RenovatieTotaal 5 - 2024

Hét platform voor de renovatiesector ACTUEEL Eerste project met gevalideerde hennep als isolatiemateriaal 5 THEMA VLOEREN & AFBOUW Veel potentie voor afbouwsector in verduurzaming van woningen 11 INSTALLATIES Bijna kwart meer warmtepompen in Nederland dan geregistreerd 31 NUMMER 5 | JAARGANG 14 | SEPTEMBER 2024 Vloer in woningen renoveren in 1 dag Pag. 9 Thema: Vloeren & Afbouw

✓ Eenvoudig te monteren. ✓ Verdien nu je Rewards op rewards.velux.nl Warmtewerend tegen oververhitting Geluiddempend tegen regen Zo goed als volledige verduistering Isolerend in de winter Ontdek de veelzijdige oplossingen van VELUX warmtewering

3 nr. 5 September 2024 Redactioneel In dit nummer COLOFON RenovatieTotaal is een onafhankelijke informatiebron en verschijnt 7 maal per jaar. RenovatieTotaal gaat over renovatie, restauratie, herbestemming, onderhoud, op- en aanbouwen en alles wat met de bestaande bouw te maken heeft. Jaargang 14, nummer 5, september 2024 Uitgever Hugo Arends (0570) 861007 E-mail: hugo@handelsuitgaven.nl Hoofdredactie Harmen Weijer redactie@renovatietotaal.nl Redactie Shendell Benilia Frank de Groot Joop van Vlerken Medewerkers Haico van Nunen Willard van Reenen Marketing & Communicatie Maxime Wendt (0570) 768642 E-mail: maxime@handelsuitgaven.nl Advertenties Tom Sotthewes (0570) 654660 E-mal: tom@handelsuitgaven.nl Abonnementen Mirjam Nijbroek (0570) 861009 E-mail: mirjam@handelsuitgaven.nl Ontwerp en Opmaak Bureau OMA, Doetinchem www.bureauoma.nl Cover Vloer in woningen renoveren in 1 dag (p.9) Druk Rodi Rotatiedruk RenovatieTotaal is een uitgave van Nederlandse HandelsUitgaven BV Postbus 2273, 7420 AG Deventer Keulenstraat 8J 7418 ET Deventer Tel. 0570 – 861009 E-mail: mirjam@handelsuitgaven.nl Copyright Niets uit deze uitgave mag op enigerlei wijze worden overgenomen zonder de nadrukkelijke schriftelijke toestemming van de uitgever. Deze uitgave is zorgvuldig en naar het beste weten samengesteld. Uitgever en auteurs kunnen echter niet instaan voor de juistheid of volledigheid van de informatie. Zij aanvaarden dan ook geen enkele aansprakelijkheid voor schade, van welke aard dan ook, als gevolg van handelingen of beslissingen die op deze informatie zijn gebaseerd. Thema Vloeren & Afbouw: Project in Beeld 9 OudNieuw: Kleiwarenfabriek Ginjaar, Leiden 23 Bouwhistorie: Hoe we behouden we onze kraanlandschappen? 25 4 Actueel 7 Column 7 Actueel 11 Thema Vloeren & Afbouw: Potentie verduurzaming in afbouwsector 13 Thema Vloeren & Afbouw: Petitie gestart voor vloerisolatie in NTA 8800 14 Thema Vloeren & Afbouw: Nieuw optopconcept 17 Thema Vloeren & Afbouw: Techniek 21 Thema Vloeren & Afbouw: Productoverzicht 27 Transformatie: Grachtenpand wordt autoshowroom 29 Installaties-warmtepompen: Project Kaatsheuvel 31 Installaties-warmtepompen: Actueel 33 Installaties: Cursussen & Opleidingen i.s.m. TVVL 35 Installaties: Productoverzicht 36 Installatienieuws 38 Productoverzicht Woningnood? Kantoren ombouwen! Zoals jullie weten maak ik al een aantal jaren een boekenserie met als naam Hoe woont Nederland in 2030? Dat doen we in opdracht van vastgoedonderhoudsbedrijf ROZA, waarbij ik veel journalistieke vrijheid krijg om de interviews te houden voor deze serie. Voor de aanstaande editie, die begin 2025 verschijnt, heb ik gesproken met Suzanna Lividikou, die sinds een jaar bij de Woonbond werkzaam is en zich inzet voor betaalbare woningen voor jongeren en jong volwassenen. Dat dit nodig is, is op zich al tragisch. Maar het is pas echt dramatisch als je weet dat de woningnood onder mensen van 18 tot 35 jaar groot. Zelf is Suzanna ervaringsdeskundige, want ze is onlangs verhuisd naar - voor het eerst sinds ze op zichzelf woont - een appartement met een aparte slaapkamer. En ze is 34 jaar... Ze is by far niet de enige en oplossingen zouden niet snel voor handen zijn; al worden ze wel genoemd in het regeerakkoord van het nieuwe kabinet. Maar ja, die zitten nog in hun ‘wittebroodsweken’, dus snelle stappen – lees: dit jaar of in 2025 - zijn op dit vlak niet te verwachten. Terwijl dat wel heel goed zou kunnen, zo blijkt uit 2 onderzoeken deze zomer. De onderzoeksbureaus Colliers en Matrixian komen namelijk tot dezelfde conclusie: er zijn tienduizenden leegstaande kantoren die per direct getransformeerd kunnen worden tot woningen. Volgens Matrixian bevindt ruim 36 procent van de leegstaande kantoren, dus circa 53.000, zich in gebieden waar de hoofdbestemming wonen toestaat. Daar is dus geen langdurige bestemmingsplanwijziging voor nodig. Zonder infrastructuur te onderschatten is er nog wel een belangrijke hobbel te nemen: het financiële plaatje. Zien vastgoedontwikkelaars, corporaties en/of beleggers geld in het ombouwen van kantoren? U voelt hem aankomen: daar wordt naar de overheid gewezen, en ja, dat kan op verschillende manieren, te beginnen met fiscale ondersteuning. Anderzijds levert meer woningen in leegstaande kantoren ook veel op, zowel in materiële als immateriële zin. Want vergist u zich niet: voor iedereen is een eigen huis het grootste bezit, dus jongeren zouden graag uit hun ouderlijk huis willen gaan en iets meer dan jaren in een studio willen wonen. Dat betaalt zich nu of later uit op allerlei gebieden. Ik noem maar eens: meer opbrengst via woonbelastingen, meer uitgaven in winkels, en ja, ook minder zorgkosten, want het levert uiteindelijk gelukkigere inwoners op. Het momentum is nu! Harmen Weijer Hoofdredacteur RenovatieTotaal Reageren? redactie@renovatietotaal.nl

4 nr. 5 September 2024 Actueel Verduurzaming woningen Wesselerbrink in Enschede op koers Meer wooncomfort en een energiezuiniger thuis voor bewoners in wijk Wesselerbrink Zuid-West in Enschede. Hier wordt - in opdracht van woningcorporatie Domijn en in samenwerking met Reimarkt, hard gewerkt aan de verduurzaming van 139 woningen. Na de zomerperiode wordt de verduurzaming uitgebreid naar de wijken Hogeland-Velve en Glanerbrug in Enschede. De zogenoemde 2e fase, waar nog eens 65 woningen worden verduurzaamd. De werkzaamheden liggen op koers. Uitvoerder Thijs Overkamp vertelt: "Begin 2024 zijn we gestart met de werkzaamheden bij de eerste drie wooncomplexen. Door het strakke schema, het duidelijke werkproces en de fijne samenwerking met de bewoners √©n onze bouwpartners hebben we inmiddels al zo'n 90 woningen comfortabeler en energiezuiniger kunnen maken. Als het zo doorgaat heb ik er alle vertrouwen in dat alle 204 woningen - naar tevredenheid - eind dit jaar zijn opgeleverd en de bewoners hun welverdiende rust √©n nog meer wooncomfort hebben." Verduurzaming en onderhoud De verduurzaming bestaat uit: na-isolatie van de buitengevels, de begane grondvloeren en de daken met een Biobased product; vervanging van buitenbeglazing door HR++glas, inclusief draaiende delen (ramen); vervanging van buitendeuren door geïsoleerde deuren; het toepassen van een mechanisch ventilatiesysteem en de plaatsing van zonnepanelen op de woningen. Daarnaast vinden onderhoudswerkzaamheden plaats, zoals schilderwerk, voegwerkherstel en brandwerende voorzieningen. Bron: Van Wijnen De Wederikstraat in Alphen aan den Rijn wordt een stuk duurzamer en krijgt een frisse uitstraling. Hiervoor ondertekenden Monique Brewster namens woningcorporatie Woonforte en Jeroen Heijdra namens ERA Contour begin juli de realisatieovereenkomst. Woonforte en ERA Contour maken deze woningen de komende tijd energiezuiniger en comfortabeler. Bloemen Architecten is verantwoordelijk voor het vernieuwde architectuurontwerp van de woningen. Met de renovatie worden 126 woningen klaargemaakt voor de toekomst. De appartementen in het woongebouw van woningcorporatie Woonforte worden voorzien van een grootschalige renovatie. Het betreffen voornamelijk maisonettewoningen, die door middel van een interne corridor worden ontsloten. Met de renovatie wordt ervoor gezorgd dat de huurders weer goede woningen aangeboden krijgen, die energiezuiniger maar ook weer een stukje fraaier zijn. Zo kan duurzamer en prettiger gewoond worden, en zijn de appartementen weer klaar voor de toekomst. Installaties De woningen worden ieder voorzien van nieuw isolerend HR++ glas, nieuwe verwarmingen en een WTW-ventilatiesysteem. Met dit warmte-terugwin-systeem wordt de warmte die in de ventilatielucht zit voor een groot deel behouden, zodat er minder energie nodig is om de verse ventilatielucht te verwarmen. Ook worden alle draaiende geveldelen (de ramen en deuren) vernieuwd, komen er nieuwe privacyschermen en balkonhekken en worden de dichte kozijnpanelen extra geïsoleerd. Daarnaast wordt het dak extra geïsoleerd en voorzien van nieuwe dakbedekking. Vervolgens worden hier zonnepanelen geplaatst. De plafonds van de bergingen worden ook geïsoleerd, zodat er minder warmte verloren gaat via de vloer van de onderste woningen. De buitenkant van het woongebouw krijgt een vernieuwde, moderne uitstraling. Zo krijgt het gebouw een witte omlijsting, die er meteen voor zorgt dat de woningen op de bovenste verdieping minder last hebben van warmte, en dat de woningen op de hoeken minder last hebben van de wind. De kozijnen worden behouden, maar worden wel in een nieuwe kleur geschilderd. De nieuwe balkonhekken worden in twee kleuren toegepast, zodat aan de gevel af te lezen is op welke verdiepingen de corridor zich bevindt. De entrees en de vluchttrappenhuizen worden geschilderd, het metselwerk wordt gereinigd en de entrees worden benadrukt door het plaatsen van ‘Wederik’ in grote letters. Interieur Ook in het interieur van de algemene ruimtes vinden renovaties plaats. De entreehallen, lifthallen en interne corridors worden voorzien van nieuwe vloer- en wandafwerking, en alle deuren worden geschilderd. In de corridors wordt veel gespeeld door jonge kinderen. Er is daarom bewust gekozen voor een zachte, goed reinigbare vloerbedekking, die ook meteen bijdraagt aan een verbeterde akoestiek. De werkzaamheden starten eind oktober 2024 en worden naar verwachting voor de zomer van 2025 afgerond. Bron: ERA Contour/Bloemen Architecten Herontwikkeling silo’s Zeeburgereiland Amsterdam van start Het heeft lang geduurd, maar nu is het moment echt daar: ontwikkelaars House of Jim, Vink Bouw en Grayfield starten in september met de herontwikkeling van de silo’s op Zeeburgereiland in Amsterdam. Deze 3 iconische gebouwen worden veranderd in een modern complex voor werken en ontspanning. De silo’s krijgen allen een opbouw. Hierin komen veel voorzieningen die een mooie aanvulling zijn in de Sportheldenbuurt. Er komen vaste kantoren en flexibele te huren werkplekken. Er komt een vestiging van het bekende filmhuis Rialto in de oude Westsilo, een grote sportschool in de middelste silo, en horeca met terras in de Oostsilo. De verschillende verdiepingen van de silo’s bieden straks de mogelijkheid voor evenementen en verhuur van zalen en ruimtes. De silo’s zijn een overblijfsel van de oude Rioolwaterzuivering Oost. De silo’s worden op 25 meter hoogte met elkaar verbonden door een publiek toegankelijk dakpark. Het dakpark wordt levendig met verschillende barretjes en cafés, waardoor bezoekers kunnen genieten van het prachtige uitzicht over het Markermeer en Amsterdam. De verwachting is dat de werkzaamheden minimaal 2 jaar duren. Woonforte en ERA Contour gaan 126 woningen in Alphen aan den Rijn renoveren

5 nr. 5 September 2024 Veelzijdige warmtepomp maakt verduurzaming eenvoudiger De verduurzaming van onze gebouwde omgeving is een omvangrijke, maar in veel gevallen ook een complexe opgave. De warmtepomp is een onmisbare schakel in de meeste van deze projecten. Maar welk toestel kies je in nieuwbouw, en welke bij renovatie of bij een grootschalige herontwikkeling? Remeha introduceert de Effenca MT & HT, misschien wel de meest veelzijdige warmtepomp die kan verwarmen én koelen, en die zowel in all-electric als hybride systemen past. De Effenca is een grootvermogen lucht/water-warmtepomp die in vrijwel elk project, bij een geschikt afgiftesysteem, een gebouw kan verwarmen maar ook kan koelen. In een renovatieproject of bij groot onderhoud kan dit toestel ook in een hybride systeem met de cv-ketel worden gecombineerd. Maar in nieuwbouw of bij vergaande renovatie functioneert de Effenca net zo makkelijk in een all-electric systeem. De middentemperatuurvariant, de Effenca MT, werkt met het koudemiddel R32 en kan aanvoertemperaturen leveren tot 60°C. Bij de Effenca HT, die het milieuvriendelijkere koudemiddel Propaan gebruikt, zorgt het toestel voor hogere temperaturen. In dat geval is de maximale aanvoertemperatuur 80°C. Zelfs bij een buitentemperatuur van -15°C levert deze warmtepomp nog 70°C water. Doordat zowel de Effenca MT als HT warmtepomp voldoen aan energielabel A +++ of A++ komen beide warmtepompen in aanmerking voor een ISDE-subsidie. Scroll Inverter en grotere vermogens De Effenca MT en HT presteren altijd op een optimaal rendement dankzij de toegepaste Scroll Inverter. Deze technologie zorgt ervoor dat de warmtepomp kan terugmoduleren naar een lager vermogen, bijvoorbeeld wanneer de warmtebehoefte van de gebruiker minder groot is. De warmtepomp start ook altijd in de laagste stand op, met als gevolg een minder hoge piek in het stroomverbruik. Met de Effenca MT en HT-warmtepomp kan Remeha vermogens tot 40 kW leveren. Door deze toestellen in een cascade-opstelling te plaatsen, wordt het mogelijk om ook grotere vermogens te realiseren. Overigens werkt Remeha op dit moment aan een volgende stap in de ontwikkeling van deze toestellen, zodat ze het aanbod met grotere vermogens kan uitbreiden. Op korte termijn zullen toestellen met vermogens tussen de 50 en 200 kW beschikbaar zijn. Daarmee kan de installateur bijvoorbeeld ook grote kantoorgebouwen en fabriekshallen met één toestel van een compleet warmtepompsysteem voorzien. REMEHA WWW.REMEHA.NL/EFFENCA Producten In de spotlight Product uitgelicht Eerste project met gevalideerde hennepteelt als isolatiemateriaal Van Wijnen Gorredijk, Hempflax, Kingspan Insulation en GreenDutch hebben deze zomer het eerste door de Stichting Nationale Koolstofmarkt (SNK) gevalideerde renovatieproject met isolatiemateriaal van hennepteelt in Nederland. Dit eerste hennep koolstofcertifcaten project markeert een mijlpaal in duurzaam bouwen. Van Wijnen Gorredijk gaat HemKor inzetten, het isolatiemateriaal van Kingspan Insulation dat grotendeels gemaakt is van het snelgroeiende biomateriaal hennep. “Dit project toont de kracht en mogelijkheden van biobased materialen. Wij zijn trots dat onze hennepvezels een essentieel onderdeel vormen van deze duurzame constructie,” zegt Mark Reinders, Managing Director van Hempflax. Boeren in Groningen telen de hennep. Hempflax uit Oude Pekela produceert hiervan het halffabricaat dat de basis vormt voor HemKor®, het nieuwe isolatieassortiment van Kingspan Insulation, inclusief hun eerste biobased product. ““Ons innovatieprogramma volgt een dubbelspoor aanpak om het realiseren van gebouwen met lagere materiaal gebonden CO2 te helpen mogelijk te maken. Het introduceren van onze nieuwe biobased isolatieoplossing HemKor® is een mooie stap voorwaarts in het realiseren van de doelstellingen uit ons wereldwijde Planet Passionate programma,’’ verklaart René Schuurman, Strategic Account Manager bij Kingspan Insulation.” CO2-certificaten GreenDutch zorgt er onder andere voor dat de CO2-vastlegging in het hele proces gecertificeerd wordt volgens de methodiek van SNK, waarmee wordt bepaald hoeveel CO2 door de hennepplant als koolstof wordt vastgelegd en hoe deze vastlegging wordt gecontinueerd door verwerking van de hennep tot biobased materiaal voor toepassing in een bouwwerk. Dit resulteert in CO2-certificaten die worden uitgegeven door SNK. Partijen, in dit geval Van Wijnen Gorredijk, investeren in de certificaten waarmee zij bijdragen aan langdurige vastlegging van CO2. Hiermee snijdt het mes aan twee kanten. De teler krijgt extra inkomsten uit de verkoop van CO2-certificaten en Van Wijnen Gorredijk past biobased isolatiemateriaal toe. “Door in de hele keten samen te werken aan dit project, specifiek in Nederland, kunnen we een mooie bijdrage leveren aan de transitie in de landbouw- en bouwsector. Wij zien een groeiende belangstelling naar onze schaalbare Carbon Farming projecten. Schaalbaarheid in de hele keten is nodig om deze markt volwassen te laten worden,” legt Toon Branbergen van GreenDutch uit. Eerste SNK certificering Dit project is het eerste in Nederland dat door de SNK is gevalideerd waarbij biobased isolatiemateriaal bestaande uit hennepvezels in een bouwproject wordt toegepast en daarmee langdurig CO₂ opslaat. Het biobased bouwproject is een voorbeeld van hoe samenwerking en innovatie kunnen leiden tot duurzame oplossingen die de toekomst van de bouwsector en landbouwsector helpen transformeren. Het project start in het najaar van 2024 en dient als een model voor verdere samenwerking. Bron: Van Wijnen

6 nr. 5 September 2024 Actueel Nog meer woningcorporties stappen over op biobased isoleren De Midden-Brabantse woningcorporaties Tiwos, Casade en Leystromen gaan biobased isolatiematerialen vaker toepassen bij onderhoud en nieuwbouw. De corporaties ondertekenden deze zomer een commitmentverklaring die deze ambitie vastlegt. Eerder committeerden zich al 28 Brabantse corporaties, wat het totaal op 31 Brabantse corporaties brengt: uniek in Nederland. De woningcorporaties willen de impact op het milieu van bouwmaterialen flink verlagen door over te stappen op biobased isolatiematerialen. Dat zijn materialen die gemaakt zijn van planten zoals graanstro, vlas of hennep, veelal van de eigen Brabantse bodem. De toepassing van biobased isolatiemateriaal in daken en muren wordt stapsgewijs uitgebreid in de jaren die volgen. Dit gebeurt bij zowel onderhoud als nieuwbouw in de periode 2024-2028. Samenwerking in de regio De inzet is om zoveel mogelijk plantaardig materiaal van de Brabantse boeren toe te passen als isolatiemateriaal. Dat kan in de vorm van bijvoorbeeld het inblazen van stro of het toepassen van kalkhennep of hennep-isolatiewol. In Midden-Brabant bieden Midpoint Brabant, Rabobank en Building Balance hulp bij het opzetten van de ‘van land tot pand’ ketens. Bijdragen aan de oplossing Honderdduizenden woningen, van woningcorporaties en van particulieren, moeten geïsoleerd worden de komende jaren. De noodzaak is dus groot om de impact van de bouwsector op het milieu te verlagen, stellen de corporaties. De meest duurzame manier, is om over te stappen op biobased bouwmaterialen. Planten slaan CO2 op in de groeifase en door ze als isolatiemateriaal te gebruiken blijft die CO2 langdurig gevangen in het materiaal. Op die manier kan de bouwsector in plaats van onderdeel van het probleem te zijn, bijdragen aan de oplossing voor milieuvervuiling. En tegelijkertijd perspectief bieden aan agrariërs, die de lokale teelt van de gewassen voor biobased materialen verzorgen. Prettiger wonen met biobased isolatie “Het gebruik van hernieuwbare of circulaire materialen is niet alleen goed voor het beperken van grondstoffenverbruik of uitstoot. De materialen houden het huis niet alleen warm in de winter maar zorgen er ook voor dat zomers de warmte langer buiten blijft dan bij traditionele materialen. Daarnaast zorgt de juiste toepassing en de eigenschappen van biobased materialen ervoor dat het huis ‘kan ademen’. Zo wordt de hoeveelheid vocht en de luchtkwaliteit binnenshuis beter”, aldus de deelnemende woningcorporaties. Bron: Tiwos Transformatie monumentale Infirmerie in Leeuwarden tot 30 gasloze appartementen Met een investering van 7 miljoen wordt het markante monumentale pand, de Infirmerie, aan de Wissesdwinger in Leeuwarden gerenoveerd. In de voormalige Infirmerie komen 30 sociale huurwoningen voor woningcorporatie WoonFriesland. Het wachten was nog op de officiële vergunning, waarmee de start van de grootschalige verbouw eind juni is begonnen. Samen met Bouwbedrijf De Vries gaat WoonFriesland de uitdaging aan om van de voormalige Infirmerie een modern en duurzaam appartementencomplex te maken. ‘Het gebouw wordt van binnen veranderd. De buitenzijde blijft gelijk’, belooft Sigrid Hoekstra, directeur-bestuurder van WoonFriesland. ‘Het betreft een rijksmonument, waardoor we veel historische kenmerken in stand houden. Dit wordt het eerste gasloze rijksmonument dat we hebben. Daarmee bieden we onze bewoners een unieke woonplek midden in de stad, in een monumentaal gebouw, mét lage energielasten.’ Mix van verleden en heden In het markante pand zijn volop verwijzingen te vinden uit de tijd dat het rijksmonument dienst deed als militair hospitaal. Zo staan er op de deuren nog namen als ‘ziekenzaal’, ‘privaat’ en ‘apotheek’. Dit soort authentieke details blijven bewaard, waardoor er een bijzondere mix ontstaat tussen verleden en heden. Ook de buitenzijde blijft gelijk, inclusief de originele ramen. ‘Het verbouwen van dit mooie monumentale pand is een uitdaging, maar ook een eer voor ons bouwbedrijf. De bewoners van dit pand wonen straks op een unieke locatie. Helemaal van nu, maar toch met de beleving van vroeger. Dat is uniek’, vertelt Theun Erik Holwerda, directeur van Bouwbedrijf De Vries. Verbouw en nieuwbouw De Wissesdwinger telt straks 30 appartementen, waarvan 24 appartementen in het oude gedeelte liggen en zes appartementen in de nieuwbouw aan de achterzijde komen. Holwerda: ‘Aan de achterzijde van het gebouw, aan de kant van de brugwachterswoning, breken we het deel af dat niet bij het rijksmonument hoort. Dit vervangen we door zes nieuwe appartementen en een half ondergrondse fietsenberging voor alle bewoners van de Infirmerie.’ Twee op een rij Verduurzamen en verbouwen van een oud en historische pand gaat niet zomaar. We deden de nodige ervaring op met de Amelandsdwinger, een monumentaal gebouw dat hemelsbreed nog geen 500 meter verderop ligt. 'De kennis die we daar opdeden, gebruiken we nu om het proces soepel te laten verlopen', vertelt Hoekstra. De 30 appartementen variëren in grootte en zijn daardoor geschikt voor uiteenlopende doelgroepen. Zo zijn er kleinere appartementen op de begane grond, met 1 of 2 slaapkamers. Deze woningen zijn geschikt voor senioren. De appartementen op de eerste verdieping zijn groter qua opzet, beschikken over 2 ruime slaapkamers en lenen zich daarmee voor jonge gezinnen, starters en doorstromers. Naar verwachting zijn de 30 appartementen voor de zomer van 2025 gereed. Bron: WoonFriesland

(Advertentie) 7 nr. 5 September 2024 Column In elk nummer van RenovatieTotaal geeft dr.ir. Haico van Nunen zijn mening over een aspect van ‘de renovatiewereld’. Haico van Nunen is adviseur bij BouwhulpGroep en lector Duurzame Renovatie bij het kenniscentrum Duurzame HavenStad van Hogeschool Rotterdam. Produceren wordt consumeren De oproep voor nieuwe isolatieoplossingen in mijn vorige column was een eerste stap. We hebben hoge ambities voor onze woningen afgesproken, maar we zijn beperkt in de beschikbare oplossingen. Eigenlijk zijn er meer nieuwe toepassingen nodig, niet alleen voor isolatie. Want op dit moment proberen we bestaande technieken toe te passen om hoogwaardige prestaties na te jagen. Dat levert nog niet altijd de gewenste prestaties en tempo. Het voelt nu nog steeds alsof we proberen de briefpost steeds sneller te bezorgen, in plaats van ze elektronisch te versturen. Willen we grote stappen maken, dan hebben we andere oplossingen nodig. Oplossingen die slim en snel te realiseren zijn, met minder mensen, meer energie besparen, en in ieder geval de kwaliteit garanderen die ze beloven. Het vraagt van de industrie om een nieuwe benadering in hun aanbod, een benadering die er nu nog niet of nauwelijks is. Een benadering die zich niet alleen richt op produceren, maar ook om het monteren en onderhouden, eigenlijk ‘renovatie als een service’. Dan word je als fabrikant uitgedaagd om prestaties te borgen en te verbeteren, je wordt er namelijk verantwoordelijk voor het totaal, en daarmee ook zichtbaar geworden voor de consument. Ook de professionele woningbeheerders (corporaties, beleggers) krijgen oplossingen die beter aansluiten op hun werkwijze. Waarin prestaties sturend zijn en waar werkzaamheden desgewenst buiten de deur belegd kunnen worden (Resultaat Gericht Samenwerken). Maar met hetzelfde aanbod krijgt tegelijkertijd de individuele particuliere woningbezitter eindelijk een bewezen markt die ook voor hen toegankelijk is. Als bij het aanschaffen van een warmtepomp er ook geïnstalleerd wordt en je niet zelf op zoek hoeft naar een installateur, dan neemt dat veel zorgen weg. Hetzelfde geldt natuurlijk ook voor een nieuw dak. Als de partij waar ik het dak koop, het maakt, maar ook zelf plaatst, weet je in ieder geval dat het op elkaar is afgestemd. Er is één aanspreekpunt voor wat je afneemt met de garantie van de industrie dat het in één keer goed wordt uitgevoerd. Het betekent dat het niet meer om produceren maar om consumeren gaat. Daarmee gaat het over het ontzorgen van diensten. Voor de fabrikanten stopt het niet meer als het product de fabriek verlaat, de gevolgen van transport en installatie werken nu door in het aanbod. Daarmee wordt er nagedacht over het gebruik en kunnen oplossingen ontstaan die er nu nog niet zijn. Het opent zelfs de deur naar nieuwe (combinaties van) producten. Maar vooral een grotere markt om toe te passen, met meer impact, die de energietransitie een stap verder brengt. Iconische panden Zeedijk in Amsterdam ondergaan toekomstgerichte restauratie Twee historische panden aan de Zeedijk in Amsterdam worden volledig gerenoveerd door maatschappelijke vastgoedbeheerder NV Zeedijk en restauratieaannemer Nico de Bont. Het gaat om de panden Zeedijk 63 – bekend van Café ’t Mandje – en Zeedijk 80, die duurzaam worden verbeterd. De werkzaamheden worden naar verwachting eind dit jaar afgerond. De partijen hebben op de Oudezijds Voorburgwal al eerder succesvol samengewerkt aan de duurzame herbestemming van een historisch grachtenpand. Beide organisaties hechten veel waarde aan sociale duurzaamheid en duurzame impact. “Wij gaan er samen voor zorgen dat dit prachtige maatschappelijke erfgoed, nauw verbonden met de cultuur en geschiedenis van de stad, op een duurzame wijze behouden blijft voor toekomstige generaties. Het blijft een ontmoetingsplek die hoort bij Amsterdam,” aldus Janny Alberts, directeur van de NV Zeedijk. Aanpassingen Het bijna 100 jaar oude Café ’t Mandje is een begrip in Amsterdam en daarbuiten, met name voor de LHBTQI gemeenschap. Het is gevestigd op de Zeedijk 63, een historisch pand uit 1760 dat nu toekomstbestendig wordt gerenoveerd. De begane grond ondergaat enkele kleine ingrepen. De toiletgroep van het café wordt uitgebreid en de meterkast wordt vernieuwd. Het hele pand gaat van het gas af. Voor deze werkzaamheden wordt het café tijdelijk gesloten. In Zeedijk 80, stammend uit 1887 op de hoek van de Zeedijk en de Korte Stormsteeg, vinden diverse ingrepen plaats. De kelder wordt opnieuw gefundeerd waarvoor een deel van de gevelpui en vloer tijdelijk worden verwijderd. Het pand, met een verhuurbare winkel op de begane grond, wordt volledig gasloos en krijgt zonnepanelen op het dak. Boven de winkel worden drie nieuwe appartementen gerealiseerd. Hierbij wordt ook weer zoveel mogelijk gebruik gemaakt van biobased materialen. Het dak wordt vernieuwd en opnieuw met leien bedekt. Bron: Nico de Bont. Foto’s: Arjen Veldt Direct prijs Makkelijk bestellen 24/7 toegankelijk

www.nl.weber NÓG ‘DIKKER’ ASSORTIMENT MAKKELIJK SNEL EN ZEKER Distributiep rtners: Ook voor Cemfloor® gietdekvloeren kunt u voortaan bij Weber terecht via onze distributiepartners.

9 nr. 5 September 2024 Eén van de meest recente projecten bij particulieren is de renovatie van de begane vloer in een woning in Nieuwe Wetering. Bouwbedrijf van Emmerik voert deze renovatie uit, waarbij Duofor de renovatievloer produceert en levert, vertelt Dennis van Dijen, die nauw betrokken is bij het project. “We vinden het heel belangrijk dat we dicht op het project zitten. Wij zijn producent/ leverancier van deze vloeren en we willen de aannemer zo veel mogelijk ontzorgen en met raad en daad helpen bij het aanbrengen van de vloer. Zeker bij de eerste keer is dat aan te raden; daarna weten aannemers meestal wel hoe de vloer het beste aangebracht moet worden.” Liggerindeling Zeker de eerste keer start het project met een gezamenlijk bezoek op locatie, waar Van Dijen en zijn collega’s met de aannemer de woning gaan bekijken. Van Dijen: “We meten dan eventueel de vloer in. Aan de hand van deze ingemeten data maken wij een tekening met onder andere de liggerindeling, die we doorsturen naar de aannemer. Als we hierop een goedkeuring krijgen, gaat de vloer in productie. Of wordt deze uit onze ruime voorraad geleverd. Als dat gereed is, gaat de gehele vloer – dus zowel de stalen liggers, als de eps-isolatie vulelementen tot aan het allerlaatste schroefje – in één vrachtauto naar de bouwlocatie. Dat vinden we ook heel belangrijk, want dat voorkomt onnodige verkeersbewegingen en is ook een stuk duurzamer dan dit aanleveren in meerdere vrachtauto’s.” Snel monteren Het leggen van de renovatievloer van Duofor gaat eveneens snel, want het is mogelijk in 1 à 1,5 dag de vloer te leggen en van beton te voorzien. Van Dijen legt uit hoe dat kan. “Als men ervoor kiest om te werken met het muurprofiel in combinatie met haakbeugels is het mogelijk om deze rechtstreeks aan de bouwmuur te bevestigen. Hak- en breekwerk is niet meer nodig, waardoor de stofbelasting aanzienlijk vermindert en de bouwtijd versneld. Met onze vloer mag met een overspanning van 5,5 meter nog steeds met muurprofielen worden gewerkt, waardoor er veel minder in de muur gehakt hoeft te worden. Dat komt omdat het staal van onze balken van minimaal S390 kwaliteit is, wat inhoudt dat dit staal 1,74 mm dik is, waar overige partijen met slechts 1 mm staaldikte werken.” Daarnaast beschikt Duofor over andere speciaal ontwikkelde hulpstukken om de bouwtijd aanzienlijk te versnellen en om de vloer passend te krijgen in iedere situatie. “Zo hebben we een raveelbeugel om eenvoudig revalingen te maken voor kruipluiken en een schouw. Daarnaast hebben we het schuif-koppelstuk om de liggers met elkaar te kunnen verbinden en om een ligger 0,4 m traploos te verlengen.” Circulair met biobased materialen Op vragen vanuit de markt – voornamelijk woningcorporaties – heeft Duofor het Combifor FLEX systeem verder uitgebreid met een andere isolatie samenstelling. Dit is altijd al de kracht van het Combifor FLEX systeem geweest. “Het gaat hierbij om bijvoorbeeld materiaal van vlas of hennep, maar het kan ook om houtwol, gerecyclede eps en pir gaan, en zelfs hergebruikte spijkerbroeken. Deze worden afgewerkt met duurzaam plaatmateriaal. En ook belangrijk deze vloer is sinds kort voorzien van een erkende prestatieverklaring van Bureau CRG en daardoor heeft men onder de juiste voorwaarden recht op ISDE-subsidie. Op dit moment zijn wij de enige leverancier in Nederland die deze biobased samengestelde renovatievloeren produceert en levert”, aldus Van Dijen, die er op wijst dat biobased bouw- en isolatiematerialen bij woningcorporaties een steeds belangrijke rol speelt. Van Dijen doelt daarmee op de Nationale Aanpak Biobased Bouwen (NABB), die ministeries van BZK, I&W, LNV en EZK hebben opgestart met 200 miljoen euro aan overheidsfinanciering. Doel is onder andere dat in 2030 minstens 30% van de isolatie voor verduurzaming is uitgevoerd met biobased materialen. “Vanaf volgend jaar is het streven van woningcorporaties al een aandeel van 8% biobased te behalen. Daar helpt deze renovatievloer in ieder geval zeker mee”, besluit Van Dijen. Thema Vloeren & Afbouw: Project in Beeld Vloer in woningen renoveren in 1 dag Steeds meer particulieren willen hun woning upgraden en dat betekent voor jaren 60-, 70- en 80-woningen vaak dat de begane vloer gerenoveerd en geïsoleerd moet worden. Dat kan op een conventionele manier met nieuwe balken, maar dat is tijdrovend en kostenverhogend. Een goed alternatief is het gebruik van renovatievloeren, die de oude vloer vervangen en meteen voor isolatie zorgen. Bij Duofor is men daar al jaren mee actief, en sinds kort zelfs met een BCRG-­ gecertificeerde biobased samengestelde variant. Want, zo zegt Dennis van Dijen, adviseur bij Duofor, “woningcorporaties streven vanaf volgend jaar naar het gebruik van 8% biobased materialen bij woningbouw en -renovaties.” Auteur: Harmen Weijer. Foto’s: Duofor. Renovatievloeren nu ook in biobased variant In een woning in Nieuwe Wetering voert Bouwbedrijf van Emmerik een vloerrenovatie uit, waarbij Duofor de renovatievloer produceert en levert. Als men ervoor kiest om te werken met het muurprofiel in combinatie met haakbeugels is het mogelijk om deze rechtstreeks aan de bouwmuur te bevestigen. Hak- en breekwerk is dan niet meer nodig. ▼ Het leggen van de renovatievloer is binnen 1 dag te realiseren, waarna de vloer met beton afgestort kan worden. ▲ Duofor vindt het heel belangrijk dat ze dicht op het project zitten, mede daarom laat Duofor-adviseur Dennis van Dijen zien hoe de liggers worden verbonden aan de muurprofielen.

INNOVATIEVE OPLOSSINGEN VOOR UW RENOVATIEPROJECT havebomontage.nl Snel en vakkundig met maar één contactpersoon

11 nr. 5 September 2024 Thema Vloeren & Afbouw: Trends Veel potentie voor afbouwsector in verduurzaming van woningen Veel woningen in Nederland die nog verduurzaamd moeten worden, hebben echter geen ruimte in de spouwmuur daarvoor. Dit omdat deze simpelweg ontbreekt. Uit onderzoek naar de marktomvang van naisolatie door bureau Buildsight blijkt dat er maar liefst een potentie is van 184 miljoen vierkante meter aan buitengevelisolatie. Dat betekent dat de afbouwsector flink wat werk kan en moet verzetten in de komende jaren. Het onderzoek van Buildsight is uitgevoerd in opdracht van het Platform voor Visie en Strategie van de Afbouw, onderdeel van afbouwbranche-organisatie NOA. Buildsight heeft berekend dat de marktvolumes voor na-isolatie aan bestaande woningen de komende jaren verder zullen groeien. Volgend jaar zal zo’n 6 miljoen m2 geveloppervlak moeten worden voorzien van na-isolatie. Dat kan middels spouwmuurisolatie, buitengevelisolatie óf binnenisolatie. Volgens bevraagde partijen heeft spouwmuurisolatie, vanwege de kosten én het gemak waarmee dit kan worden gedaan, de voorkeur. De meeste woningen die vóór 1974 gebouwd zijn, hebben echter in de spouw onvoldoende ruimte om met spouwmuurisolatie de benodigde isolatiewaarde te realiseren. Op basis van de huidige woningvoorraad is berekend dat maar liefst 3.413.000 woningen hierdoor niet geschikt zijn voor spouwmuurisolatie. Omgerekend betekent dit in totaal 184 miljoen vierkante meter geveloppervlak dat zou moeten worden voorzien van buitengevel- of binnenisolatie. “Enorme kansen” “Er liggen enorme kansen voor onze Trends in afbouwsector Marktonderzoeksbureau Buildsight verzorgt naast bovenstaand onderzoek ook twee keer per jaar voor alle hoofdsectoren van NOA een trendanalyse. Tezamen met algemene ontwikkelingen in de bouw geeft dit een goed beeld voor de strategiebepaling. Voor de sector plafond- en wandmontage constateert Buildsight een groeiend aandeel van houtbouw in de woningbouw. Dit kan voor de plafond- en wandmontagesector tot meer werk leiden, al zal een deel daarvan prefab zijn. In de utiliteitssector groeide de afgelopen jaren de kantorenmarkt hard, maar daar wordt dit jaar een dip verwacht. Aangezien er in deze markt relatief veel gipsplaten en systeemplafonds worden verwerkt en er een groeiende vraag is naar hoogwaardig afgewerkte kantoorruimten wordt verwacht dat de markt zich snel hersteld. Positief is de blijvend grote vraag en grote werkvoorraad in de sector stukadoren & afbouw, maar door het lage niveau van vergunning afgifte wordt dit jaar voor de stukadoorssector in de woningnieuwbouw een daling van 12% verwacht. De renovatiesector lijkt niet verder te dalen. Voor 2025 wordt een stabilisatie verwacht, maar dan zal de Nederlandse economie zich wel vanaf het derde kwartaal moeten herstellen. Voor de vloerensector is het groeiende aandeel van harde vloerafwerking positief; dit komt door de groei van laagtemperatuur vloerverwarming. Omdat komende jaren wordt verwacht dat er meer kleinere eengezinswoningen en appartementen worden gebouwd, is dit van invloed op het gemiddelde vloeroppervlak. Dit jaar wordt een marktdaling van 6% verwacht, maar voor 2025 – met de kanttekening dat de economie zich in het derde kwartaal van 2024 moet gaan herstellen – zit een groei van 4% in de peiling. afbouwsectoren”, meende Gerard Troost vorig jaar al nadat Buildsight het onderzoek opleverde. Gerard Troost is projectleider van de werkgroep, omdat hij enorme kennis heeft over buitengevelisolatiesystemen met gepleisterde afwerking en steenstrips, maar ook omdat hij jarenlang via stichting Gevelgarantie werknemers liet opleiden. “We hebben een meerjarenplan opgesteld om deze enorme klus te klaren. Er moeten méér mensen worden opgeleid om dit werk te kunnen doen. En we moeten veel meer bekendheid geven aan de mogelijkheden om gevels middels een buitengevelisolatiesysteem of binnen isolatiesysteem op een juiste wijze te verduurzamen. Uit hetzelfde onderzoek bleek dat woningeigenaren en vastgoedbedrijven hier zeer geringe kennis over hebben en dat ze het lastig vinden om iemand te vinden die hier onpartijdig goed advies over kan geven.” Afgelopen maanden zijn er diverse afspraken geweest op de ministeries van binnenlandse zaken en economische zaken, waarbij helder uiteen is gezet wat er nodig is om de woningvoorraad op de juiste wijze te verduurzamen. “We hebben ambtenaren uitgelegd dat het heel interessant is om traditionele verwarmingssystemen te vervangen door laagtemperatuur verwarmingssystemen en die dan te combineren met gevelisolatie”, vertelt NOA-voorzitter John Kerstens. “Nederland staat voor de uitdaging om woningen energiezuinig te maken en gasloos te gaan verwarmen. Gevelisolatie speelt daarbij een cruciale rol.” Wooncomfort “Bovendien zorgt gevelisolatie voor een enorme verhoging van het wooncomfort”, vult Jan van de Heuvel, voorzitter van het innovatieplatform aan. “Woningen krijgen een aangenaam binnenklimaat en houdt geluidsoverlast van buiten tegen. Daarom willen we ook energieadviseurs opleiden, zodat zij woningeigenaren goed kunnen informeren over de voordelen van gevelisolatie, de beste methoden voor hun specifieke situatie én de mogelijke subsidies en financiële voordelen.” Met dank aan NOA.

RecyStel stelkozijnprofielen Vervaardigd uit 100% gerecycled PVC Verkrijgbaar in lengtes van 6 meter Gemakkelijk op maat te zagen Eenvoudig te schroeven Snel leverbaar via webshop op recystel.nl Diverse modellen voor verschillende toepassingen RecyStel stelkozijnprofielen zijn geschikt voor kunststof, houten en aluminium kozijnen voor zowel nieuwbouw als renovatie. Door de toevoeging van schuimgas aan het PVC is het product net zo te verwerken als hout. Het materiaal zorgt voor uitmuntende thermische isolatie en is daarom bij uitstek geschikt voor passiefhuisconstructies. T 088 - 972 2500 E info@recystel.nl recystel.nl Scan hier voor directe toegang tot webshop Vraag nugratiseen RecyStel Monsterbox aan via RecyStel.nl 9.2 160.000

13 nr. 5 September 2024 Thema Vloeren & Afbouw “ We zijn een petitie gestart om omissies in NTA 8800 rond vloerisolatie te herstellen” De energieprestatie van gebouwen in Nederland wordt sinds 2021 bepaald volgens de NTA 8800, de nationale methodiek. Al jaren proberen bedrijven op het gebied van vloerisolatie, waaronder TonZon, de projectgroep die verantwoordelijk is voor deze methode te wijzen op een omissie in die methodiek. Volgens de huidige methode draagt vloerisolatie nauwelijks bij aan een beter energielabel. Hiermee wordt het effect van vloerverwarming op het warmteverlies naar beneden en het energieverbruik van de woning zwaar onderschat, stelt Ton Willemsen van TonZon. “Dit kan leiden tot grote afwijkingen, vooral bij begane grondwoningen zonder vloerisolatie en bij woningen met vloerverwarming op een onvoldoende geïsoleerde vloer.” Auteur: Harmen Weijer. Foto’s: TonZon De afwijkingen waar Willemsen op doelt, heeft hij geconstateerd aan de hand van analyses die worden onderbouwd met thermografische beelden. Hieruit blijkt onder andere dat vloerisolatie wel degelijk effect heeft: het kan energiebesparing opleveren tussen de 40 en 50 procent. “Het grootste probleem is dat in het Bouwbesluit staat dat men de vloer met een minimale Rc-waarde van 3,7 m2/K/W mag isoleren, terwijl dat juist minimaal 5 m2/K/W voor bestaande woningen nodig is om bijvoorbeeld het verwarmingseffect van vloerverwarming niet teniet te laten doen. MilieuCentraal erkent dat ook, maar ze lijken wel de enige te zijn bij de overheid.” Energielabel Dat levert problemen op als woningeigenaren een energielabel laten opmaken door energieprestatie-­ adviseurs, stelt Willemsen vast. “In de nationale methode voor de bepaling van de energieprestatie van gebouwen, de NTA 8800, zijn vloerisolatie en vloerverwarming niet correct meegenomen. De afwijkingen zijn zo extreem dat zelfs leken ‘op hun klompen’ of beter gezegd ‘met hun blote voeten’, kunnen aanvoelen dat hier iets niet klopt.” De praktijk laat echter zien dat wanneer er via vloerverwarming warmte in de vloer wordt gestopt, de vloer aan de boven- en onderkant echter wel warmer worden. Willemsen heeft dat ook gemeten, zoals de warmtebeelden laten zien. “Een vloer met interne vloerverwarming verliest dus meer warmte naar onderen dan een vloer zonder interne vloerverwarming. Naarmate de vloer beter wordt geïsoleerd, gaat er minder warmte verloren en wordt er meer bespaard. Dat komt in de NTA 8800 dus niet tot uitdrukking.” Extra uitleg Willemsen heeft de NEN-commissie eind vorig jaar al hierop gewezen via een extra uitleg, met onder andere deze alinea: “Vloeren zonder interne vloerverwarming zijn altijd warmer, naarmate ze beter zijn geïsoleerd. Dit is een bouwkundige eigenschap, die afhangt van de isolatiewaarde van de vloer en heeft niets te maken met bewonersgedrag. Vloerisolatie heeft een grotere invloed op het stookseizoen en de dagelijkse stooktijd dan isolatie van de gevel. Dit bouwkundige kenmerk hoort daarom te zijn meegenomen in de bepalingsmethode, maar dat is nu niet het geval.” Het zorgt er volgens Willemsen voor dat het energielabel niet meer voldoet bij het labelen van begane grondwoningen zonder vloerisolatie of met gebrekkige isolatie, en bij woningen met vloerverwarming op onvoldoende geïsoleerde vloeren. “Voor deze woningen zou een speciale aantekening moeten worden toegevoegd aan het energielabel. Daarnaast zou ik graag willen zien dat er een landelijke inhaalcampagne wordt gestart om vloerisolatie in bestaande woningen te bevorderen. En het zou goed zijn als woningcorporaties - naast de bestaande opdracht om eerst alle woningen met energielabel E, F of G te verbeteren - een tweede traject starten waarbij alle woningen zonder vloerisolatie van hoogwaardige vloerisolatie worden voorzien. Dit zal een einde maken aan de veelvuldige klachten van huurders in woningen met energielabel A, B, C of D over comfortproblemen, vocht, schimmel, en hoge energierekeningen.” Tweede Kamer Een en ander komt aan de orde tijdens het commissiedebat gebouwde omgeving in de Tweede Kamer op 3 oktober. Op de agenda van dit commissiedebat staat de betrouwbaarheid van het energielabel. Nu het ministerie de eerste 5 jaar geen aanpassingen meer wil, is Ton Willemsen een online petitie gestart op https://verbeterenergielabel.petities.nl om toch aanpassingen te krijgen. Belangrijk, want zo stelt Willemsen, “het gevolg van deze onjuistheden is dat het energielabel niet betrouwbaar is. Een woning met vloerverwarming kan een veel beter energielabel hebben dan de naastgelegen woning en toch veel meer energie verbruiken omdat de vloer niet is geïsoleerd.” Vloeren worden volgens de theorie niet warmer van vloerverwarming en ook de kruipruimte wordt niet warmer. In de praktijk blijkt echter dat wanneer er warmte in de vloer wordt gestopt, de vloer in de praktijk aan de boven- en onderkant echter wel warmer wordt zoals deze warmtebeelden laten zien. Ton Willemsen van TonZon pleit voor inhaalslag in vloerisolatie: Projectgroep NTA 8800 De projectgroep NTA 8800 heeft de bezwaren van TonZon en andere vloerisolatiebedrijven rondom het ontbreken van vloerisolatie in de methodiek voor het energielabel in juni behandeld. Voorzitter Harm Valk erkent in een artikel in het vakblad Bouwwereld dat vloerisolatie “stiefmoederlijk” is behandeld in de energieprestatieberekening. Valk geeft verder aan dat deze manier van werken een eis is van het ministerie van VRO om het energielabel betaalbaar te houden. Valk geeft tevens aan dat TonZon op bouwfysisch gebied recht van spreken, maar dat bij het energielabel ook andere factoren sterk meespelen. De kans dat het energielabel op korte termijn wordt gewijzigd acht Valk klein, omdat alleen de meest noodzakelijke aanpassingen gedaan zouden kunnen worden. Daaronder valt vloerisolatie niet. Daarom is Ton Willemsen nu een online petitie gestart: https://verbeterenergielabel.petities.nl

14 nr. 5 September 2024 Thema Vloeren & Afbouw: Innovatie Nieuw optop-concept combineert industrialisatie, houtbouw en digitalisatie Om de woningnood in Nederland aan te pakken wordt optoppen steeds vaker genoemd. Zelfs in het regeerakkoord is optoppen specifiek benoemd. De potentie is ook groot: volgens onderzoek uit 2023 van de Stec Groep is een realistische mogelijkheid om bijna 100.000 woningen toe te voegen door op te toppen. Zoveel gaat Dura Vermeer niet realiseren, maar het bouw- en ontwikkelingsbedrijf heeft wel een nieuw optop-concept ontwikkeld, Blokje Op geheten. Na een jarenlange ontwikkeling zijn de eerste resultaten vanaf eind deze maand te zien in Rotterdam, waar bewoners van 228 seniorenappartementen 44 nieuwe ‘bovenburen’ krijgen. Auteur: Harmen Weijer Blokje Op nieuwste loot aan stam voor optoppen In een druk en dichtbevolkt land als Nederland is het zoeken als het gaat om beschikbare grond voor het bouwen van woningen. Zeker als we ook nog de overige grond willen gebruiken voor andere doeleinden, zoals natuur, toerisme en infrastructuur. Daarom is optoppen al langere tijd in beeld bij zowel overheden als gebouweigenaren en bouwbedrijven. Maar om daadwerkelijk tot rendabele stappen op dit vlak te komen, is behoorlijk veel doorzettingsvermogen én conceptueel durven te denken gevraagd. André Hehemann, projectmanager bij Dura Vermeer, en de afgelopen drie jaar betrokken bij het ontwikkelen van Blokje Op, weet daar alles van. “We hebben in Nederland woningnood, en verdichten is een van de mogelijkheden. Vanuit de markt – en dan moet je denken aan woningcorporaties, beleggers en VvE’s – kregen we regelmatig de vraag naar optoppen. Wij zagen daarin mogelijkheden om de ontwikkelingen in de bouwsector die al op andere vlakken gaande zijn, hierin te combineren. Ik doel daarmee op: industrialisatie, houtbouw en digitalisatie. Optoppen is niet nieuw, maar wordt vaak heel technisch bekeken. Wij hebben gekeken naar hoe we de keten in de bouwsector in dit concept kunnen verbinden. Industrialisatie is daarbij belangrijk, omdat we ook een tekort aan arbeidskrachten hebben.” ‘Showstoppers’ Omdat optoppen niet nieuw is, heeft Dura Vermeer gekeken naar wat Hehemann ‘showstoppers’ noemt, oftewel: grote belemmeringen waardoor optoppen amper van de grond is gekomen. “De twee allerbelangrijkste zijn: draagvlak van de omgeving en in het bestaande gebouw, en parkeren. Dus geen technische belemmeringen, want die zijn op te lossen, maar eigenlijk wat er om heen hangt. Parkeren is een issue, omdat er meer bewoners bij komen. Dat kunnen wij echter niet oplossen; dat is per gemeente verschillend vanwege het beleid dat ze daarvoor hanteren. Maar daar is van af te wijken, zoals we in Rotterdam dus nu hebben ervaren. Het is wellicht ook een veel groter issue, want we zouden in Nederland anders naar onze mobiliteit moeten kijken. Want is het wel nodig dat we een tweede of derde auto bezitten?” Draagvlak creëren is wel iets wat Dura Vermeer en de opdrachtgever – vaak een woningcorporatie of belegger – bij optoppen kan oplossen. Dat vraagt echter om anders te denken over optoppen en dan vooral het moment waarin deze bouwactiviteit plaatsvindt. Hehemann legt dat uit. “Veel woningcorporaties denken aan optoppen als ze het appartementenOp het bestaande seniorenappartementcomplex De Klapwiek in Rotterdam van Stichting Ouderenhuisvesting Rotterdam (SOR) wordt eind september, begin oktober gestart met de assemblage van de eerste optop-woningen voor een nieuw optop-concept. Artist impression: EGM architecten Dura Vermeer laat in Enschede een slimme 3D-kern assembleren in een lange carrousel, die is ontwikkeld met 20 verschillende stations. Afbeelding: Dura Vermeer

15 nr. 5 September 2024 gebouw willen renoveren. Daar stellen ze hun portfeuillemanagement ook op scherp. Maar wij zeggen juist dat optoppen ook kan op momenten dat het gebouw nog niet hoeft gerenoveerd te worden. En op die plekken in de stad waar verdichtingskansen liggen. En dat moet dan wel gebeuren op zo’n manier dat de bewoners er zo min mogelijk last van hebben. Want dat maakt de kans op draagvlak bij hen voor optoppen veel groter. Dus optoppen zonder dat er ook gerenoveerd wordt, maar ook zonder dat er steigers rondom de woning komen én ook zonder dat de bewoner zijn woning uit moet. Met deze voorwaarden én de ingrediënten industrialisatie, houtbouw en digitalisatie zijn we Blokje Op gaan ontwikkelen.” Carrousel in assemblage-hal Belangrijk in het concept is dat het bouwproces snel, flexibel, efficiënt en pas op het allerlaatst op de bouwlocatie plaatsvindt. Dura Vermeer laat in Enschede een slimme 3D-kern assembleren in een lange carrousel, die is ontwikkeld met 20 verschillende stations. “Die slimme kern noemen we de smartbox. Daarin worden de technische installaties en de natte ruimtes opgenomen, zoals wc, badkamer en keuken. We starten met de vloer, door ons connector genoemd, omdat hierin de verbindingen naar nutsvoorzieningen op het bestaande gebouw worden opgenomen. Per station is er twee uur beschikbaar om de prefabonderdelen, die we van tevoren bij onze ketenpartners hebben besteld, in de smartbox te assembleren. Neem de badkamer, die komt geprefabriceerd in zijn geheel aan in de hal en wordt bij één van de stations ingebouwd. Dus na 40 uur is de smartbox klaar en komt er per 2 uur een smartboxvan de band. Nu bouwen we straks niet iedere 2 uur de woning af, dus we slaan deze boxen op in Enschede, of bij Dura Vermeer Urban Miner onze circulaire bouwhub in ’s Gravendeel.” De keuze voor hout heeft ook te maken met dit proces. “We kiezen voor hout om drie redenen: hout is lichter dan bijvoorbeeld staal, al is dat ook in lichtgewicht beschikbaar. Hout is daarnaast goed voor onze CO2-doelen, omdat in hout CO2 is opgeslagen. En als derde is hout makkelijker te gebruiken dan staal in het industrialisatieproces, voornamelijk in bij het assembleren.” Op locatie worden naast de smartbox de overige HSB en CLT-bouwelementen geplaatst en gemonteerd. Hehemann: “Per project is het aan de opdrachtgever en de architect om te kiezen waar deze smartbox met installaties, wc, badkamer en keuken komt. Dat kan in het midden zijn, maar ook aan de voor- of achterkant. Vanuit de smartbox wordt de luchtverwarming en -koeling geregeld via een water/water warmtepomp. Via roosters wordt de lucht ingebracht in de verschillende verblijfruimtes. Overigens maken we gebruik van een WTW-unit, en zijn de gevels en daken goed geïsoleerd met een respectievelijke rc-waarde van 4,7 en 6,3. Verder maken we gebruik van stekkerbare elektra. Dat geheel zorgt ervoor dat de gehele assemblage snel verloopt. We verwachten 4 woningen per week te kunnen opleveren.” De Klapwiek Dat mag Dura Vermeer dus voor het eerst laten zien op het bestaande seniorenappartementcomplex De Klapwiek van Stichting Ouderenhuisvesting Rotterdam (SOR). Met de assemblage van de eerste optopwoningen in Rotterdam wordt eind september, begin oktober gestart. Maar dat is niet een paar maanden geleden in gang gezet, vertelt Hehemann. “We zijn door de SOR drie jaar geleden benaderd met de vraag of wij houten woningen konden neerzetten op bestaande appartementen van hen. We hadden toen net ons project Blokje Omhoog opgeleverd, een concept om appartementen in hout te bouwen, eigenlijk als principe de voorloper van Blokje Op. Zo hebben we bij Blokje Omhoog bijvoorbeeld de smartbox al ontwikkeld. Daarop zijn we verder gaan ontwikkelen om dit principe op een bestaand gebouw te plaatsen. Want er was in die fase meer staal dan hout gebruikt, en in het proces liepen de ploegen langs de carrousel in plaats van nu dat de smartbox langskomt.” In de verschillende fases van het bouwproces is ook naar draagvlak onder bewoners gezocht. “Dat is best snel gevonden. Deze bewoners begrijpen heel goed dat er woningnood is, iedereen kent wel iemand in zijn familie die maar niet aan een woning kan komen. Maar ze waren wel heel blij dat er zo min mogelijk overlast zal zijn. Verder is met de gemeente de parkeernorm bijgesteld, er van uitgaande dat senioren niet 2 of 3 auto’s per huishouden hebben. Het vergunningstraject duurde niettemin 1 jaar en 3 maanden. De verwachting is wel dat het mogelijk moet zijn in 2 jaar dit soort optopwoningen te realiseren. En de interesse ervoor is er zeker, want voor zeker 10 projecten hebben we inmiddels quickscans en haalbaarheidsfasen uitgevoerd. Dat is nog maar de eerste, verkennende fase, maar de interesse is gewekt”, aldus Hehemann. Bij De Klapwiek in Rotterdam worden vanaf deze maand per week 4 optopwoningen opgeleverd. Artist impression: EGM architecten Op locatie worden naast de smartbox de overige HSB en CLT-bouwelementen geplaatst en gemonteerd. Per project is het aan de opdrachtgever en de architect om te kiezen waar deze smartbox met installaties, wc, badkamer en keuken komt. Dat kan in het midden zijn, maar ook aan de voor- of achterkant. Afbeelding: Dura Vermeer

RkJQdWJsaXNoZXIy NTI5MDA=