RenovatieTotaal 4 - 2024

29 nr. 4 Juni 2024 Installatienieuws Subsidieregeling helpt investeerders van warmtenetten Ondernemers die willen investeren in een warmtenet, kunnen vanaf 1 juli weer de Warmtenetten Investeringssubsidie (WIS) aanvragen bij Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO). Door aanpassingen in de subsidie, kunnen ondernemers dit jaar vaak meer subsidie aanvragen. Hierdoor kunnen zij ook sneller van start met de aanleg van een efficiënt warmtenet om bestaande woningen en gebouwen aardgasvrij te maken. Een warmtenet levert duurzaam opgewekte warmte aan woningen en gebouwen. Zo kunnen die van het aardgas af. Vorig jaar konden ondernemers voor het eerst subsidie aanvragen voor de aanleg van een warmtenet. Het subsidiebudget voor de nieuwe aanvraagronde van de Warmtenetten Investeringssubsidie (WIS) is verhoogd naar € 400 miljoen. In 2023 was dit € 150 miljoen. Ondernemers kunnen nu ook maximaal € 30 miljoen in plaats van € 20 miljoen subsidie aanvragen per project. Dit zorgt ervoor dat er meer woningen sneller van het aardgas gaan. Ondernemers kunnen dit jaar daarnaast een korting op het vastrecht voor energie geven. Vastrecht voor energie is het bedrag dat de gebruiker maandelijks voor de warmte betaalt, ongeacht het verbruik. De korting zorgt ervoor dat woningcorporaties en warmtebedrijven makkelijker afspraken kunnen maken over het afkopen hiervan. Dit zorgt uiteindelijk ook voor een betere betaalbaarheid voor de eindgebruiker. Ondernemers moeten in het ontwerp een projectgebied aangeven. Binnen dit gebied moeten zij alle kleinverbruikers (woningen en gebouwen) een aanbod doen om aan te sluiten op het warmtenet. Dit is aantrekkelijker gemaakt door het maximale subsidiebedrag per particuliere kleinverbruikersaansluiting te verhogen van € 6.000 naar € 7.000. Voor huurwoningen blijft dit bedrag € 6.000. Het kabinet wil de inzet van warmtenetten, ook wel bekend als stadsverwarming, versnellen. Doel is in 2030 500.000 nieuwe aansluitingen van bestaande woningen op een warmtenet te realiseren. Deze subsidie draagt hieraan bij. Ondernemers die investeren in een warmtenet om bestaande woningen aardgasvrij te maken, maar hun project niet kunnen uitvoeren zonder subsidie, kunnen bij RVO subsidie aanvragen. Bron: RVO Geactualiseerde kennis voor realisatie van warmtepompsystemen met bodemenergie De geactualiseerde versie van de ISSO-publicatie 72 is vanaf nu beschikbaar. De kennis biedt handvatten voor het ontwerp, de uitvoering, de oplevering en het beheer van bodemgebonden water/waterwarmtepompen in woningen. ISSO-publicatie 72 ‘Ontwerpen van bodem gebonden water/water-warmtepompen in woningen’ behandelt het gehele proces in de realisatie van bodemgebonden water/water-warmtepompen: van het ontwerp en de uitvoering tot en met de oplevering en het beheer. De kennis beperkt zich in de basis tot één soort systeem: een warmtepomp voor de opwekking van lage temperatuur ruimteverwarming en warm tapwater voor een individuele woning met vrije koeling. Het koelen betreft enkel vrije (passieve) koeling vanuit de gesloten bodemwarmtewisselaar. De systeemopzet, die deze ISSO-publicatie behandelt, is tweeledig: - Een individuele gesloten bodemwarmtewisselaar als bron van de warmtepomp. - Een combi-warmtepomp voor verwarming, koeling en de bereiding van warm tapwater voor een individueel systeem. De warmtapwateropwekking kan geïntegreerd zijn of los van de warmtepomp zijn geplaatst. Deze ISSO-publicatie 72 is een herziening van de versie die in 2022 verscheen. Het normatieve Deel A beschrijft de programmafase en de benodigde wettelijke activiteiten en werkzaamheden die vereist zijn voor ontwerp, realisatie, onderhoud en beheer. Het informatieve Deel B geeft technische toelichtingen en adviezen voor de uitwerking in de ontwerp-, uitwerkings-, realisatie- en beheerfase. Daarnaast is er aandacht voor periodiek onderhoud en monitoring. In het document wordt het belang van zorgvuldige selectie van de warmtepomp benadrukt. Er wordt daarvoor ook verwezen naar ISSO-publicatie 51 ‘Warmteverliesberekening voor woningen en woongebouwen’. Verplichte certificering Voor ontwerp, installatie, beheer en onderhoud van dit type warmtepompinstallatie in de woning is certificering en erkenning volgens BRL 6000-21/00 noodzakelijk. De BRL 6000-21/00 maakt onderscheid tussen grote en kleine installaties. Kleine installaties zijn individuele installaties met een individuele warmtepomp en een individuele bron voor een individuele woning. Voor de technische invulling van het ontwerp, installeren en beheren verwijst de BRL 6000-21/00 naar de ISSO-publicaties 72 en 73. Voor het boren en installeren van de bodemwarmtewisselaar zijn certificering en erkenning volgens BRLen SIKB 2100/11000 en protocollen 2101/11001 noodzakelijk. De publicatie is te raadplegen in ISSO Open. Bron: ISSO Warmtepompen en energieopslag populair bij EIA vorig jaar Ondernemers maakten in 2023 veel gebruik van belastingvoordeel met de Energie-investeringsaftrek (EIA). Bijna 23.000 ondernemers vroegen de EIA aan. Vooral investeringen in warmtepompen en energieopslag waren vorig jaar populair, zo blijkt uit de cijfers van het EIA-jaarverslag van de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO). Het totale bedrag aan energiezuinige investeringen was bijna € 4,4 miljard. Dit is een stijging van 24% vergeleken met 2022. De verwachte energiebesparing van deze investeringen is ongeveer 1.077 miljoen m3 aardgas. Dat is vergelijkbaar met het jaarlijkse energieverbruik van 586.000 huishoudens. Ondernemers uit uiteenlopende sectoren maken gebruik maken van de investeringsaftrek, zoals de glastuinbouw, transport, veehouderij, horeca en industrie. Zo investeerden ondernemers in de industriesector voor € 1,8 miljard in energiebesparing. Dit is een stijging van € 0,4 miljard vergeleken met 2022. Bedrijven doen de meeste aanvragen voor zonnepanelen, warmtepompen en isolatie van gebouwen. In het jaarverslag staat dat ondernemers in 2023 voor bijna € 88 miljoen hebben geïnvesteerd in warmtepompen. Dat is een flinke stijging vergeleken met 2022. Toen ging het om een investering van € 67 miljoen. Warmtepompen zijn belangrijk bij de verduurzaming van gebouwen. Ze kunnen hierdoor vaak volledig van het gas af. Ondernemers investeerden in 2023 € 90 miljoen in de opslag van elektrische energie. Deze opslag levert een belangrijke bijdrage aan een minder overbelast elektriciteitsnet. Ondernemers gaven in totaal € 4,4 miljard uit aan energiezuinige investeringen met de EIA. Die investeringen zorgden voor een vermindering van de CO2-uitstoot van 1.753 kiloton CO2 in 2022 naar 1.906 kiloton CO2 in 2023. De verwachte energiebesparing van deze investeringen is ongeveer 1.077 miljoen m3 aardgas. Dit is een stijging van bijna 9%. Bron: RVO

RkJQdWJsaXNoZXIy NTI5MDA=