kijken we ook naar de huidige regelgeving op het gebied van hoogbouw. Die is namelijk in 30 jaar wel flink veranderd, denk aan brandveiligheid voor hoogbouw. Dat is ook de reden dat we maximaal 5 hoog kunnen herbouwen en dus in dit geval ongeveer 3 van dergelijke blokken kunnen realiseren.” Voordat dit zo ver is, hebben partners Alkondor en NeroQom gekeken naar de herbruikbaarheid van de bronzen gevelelementen. Alkondor uit Hengelo heeft als gevelspecialist gekeken of de elementen nog te hergebruiken zijn. NeroQom gaat daarna deze elementen herstellen en via een speciale borstelmethode weer oppoetsen, zodat ze weer als nieuw zijn. Bij de eerste check van de gevelelementen kwam Alkondor er al achter dat ze goed herbruikbaar kunnen zijn, vertelt Martijn Veerman, specialist circulaire gevels bij Alkondor. “Zo zagen we dat het gevelprofiel al heel ruim was gedimensioneerd voor het glas. Dat is heel gunstig voor de isolatiewaarde, want de thermische geleiding is daardoor veel minder. Dat is voor die tijd – 30 jaar geleden – al heel uniek, want nu kunnen we daar goed gebruik van maken met het dikke isolatieglas dat we nu hebben. De thermische isolatoren van zeker 8 cm dik die ze destijds hebben gebruikt, willen we ook nu hergebruiken, uiteraard voorzien van het nu wel te verkrijgen isolatieglas.” Onderzoek Nadat de gevelelementen van 3,75 meter hoog en 2,80 meter breed naar Zaandam zijn vervoerd, doet De Satelliettoren kenmerkt zich door massief bronzen gevelelementen met glas. Naast het oorspronkelijke gebouw van De Nederlandse Bank aan het Frederiksplein in Amsterdam is 30 jaar geleden de zogeheten Satelliettoren neergezet.

15 nr. 3 Juni 2022 Alkondor op dit moment verder onderzoek naar de kwaliteit van de verschillende elementen. “De meeste buitenelementen zijn behoorlijk verweerd door zon, neerslag en wind, en brons slaat dan groen uit. Ook kijken we naar de kwaliteit achter die eerste buitenschaal. Die eerste testen met 2 à 3 gevelelementen doen we in een geconditioneerde omgeving in onze fabriek in Hengelo. Zo willen we onder andere te weten komen wat er gedaan moet worden, hoeveel kosten gemoeid zijn, welke elementen wel of niet te hergebruiken zijn en op welke plaats. Het zijn namelijk nogal zware elementen. Alleen al de massief bronzen buitenschaal weegt met glas per element 200 kilo en inclusief de koppeling met de aluminium-achterplaat is een element 500 kilo zwaar. Met de daarbij verkregen gegevens kunnen we verder in Zaandam, want we willen natuurlijk niet te veel vervoersbewegingen creëren. Het is dan de bedoeling een remanufacturinglijn in Zaandam of op de locatie in Amsterdam-Noord op te zetten om de overige elementen klaar te maken voor hergebruik.” In de komende maanden gaat dit proces van start. “Als blijkt dat er bronzen geveldelen zijn die niet hersteld en hergebruikt kunnen worden, zetten wij ons Ciskin-gevelprofiel in”, vertelt Veerman. “Het is de bedoeling dat we in september verder gaan met het ontwerpproces. Dan hebben we ook scherp hoeveel we kunnen hergebruiken en hoeveel er moet worden hersteld. Zo hebben we onlangs een trekproef gedaan om te kijken hoeveel krachten de huidige profielen na 30 jaar nog aankunnen en of ze aan de huidige eisen voldoen. Dat wordt nog door de constructeurs berekend, zeker ook gezien het feit dat de herbouw in 3 stukken van maximaal 5 hoog wordt geknipt. Dan is de prestatie die je moet halen op wind- en waterdichtheid, brandbeveiliging en constructie een stuk minder zwaar”, besluit Veerman. TU Delft Bij het project is ook de TU Delft betrokken. Zo hebben liefst 75 studenten van de faculteit Building Technology gekeken naar wat er mogelijk is met de verschillende delen uit de Satelliettoren. In meerdere groepen hebben ze facadestudies gemaakt, vertelt technisch developer Jouke Hennipman bij RE:BORN, de ontwikkelaar van het project. “Daar komen bijzondere voorstellen uit. Denk aan het hergebruiken van beschadigde bronzen geveldelen voor hele andere doelen, maar ook hoe je aan deze gevels balkons kunt realiseren. Het levert in ieder geval voor ons andere en vooral zeer waardevolle zienswijzen op.” Na demontage zijn alle delen via elektrische vaarvervoer naar de opslag van New Horizon in Zaandam gebracht. De gevelementen hebben een bronzen lijst aan de buitenkant en zijn gekoppeld aan een aluminium binnendeel. De thermische isolator van 8 cm was zeker voor die tijd (begin jaren 90) opvallend dik. Verdieping voor verdieping is de Satelliettoren gedemonteerd. De gevelelementen zijn bij de demontage van de toren één voor één uit het pand getild om opgeslagen te worden voor hergebruik.

ETA-17/0286 Cr3+ Environmental friendly Gratis bit in iedere doos � +31 (0)320 28 55 44 send verkoop@asf-fischer.nl Bekijk het gehele Woodies® Ultimate assortiment in de webshop! De Woodies® Ultimate Verzonken kop met TX-indruk Shield Outdoor Blackline TOTAALPAKKET VOOR DE DAKDEKKER EN AANNEMER BATIBOARD BRANDWERENDE ISOLATIEPLATEN EN FUTURA APAO DAKBEDEKKING VOOR BRANDVEILIGE OPLOSSINGEN OP LICHTE EN ZWARE GEBRUIKSDAKEN ✓ BATIBOARD: - Drukvaste isolatieplaten (klasse D) van geëxpandeerd perliet (EPB) - Leverbaar met brandklasse B, A2 of A1 en verhoogde brandwerendheid (EI) - Batiboard 200 zeer geschikt als beschermende drukvaste laag onder renovatiedaken met PV-systemen in combinatie met FUTURA APAO ✓ FUTURA APAO: - Het nieuwe eenlaagse dakbedekkingssysteem met BRoof T2 classificering en extreme weerstand tegen ponsbelastingen en hagel - Ook leverbaar met Super White Reflect mineraalafwerking (SRI 85) Meer info? www.wecal.nl info@wecal.nl 0343 - 59 50 10 WECAL: Compleet en objectief in isolatie- & dakbedekkingsmaterialen VERNIEUWD IN2022 BRANDWERENDEISOLATIEPLATEN BATIBOARD BRANDKLASSE C/B/A R30/R60/R90/R120 wecalSitekInsulationFuturaBatiboard239x175+5mm.indd 1 20-05-2022 10:08

17 nr. 3 Juni 2022 Thema Dak- en gevelrenovatie Tweede leven voor huurwoningen met E-Board gevelsysteem Woningstichting ‘Thuis in Eindhoven heeft 195 huurwoningen een tweede leven gegeven. In het kader van verduurzaming kregen de woningen onder meer een nieuwe buitenschil. Met ECO-baksteenstrips op een E-Board®-gevelsysteem zijn ze kwalitatief en esthetisch weer helemaal up-to-date. Auteur: Frank de Groot E-Board past bij ieder bouwsysteem E-Board is geschikt voor zowel renovatie als nieuwbouw en past bij ieder bouwsysteem, zoals beton, kalkzandsteen, houtskeletbouw en staalframebouw. E-Board is een systeem waarvan de isolatieplaat geen constructieve eigenschappen heeft. De plaat waarop de steenstrip wordt verlijmd heeft alleen een stevige en stabiele drager nodig, in de vorm van een steenachtige of betonnen wand of houten beplating. Bij wanden in houtskeletbouw of staalframe moet men rekening houden met thermische werking. Om die op te kunnen vangen en scheuren in de gevelafwerking te voorkomen, heeft het E-Board een minimale dikte van 60 mm. De isolatiewaarde van deze plaat kan eventueel gecompenseerd worden in het achterliggende houtskeletbouw- of staalframebouwelement. Tegen bestaande gevel Een steenstrip is in materiaal slechts een vijfde van een volle baksteen. Dat geeft een forse besparing op grondstoffen en transport en CO2-uitstoot. Door het beperkte gewicht van 32 kg/m2 kan E-Board rechtstreeks aan een bestaande gevel worden gemonteerd. E-Board kan ook holle, bolle en niet-vlakke gevels tot 20 mm uitvullen. Bij renovatie hoeft het bakstenen buitenblad niet te worden gesloopt. Per project moet het buitenblad door een bouwkundig adviseur worden beoordeeld op zijn sterkte. Waar nodig kan dit buitenblad constructief worden versterkt met renovatieankers. Soorten strips Er is keuze uit gezaagde of op maat gemaakte strips. Zo kunnen er strips worden gemaakt door volle bakstenen te verzagen. Maar Vandersanden biedt ook ECO-baksteenstrips aan, die gevormd worden in mallen van 20 mm. Hierdoor daalt het grondstoffengebruik met 70% in vergelijking met de traditionele gevelsteen. Er is verder geen materiaalverlies en het productieproces is afvalvrij. Het energieverbruik daalt met 50%. De strip wordt geleverd in Wasserstrich uitvoering, handvormuitvoering of strengpers. Ze zijn leverbaar in veel kleuren. Er is verder keuze uit de strekstrip, een hoekstrip en een U-strip. Voor de bovenzijde van de negge bij kozijnen kunnen hoekzoolstrippen en zoolstrippen worden gebruikt. Een ‘hanekam’ boven een raam is eveneens mogelijk. Ook gevarieerde gevels met penanten, bijzondere structuren en ronde vormen zijn geen probleem. Er kunnen zelfs complete figuren in het metselwerk worden gemaakt door te spelen met reliëf. De Eindhovens wijk ‘t Ven bestaat voor een flink deel uit na-oorlogse grondgebonden woningen. Woonstichting ’Thuis uit Eindhoven bezit er 425 woningen die in 1948 zijn gerealiseerd. De bewoners hadden last van tocht, vocht, schimmel, geluid en hoge energielasten. Een deel van de woningen heeft daarom plaats gemaakt voor vervangende nieuwbouw, maar 195 woningen zijn duurzaam gerenoveerd. Dit is gefaseerd gebeurd, waarbij de laatste woningen in 2021 zijn opgeleverd. Als onderdeel van het rijksbrede programma Aardgasvrije wijken heeft een bouwcombinatie van Huybregts Relou en Van Santvoort Bouw de 195 woningen gerenoveerd. De woningen kregen een compleet nieuwe geïsoleerde buitenschil en een nieuw dak met zonnepanelen. Bestaande kozijnen zijn vervangen en er is drievoudig isolatieglas geplaatst. De kruipruimte is ook geïsoleerd. Tevens zijn de woningen all-electric gemaakt. Al deze ingrepen leiden er toe dat de woningen gasloos zijn. Nieuwe gevel De corporatie hechtte veel belang aan het beperken van de impact voor de bewoners. Voor de nieuwe gevel viel daarom de keuze op het E-Board gevelsysteem van Vandersanden. Dit gevelsysteem kan aan de buitenzijde tegen de bestaande gevel worden aangebracht, zodat bewoners niet hoeven te verhuizen tijdens de montage. De basis van het gevelsysteem bestaat uit een ATG-gecertificeerd EPS-paneel dat tegen de bestaande buitenmuur is aangebracht met mortellijm en slagpluggen. Omdat de woningen aardgasloos zijn was een goede isolatie belangrijk. Er is gekozen voor een isolatiedikte van 160 mm, met een Rd-waarde van 5,16 m2K/W. Dat is een stuk meer dan de nieuwbouw-eis van minimaal Rc 4,7 m2K/W in het Bouwbesluit. Op de isolatieplaten zijn ECO-­ baksteenstrips aangebracht (zie kadertekst ‘Soorten strips’). Groot voordeel van het E-Boardsysteem is het geringe gewicht. Zo weegt traditioneel metselwerk circa 180 kg/ m2. Het E-Board systeem weeg slechts 35 kg/m2. Je kunt dan echt heel licht bouwen en dat scheelt in funderingskosten, vooral bij minder draagkrachtige ondergronden. Maar belangrijk is ook dat metselaars fysiek veel minder worden belast. Er zijn nog meer duurzame voordelen: er is bijvoorbeeld minder materiaal, en dus ook transport, nodig. Verder zijn er geen geveldragers in de bouwlagen nodig of lateien boven ramen en deuren. Ook resteren er geen pallets, metselpuin en afvalspecie en dorpels hoeven niet te worden afgedekt. Tot slot ontstaat er geen witte uitslag op het metselwerk. Prettig is tot slot dat ook minder ervaren vakkrachten met dit systeem aan de slag kunnen. Ze krijgen eerst bij Vandersanden een cursus en het bedrijf komt ook langs op de bouwplaats voor tips. Het zal dan ook zeker niet de laatste woningcorporatie zijn die hiervoor kiest. De huurwoningen van Woonstichting ’Thuis uit Eindhoven voor en na de renovatie. Als onderdeel van het rijksbrede programma Aardgasvrije wijken heeft een bouwcombinatie van Huybregts Relou en Van Santvoort Bouw de 195 woningen in Eindhoven gerenoveerd.

RkJQdWJsaXNoZXIy NTI5MDA=