RenovatieTotaal 3 - 2024

Hét platform voor de renovatiesector THEMA RENOVATIE & TRANSFORMATIE “Artificial Intelligence’ moet ‘Assistance Intelligence’ worden 13 BOUWHISTORIE Schuilkerken centraal in serie over kerkgeschiedenis 27 INSTALLATIES Nieuw plan voor warmtepilot Nagele in de maak 30 NUMMER 3 | JAARGANG 14 | MEI 2024 “Circulaire deur van biobased materialen en gereclyed hout” Pag. 8 13-15 mei aanwezig op Renovatie & Transformatie

3 nr. 3 Mei 2024 Redactioneel In dit nummer COLOFON RenovatieTotaal is een onafhankelijke informatiebron en verschijnt 7 maal per jaar. RenovatieTotaal gaat over renovatie, restauratie, herbestemming, onderhoud, op- en aanbouwen en alles wat met de bestaande bouw te maken heeft. Jaargang 14, nummer 3, mei 2024 Uitgever Hugo Arends (0570) 861007 E-mail: hugo@handelsuitgaven.nl Hoofdredactie Harmen Weijer redactie@renovatietotaal.nl Redactie Shendell Benilia Frank de Groot Joop van Vlerken Medewerkers Haico van Nunen Willard van Reenen Marketing & Communicatie Maxime Wendt (0570) 768642 E-mail: maxime@handelsuitgaven.nl Advertenties Tom Sotthewes (0570) 654660 E-mal: tom@handelsuitgaven.nl Abonnementen Mirjam Nijbroek (0570) 861009 E-mail: mirjam@handelsuitgaven.nl Ontwerp en Opmaak Bureau OMA, Doetinchem www.bureauoma.nl Cover “Circulaire deur van biobased materialen en gerecycled hout” (pag. 8) Druk Rodi Rotatiedruk RenovatieTotaal is een uitgave van Nederlandse HandelsUitgaven BV Postbus 2273, 7420 AG Deventer Keulenstraat 8J 7418 ET Deventer Tel. 0570 – 861009 E-mail: mirjam@handelsuitgaven.nl Copyright Niets uit deze uitgave mag op enigerlei wijze worden overgenomen zonder de nadrukkelijke schriftelijke toestemming van de uitgever. Deze uitgave is zorgvuldig en naar het beste weten samengesteld. Uitgever en auteurs kunnen echter niet instaan voor de juistheid of volledigheid van de informatie. Zij aanvaarden dan ook geen enkele aansprakelijkheid voor schade, van welke aard dan ook, als gevolg van handelingen of beslissingen die op deze informatie zijn gebaseerd. Thema Renovatie & Transformatie: Dubbelinterview met vakbeursmanagers 11 Thema Renovatie & Transformatie: Verduurzaming van installaties in historische gebouwen vraagt maatwerk 29 Installaties: Verduurzaming 57 woningen in Waalwijk 33 4 Actueel 7 Column Haico van Nunen 8 Renovatie & Transformatie: Project in Beeld 13 Renovatie & Transformatie: AI in de bouw 15 R enovatie & Transformatie: Warmtetransitie in pilot Maastricht 17 R enovatie & Transformatie: Kruipruimte isoleren werpt vruchten af 19 Renovatie & Transformatie: Kennisprogramma op 3 vakbeurzen 20 R enovatie & Transformatie: Plattegrond + beursdeelnemers 23 Renovatie & Transformatie: Productoverzicht 27 Bouwhistorie: Kerkgeschiedenis (2) 30 Installaties: Nieuw plan nodig voor warmtepilot in Nagele 35 Installaties: Cursussen & Opleidingen i.s.m. TVVL 36 Installaties: Nieuws 39 Productoverzicht Positieve prikkel Het is een onzichtbare, ondergrondse file, maar wel eentje die bovengronds een steeds groter effect krijgt: netcongestie. Met de verdere verduurzaming van Nederland wordt die file steeds groter en worden ook de maatregelen op korte termijn steeds heftiger. Denk aan het niet meer aansluiten van nieuwe wijken op het elektriciteitsnet. Maar er is ook het actuele voorbeeld van energiebedrijven, die zonnepaneelbezittende klanten een ‘terugleverboete’ gaan opleggen. In navolging van Vandebron en Budgetenergie rekenen grote energiebedrijven als Eneco en Vattenfall 11,5 cent per teruggeleverde kWh door aan particulieren met een variabel stroomcontract en zonnepanelen of met een nieuw vast contract. Het is goed dat minister Jetten onlangs in een Kamerbrief maatregelen aankondigde om in de snelst getroffen provincies Flevoland, Gelderland en Utrecht de dreigende netcongestie aan te pakken. In Utrecht geldt dat – zonder aanvullende maatregelen – al vanaf 2026 overbelasting en uitval dreigt. In de twee andere provincies wordt het penibel vanaf 2029. In Utrecht gaat het vooral om particulieren, terwijl tegelijkertijd de maatregelen van Jetten vooral net-technisch zijn gericht. Dat is wel bijzonder, en het is dan ook niet verwonderlijk én terecht dat de branchevereniging van duurzame energie-bedrijven, NVDE, in een reactie op Jettens Kamerbrief wijst op bijvoorbeeld het meer isoleren van woningen en gebouwen. Ook pleit NVDE voor de aanleg van warmtenetten in dichtbevolkte stadswijken, iets wat in deze RenovatieTotaal aan de orde komt in een artikel over warmtetransitievisies (pag 15). De NVDE heeft nog meer voorstellen gedaan om de netcongestie te lijf te gaan met stimulerende maatregelen voor particulieren. Die prikkels zijn een stuk positiever dan het opzadelen van particulieren door energiebedrijven met een ‘terugleverboete’, hoe begrijpelijk vanuit bedrijfsoogpunt ook. Het zou mooi zijn als de overheid die stroomnet-technische maatregelen gaat combineren met meer stimulerende aanmoedigingen voor particulieren en bedrijven. Maak dit vooral ook niet te groot in het zoveelste programma, maar doe het smart en houd het klein. Harmen Weijer Hoofdredacteur RenovatieTotaal Reageren? redactie@renovatietotaal.nl

4 nr. 3 Mei 2024 Actueel Gedateerd kantoorgebouw getransformeerd tot duurzaam woongebouw Van gedateerd kantoorpand naar duurzaam woongebouw en van verharde parkeerplaats naar groene bostuin. In Zeist gaat binnenkort de (ver) bouw van transformatieproject Drive van start. In opdracht van Consilium Ontwikkeling maakte MIX architectuur samen met landschapsarchitect MAAK space het ontwerp van deze herontwikkeling op de hoek van De Dreef en Utrechtseweg. Het oorspronkelijke gebouw blijft behouden en krijgt een optopping in houtskeletbouw met setbacks op diverse koppen. Er komen 75 appartementen (sociale huur, middenhuur en vrije sector) en commerciële ruimtes. Het volume bouwt af naar de entree van het woongebied en richting de bomen. De bouwmassa wordt verrijkt met houten terrassen en pergola’s die eveneens afbouwen naar de omgeving. Alle bestaande raamopeningen in de dragende gevel worden vergroot door de borstwering te verwijderen. Zo ontstaat optimaal zicht op de groene omgeving. De aangebouwde houten terrassen met klimgroen sluiten aan bij de houten gevel en brengen de natuur tot direct bij de woning. De gestucte gevels zonder terrassen krijgen verspringende houten delen voor een boeiend alzijdig gevelbeeld. In de oude situatie werd zowel ondergronds als op het maaiveld geparkeerd. Verharde rijbanen en parkeerplaatsen omsloten het gebouw. Door de aanwezige parkeerkelder enigszins te vergroten (voor parkeren en privébergingen) ontstaat de mogelijkheid om de bovengrondse parkeerruimte te transformeren tot een groen landschap. Er worden voor deze uitbreiding zo min mogelijk bomen gekapt. Aan het gebouw worden diverse klimaatadaptieve en natuurinclusieve maatregelen toegevoegd. De begroeide houten terrassen pergola’s gaan door hun zonwerende werking het ontstaan van hittestress tegen. Het hoogste dak krijgt pv-panelen die de woningen voorzien van hernieuwbare energie. De lager gelegen daken worden als groendak uitgevoerd. De gevel en groene daken bieden behalve verkoeling ook voedsel en schuilplaatsen aan vogels en insecten. Na transformatie heeft het gebouw een energielabel A+++. Aannemer Bouwbedrijf Nap start in het tweede kwartaal van 2024 met de (ver)bouw van Drive. Bij het project zijn verder Buro SRO Arnhem (advies ruimtelijke ontwikkeling) en Adviesbureau FTV (constructeur) betrokken. Oplevering van de woon- en werkruimten staat gepland voor het derde kwartaal van 2025. Bron: Mix Architectuur Bij verduurzaamde en snel gerealiseerde woningen met een brandbare en niet-gecompartimenteerde gebouwschil, blijkt er een risico van een snelle en onvoorspelbare branduitbreiding via de gebouwschil. Dit komt met name vanwege de brandbaarheid van de in de gebouwschil toegepaste materialen en de holle ruimten waardoor rook en hitte zich eenvoudig kunnen verspreiden. Dat blijkt uit onderzoek van het Nederlands Instituut Publieke Veiligheid (NIPV). De huidige brandveiligheidsvoorschriften zijn volgens het NIPV echter niet ontworpen met de specifieke brandrisico's van moderne bouwmethoden in gedachten. Bovendien richt de bouwregelgeving zich niet op schadebeperking en maatschappelijke impact van branden. Dit samen leidt tot grote uitdagingen voor de brandweer bij het bestrijden van branden in dergelijke constructies en kan leiden tot grote maatschappelijke gevolgen. Na de brand in de Grenfell Tower (London, 14 juni 2017) is meer aandacht gekomen voor regelgeving om brandvoortplanting en branduitbreiding via de gebouwschil van (zeer) hoge woongebouwen te beperken. Recente branden in woningen en woongebouwen in Nederland laten echter zien dat de problematiek van branden in de gebouwschil zich verder uitstrekt dan alleen tot de (zeer) hoge woongebouwen. De aanleiding voor dit onderzoek naar branden in de gebouwschil van verduurzaamde en versneld gerealiseerde woningen is een brand in Presikhaaf in Arnhem (18 juni 2023). Het NIPV heeft naast deze brand nog 2 branden dieper onderzocht: de brand in een opgetopt woongebouw (Amsterdam, 3 juni 2023) en de brand in een gebouw met woonunits en tropendak (Amsterdam, 13 november 2022). Bij deze branden valt op dat branduitbreiding naar de gevel- en dakconstructie heeft plaatsgevonden. Deze bevatten een lichte bouwconstructie met brandbare bouwmaterialen. De brand in Arnhem bijvoorbeeld begint in een rijtjeswoning met een verduurzaamde gebouwschil, raken meerdere woningen onbewoonbaar. De brand verliep grilliger en onvoorspelbaarder dan een ‘gebruikelijke woningbrand’, wat tot de nodige uitdagingen in de brandbestrijding heeft geleid en een grote druk heeft gelegd op de brandweercapaciteit. In deze woningen was een gevelsysteem toegepast van EPS met aan de buitenzijde (onbrandbaar) stucwerk. Wanneer een dergelijk gevelsysteem wordt blootgesteld aan de ‘prullenbakbrand’ volgens de verplichte testmethode, kan het voldoen aan brandklasse B. In het geval het wordt blootgesteld aan een veel grotere (zoals uitslaande) brand, kan EPS achter de stuclaag echter gaan pyrolyseren en mee gaan branden. Ook de steeds betere raamisolatie helpt evenmin mee. Door het luchtdicht bouwen kan de druk toenemen en zou een brand zich sneller kunnen uitbreiden naar andere woningen. Het Bouwbesluit 2012 is volgens gebaseerd is op traditie, die uitgaat van bouwen met voornamelijk steen. De bouwregelgeving loopt volgens het NIPV achter, waarbij veel beter moet worden gekeken naar de risico’s bij het plaatsen van nieuwe woningen, het gebruik van nieuwe (biobased) materialen én bij isolatiewerkzaamheden. Het NIPV pleit in dat kader ook voor een brede maatschappelijke discussie over het risico van een snelle en onvoorspelbare branduitbreiding en de gevolgen daarvan is noodzakelijk om te bepalen of branden, zoals die uit de drie casussen maatschappelijk aanvaardbaar worden gevonden. Bron: NIPV NIPV: groter brandgevaar bij verduurzaamde en opgetopte woningen

5 nr. 3 Mei 2024 Optoppen wordt juridisch makkelijker Het wordt voor Verenigingen van Eigenaren (VvE’s) juridisch gemakkelijker om optopprojecten uit te voeren. Slechts tweederde van de eigenaren moeten straks nog met de plannen instemmen. Nu moeten nog alle eigenaren met de plannen akkoord gaan. Een brede motie van Jan Paternotte (D66) gesteund door GroenLinks-PvdA, ChristenUnie, GP, CDA en NSC is onlangs unaniem door de Tweede Kamer aangenomen. Al eerder hadden experts er bij de Tweede Kamerleden op aangedrongen om het appartementsrecht te vereenvoudigen. “De huidige wetgeving is voor optoppen een flinke belemmerende factor. Met een beperkte aanpassing van enkele wetsartikelen zou de drempel kunnen worden verlaagd naar bijvoorbeeld tweederde”, aldus de experts in een brief aan de Tweede Kamer. De Tweede Kamer steunt nu breed deze visie. In de aangenomen motie roepen de partijen minister De Jonge op het voor VvE’s makkelijker te maken om woningen op te toppen door het appartementsrecht te moderniseren in de geest van het Parijse surélévation. Daarmee verwijst de Kamer naar de wetswijziging die in 2014 is doorgevoerd. Ook daar gold de regel dat 100 procent van de woningeigenaren met optoppen moest instemmen. Dit werd teruggebracht naar tweederde. De wetswijziging had als gevolg dat het aantal optopvergunningen voor 60 woningen in 2014 toenam naar jaarlijks duizend woningen. Ook in Nederland zijn er mogelijkheden om naar schatting 200.000 woningen via optoppen te realiseren. Voordeel voor de VvE’s is dat met de opbrengst van de nieuwe woningen de aanpak van het achterstallig onderhoud kan worden gefinancierd. Tevens kunnen alle woningen in het complex duurzamer worden gemaakt. Bron: De Bouwcampus. Foto: Creative City Solutions. Experimenteren met biobased verduurzamen in huurwoning in Aalten Woningcorporatie De Woonplaats, bouwbedrijf elk renovatie & onderhoud en Witzand Bouwmaterialen doen samen een pilot om een woning van De Woonplaats in Aalten zo biobased mogelijk te verduurzamen. Dit betekent dat er gebruik wordt gemaakt van natuurlijke grondstoffen. Biobased grondstoffen zijn niet alleen milieuvriendelijker, maar ook beter voor de leefomgeving van de bewoners. De woning aan de Saturnus 10 is de eerste in een reeks van 24 woningen van De Woonplaats, die de partijen op deze manier willen verduurzamen. Het dak van de woning is met cellulose ingeblazen. Dit is de eerste keer dat de partijen zo’n biobased isolatieproduct toepassen. De basisgrondstof van deze isolatie is zuiver gesorteerd krantenpapier. Door de inblaasmethodiek worden alle kieren en gaten in de kapconstructie van het dak bereikt, waardoor er een optimale isolatieschil ontstaat. Het voordeel van deze isolatie, maar ook van andere biobased isolatiematerialen, is de warmteopslagcapaciteit. Die zorgt er in de zomer voor dat het langer koel blijft onder het dak. De dakisolatie is afgewerkt met biobased plaatmateriaal. Producent Sam panels leverde via dealer Witzand Bouwmaterialen deze platen. Ze worden gemaakt met cellulosevezels die zijn verkregen uit lokale restromen, water, warmte en druk. Bruynzeel Keukens doet mee aan de pilot met hun eerste biobased keuken: Circo. Een primeur: deze keuken is als eerste in de huurwoning in Aalten geplaatst. Circo is gemaakt van een combinatie van natuurlijke grondstoffen, afkomstig van reststromen uit andere industrieën. MDF gemaakt van resthout vormt de basis. Als vervanging voor lijm is er een biobased bindmiddel ontwikkeld, gemaakt van koolzaad en zonnebloempitten. De keukenkastjes zijn afgewerkt met een supersterk HPL, gemaakt van hars op basis van rietsuiker en biologisch afbreekbaar kraftpapier dat gemaakt wordt van naaldhout. Zo zijn voor het produceren van de keuken vrijwel geen fossiele grondstoffen meer nodig. De grepen van de keukenkastjes zijn gemaakt van oceaanplastic. Verloren visnetten uit de oceaan zijn gerecycled tot een bruikbare kunststof. Niet biobased, maar wel duurzaam omdat het bijdraagt aan het verminderen van plastic afval in de oceanen. Niet voor alle werkzaamheden in de woning is er al een biobased alternatief. Sommige onderdelen in het huis werden daardoor niet biobased, maar wel zo circulair mogelijk aangepakt. In plaats van tegelwerk heeft elk® renovatie & onderhoud de achterwand in de keuken gemaakt van panelen van 99% PET-materiaal. Met dit materiaal is ook gewerkt in de badkamer en toilet voor wand- en vloerpanelen. Voor één badkamer zijn bijna 7.000 PET-flessen gerecycled. Het sanitair is refurbished en krijgt, volledig opgeknapt, weer een tweede leven! Ook de beglazing van de kozijnen is deels circulair, door Isomax beglazing. Het binnenblad van deze beglazing bestaat uit circulair glas waardoor de CO2 uitstoot bij de productie van de geïsoleerde beglazing een stuk lager is. Arnhemse corporatiewoningen fors verbeterd In Arnhem worden 122 woningen van woningcorporatie Portaal aan de Geitenkamp onderworpen aan een grote opknapbeurt om weer te voldoen aan de eisen van deze tijd. De woningen zijn gebouwd in de twintiger jaren van de vorige eeuw en waren toe aan groot onderhoud. Aannemer De Variabele is in april met de werkzaamheden begonnen. Er worden verschillende verbeteringen toegepast. Noodzakelijk omdat de tand des tijds zijn sporen heeft achtergelaten aan de ruim 100-jarige woningen. Maar ook om te zorgen voor een betere isolatie en beter binnenklimaat. Breed maatregelenpakket Het pakket aan maatregelen bestaat onder andere uit: isoleren en opnieuw betimmeren van dakkapellen, nieuwe dakpannen, vervangen gootbetimmering en goten, vervangen regenpijpen, nieuw isolerend HR++ glas met ventilatieroosters, nieuwe achter- en voordeur (met drempel), controle en herstel/vernieuwen hang- en sluitwerk, herstel schoorstenen en binnen- en buitenschilderwerk. Woningen die dat nog niet hadden, krijgen spouwmuurisolatie en men kan mechanische ventilatie als optie kiezen. Monumentale woningen De woningen die worden opgeknapt, staan aan de Dr. Bosstraat, Grensweg, Helsdingenstraat, Hugenholtzstraat, Haven van Kolstraat, Dr. H. Piersonstraat en P.J. Troelstrastraat. Ook de woningen aan de Druckerstraat maken onderdeel uit van dit project. Hiervoor wordt nog aan een passend plan gewerkt vanwege de monumentale status van deze woningen. Zodra de plannen gereed zijn, ontvangen de bewoners in de Druckerstraat het voorstel. Hiervoor geldt ook weer dat minimaal 70% van de bewoners moet instemmen met het voorstel om de werkzaamheden te kunnen uitvoeren. Het project wordt naar verwachting medio 2025 afgerond, als ook de woningen aan de Druckerstraat zijn gerenoveerd. Bron: Portaal

6 nr. 3 Mei 2024 Actueel Eerste buitengevelrenovatie voor pand in Amsterdamse School-stijll In Amsterdam wordt voor het eerst buitengevelisolatie toegepast voor een pand in Amsterdamse School stijl. Het gaat om een architectonische uitdaging voor energetische én esthetische duurzaamheid. Opdrachtgever VvE De Ontdekking is blij dat pand er straks net weer zo uitziet als in 1924. De 100 woningen van de VvE De Ontdekking in de Amsterdamse Mercatorbuurt moeten worden voorbereid om de uitstoot van CO2 sterk te reduceren. Hiervoor wordt de buitengevel van de 100 woningen uit de jaren ’20 geïsoleerd. Door de slechte staat van de gevels en de grote hoeveelheid koudebruggen lukt dit alleen met isolatie aan de buitenzijde. Hoe kun je de architectonische kwaliteit van een beschermd stadsgezicht behouden als alles wordt ingepakt? Restauratieve aanpak KAW is bij het project aangetrokken als architect. De eerdere renovatie door KAW van het cultuurhistorisch waardevolle woongebouw de Bosleeuw in Bos en Lommer heeft eerder veel inzichten opgeleverd in hoe je met een dergelijke operatie kwaliteit kan toevoegen. Hiervoor moet je bereid zijn uit te gaan van het oorspronkelijke beeld. En je moet in staat zijn dit tot in de details door te voeren bij de aanpak van de gevel. Maar waar de rationele woongebouwen uit de naoorlogse periode meestal ruimte bieden om moderne materialen toe te passen of nieuwe elementen toe te voegen, vraagt de architectuur van de Amsterdamse School eerder om een restauratieve aanpak. Speurtocht en detaillering Na grondig archiefonderzoek heeft KAW de oorspronkelijke details vertaald in technisch haalbare oplossingen. De oorspronkelijke kozijnprofielen komen terug. In verband met de luchtdichtheid worden geen schuif-, maar draai-kiep ramen toegepast. De nieuwe keramische steenstrips zijn nauwkeurig bemonsterd om zo dicht mogelijk bij het origineel te komen. “Hiervoor hebben wij bijzondere aandacht besteed aan de rijkheid van de oorspronkelijke architectuur en de diepte in het metselwerk. Bij het toepassen van steenstrips krijgen bestaande gebouwen vaak een platte en saaie gevel, die in het oog springt als ‘gerenoveerd’. Door te variëren met de dikte van zowel de steenstrips als het isolatiemateriaal konden wij de oorspronkelijke kwaliteiten herstellen. Hiermee gaat het gebouw veel meer op in zijn omgeving. Dat dit goed werkt is te zien aan de Bosleeuw, die oogt als het originele gebouw, alleen dan gaaf en schoon”, aldus KAW. Voor de gemeente Amsterdam is deze renovatie een pilotproject. Het is volgens de gemeente geslaagd als bewoners hier comfortabel kunnen wonen, als tegelijkertijd de uitstoot van CO2 door de reductie van de energievraag sterk is teruggebracht en als is aangetoond, dat ook gevoelige architectuur op een betaalbare manier kan worden verduurzaamd. Bron: KAW Waarom is een PUR-certificaat verplicht? Werk je met PUR-schuim, polyurethaan gietharsen en PUR-lijmen? Dan moet je in de meeste gevallen in het bezit zijn van een certificaat. Waarom? Omdat je ziek kan worden door blootstelling aan de di-isocyanaten die in deze producten zitten. Adem je ze in of raken ze je huid of je ogen? Dan kun je een ernstige, chronische allergie voor deze stoffen ontwikkelen. Benauwdheid, oogklachten, hoesten, keelpijn, algemene malaise, huiduitslag, hoofpijn en vermoeidheid, het zijn maar een aantal van de klachten die je bij blootstelling kunt krijgen. Niet voor niets hebben de verpakkingen van stoffen met di-isocyanaten hetzelfde gevarensymbool als kankerverwekkende stoffen. Iedereen kan allergisch worden, niemand is volledig immuun. En elk persoon merkt het op een ander moment, omdat je reactie wisselt. Het kan zich binnen een paar weken ontwikkelen of je krijgt pas jaren later eczeem of beroepsastma. Onderzoek is hierdoor lastig waardoor de schattingen van nieuwe PURallergiegevallen in de EU uiteenlopen van honderden tot duizenden gevallen per jaar. Werkgever verantwoordelijk Vanwege de gevaren op allergisch worden, ook wel sensibiliseren, mag je sinds 24 augustus 2023 alleen werken met deze stoffen als zij een speciale opleiding hebben gevolgd. Werkgevers zijn verantwoordelijk dat personeel is opgeleid. Heb je de cursus succesvol afgerond, dan krijg je een certificaat dat 5 jaar geldig is. Maar belangrijker is, dat je bewuster bent van de gevaren van di-isocyanaten en er veiliger en gezonder mee gaat werken. Werk je met 1-component purschuim, lijmen, lakken en isolatiemateriaal (ISOPA nummers 045 en 048)? Dan is de basisopleiding verplicht. Werk je met 2-componenten gietharsen (ISOPA-048) in combinatie met di-isocyanaten? Zoals bij het afdichten van kabeldozen. Dan is een aanvullende, product-specifieke opleiding verplicht. Digitale trainingen di-isocyanaten Fabrikanten van producten met di-isocyanaten bieden de verplichte training aan. De kwaliteit hiervan is wisselend en sluit niet altijd aan bij de dagelijkse praktijk van monteurs. Daarom zijn er online en fysieke trainingen. Veel monteurs vinden het fijner om met een trainer in een lokaal te praten. Lijkt je dit ook wat? Schrijf je dan in voor een van de Praktijkdagen Veilig Werken. Haal hier je Basisopleiding di-isocyanaten en je Hoogwerkerscertificaat. Of ga voor de andere workshops waardoor je bewust veiliger werkt en uitval voorkomt. De Praktijkdagen Veilig Werken zijn een initiatief van Techniek Nederland en ArboTechniek. Bron: Techniek Nederland Haagse wooncomplexen van Staedion worden gerenoveerd In de Haagse wijk Moerwijk gaat renovatiebouwbedrijf Dura Vermeer Bouw Heyma 235 woningen van woningcorporatie Staedion renoveren. Het gaat om appartementen aan de Van Maerlantlaan, die verdeeld zijn over 3 wooncomplexen. Met de renovatie worden noodzakelijke werkzaamheden uitgevoerd en verbeteringen aangebracht om zet gereed te maken voor de toekomst. Tijdens de werkzaamheden worden andere de badkamer, keuken en toiletten vervangen, balkons vernieuwd en wordt de volledige buitenkant van de woongebouwen geisoleerd. Daarmee wordt voorkomen dat de vierkante meters in de woning worden verkleind. De woningen worden gereedgemaakt voor aansluiting op het warmtenet en de brandveiligheid wordt verbeterd volgens de huidige regelgeving. Gijsbert van Herk, bestuursvoorzitter Staedion: “De renovatie geeft de woningen aan de Van Maerlantlaan niet alleen een mooie uitstraling, maar draagt ook bij aan de leefbaarheid en de duurzaamheidsagenda.” Edwin Blom, directievoorzitter bij Dura Vermeer: “Moerwijk is een wijk vol met potentie. Samen met Staedion mogen wij werken aan een deel van deze prachtige wijk. We verbeteren niet alleen de woningen maar we laten Moerwijkers weer stralen in hun wijk.” Bron: Staedion

(Advertentie) 7 nr. 3 Mei 2024 Column In elk nummer van RenovatieTotaal geeft dr.ir. Haico van Nunen zijn mening over een aspect van ‘de renovatiewereld’. Haico van Nunen is adviseur bij BouwhulpGroep en lector Duurzame Renovatie bij het kenniscentrum Duurzame HavenStad van Hogeschool Rotterdam. Kennis is macht Scientia potentia est (kennis is macht). Met deze spreuk van 400 jaar geleden wil ik nog maar eens benadrukken dat er kennis nodig is alvorens een beslissing te nemen. Aanleiding voor deze reminder is de verduurzamingsopgave en specifiek renovatie. Want voordat je aan de slag gaat moet je de juiste informatie hebben. Bij een renovatie zijn dan twee uitgangspunten van belang; weten welke kwaliteit je hebt, en weten wat je wil vernieuwen. ‘Weten wat je hebt’ gaat over duidelijk in beeld hebben wat de kwaliteit op dit moment is. In de gebouwde omgeving is dat een belangrijk uitgangspunt wat speelt op alle niveaus van besluitvorming. Op portfolioniveau wil je weten hoeveel woningen je hebt en welke doelgroep je ermee bedient, op complexniveau gaat het bijvoorbeeld over materialisatie en de staat van onderhoud, en bij de individuele woningen speelt de werkelijke maatvoering een belangrijke rol. ‘Weten wat je wil’ gaat over de ambitie die er voorligt. Ga je voor een schilderbeurt of wordt het toch een transformatie naar seniorenwoningen? Wordt het label B, of is NOM de norm? Het zijn maatschappelijk actuele ambities op verschillende thema’s, volkshuisvestelijk, energetisch, sociaal en die lopen ook nog eens door elkaar wat betreft besluitvorming. Voor al deze vragen is er kennis nodig. Bij weten wat je hebt gaat het onder meer over vakmanschap en vaardigheden; hoe kun je de kwaliteit beoordelen die je hebt? Dit geldt voor de bouwkundige die een woningopname doet, maar net zo goed voor de architect die de woning beoordeelt op bruikbaarheid. Als het gaat over het realiseren van je ambities, heb je nog steeds die vaardigheden nodig, maar ook kennis over de mogelijkheden. Gelukkig wordt de keuze aan mogelijkheden steeds groter. Er komen telkens nieuwe oplossingen bij, nieuwe technieken en bewezen voorbeelden. Het is zaak om dit bij te houden en niet in de zekerheden van het verleden te blijven hangen. Want wensen en eisen van mensen veranderen. Ambities zijn niet goed in te vullen als je niet weet wat er mogelijk is. Een beurs zoals Renovatie & Transformatie is zo’n podium, waar je veel informatie bij elkaar vindt. Een goede manier om up-to-date te blijven. Maar een wandeling door een willekeurige buurt helpt ook, aan inspiratie geen gebrek. Maar toch zijn we er dan nog niet. Het lijkt misschien eenvoudig om een goed plan te maken voor een complex of buurt. Maar een integraal plan ontwikkelen doe je er niet zomaar even bij. Dat vraagt kennis over wat je hebt, én kennis over wat je wil. Er komt meer bij kijken dan alleen maar samenvoegen van die kennis en: voilà een plan. Er moet een integrale afweging gemaakt worden tussen verschillende aspecten. Je moet in staat zijn om die kennis om te zetten in concrete plannen, waar alle kwaliteiten en alle ambities samen werken en een optimale prestatie leveren om vol vertrouwen de toekomst in te gaan. Want alleen met een goed plan heb je macht om deze kennis ook daadwerkelijk tot realisatie te brengen. Scientia potentia est. Monumentale vernieuwbouw voor hoofdkantoor dsm-firmenich in Maastricht BAM Bouw en Techniek en partner Equans hebben in opdracht van 3W real estate en EDGE het verbouwde hoofdkantoor in Maastricht voor chemieconcern dsm-firmenich opgeleverd. Het hoofdkantoor van dsm-firmenich in Maastricht ligt midden in het centrum van Maastricht (Wyck), vlakbij het treinstation, hotels en andere voorzieningen. De voormalige Euroscoop en rijksmonument De Ambachtsschool zijn daarvoor herontwikkeld tot een duurzaam en innovatief kantoorgebouw van circa 6.700 vierkante meters. Het gebouw heeft drie bovengronds bouwlagen met daarin kantoor en een 4de dichte bouwlaag die dienst doet als technische ruimte. De locatie heeft 86 parkeerplaatsen in de parkeergarage, 150 plekken in een inpandige fietsenstalling en er is plek voor 10 scooters. Er zijn ook oplaadpalen voor elektrische auto’s en fietsen. Hoge duurzaamheidsnormen EDGE/3W paste in het ontwerp en bij de bouw de hoogste duurzaamheidsnormen (BREEAM Outstanding) toe bij de nieuwbouw en renovatie. Het streven om het gehele gebouw ‘Paris proof’ te maken betekende dat het energieverbruik van de gebouwde omgeving met tweederde omlaag moest ten opzichte van het huidige gemiddelde. Daarnaast is het nieuwe deel gebouwd met het hoogste welzijn van de gebruikers voor ogen, een WELL Platinum certificering. Bij de realisatie is er veel aandacht voor de CO2-uitstoot. Deze is meer gereduceerd dan volgens wet- en regelgeving noodzakelijk is. Het gebouw is gasloos en heeft daarnaast energiezuinige installaties. Er zijn zonnepanelen om de energie die het gebouw verbruikt zelf op te wekken. Dat betekent dat het gebouw energieneutraal is. In verband met deze hoge energieambitie, zijn er ook in het monument duurzaamheidsmaatregelen getroffen zoals bijvoorbeeld aanvullende achterzet-ramen en het isoleren van vloeren, muren en dak aan de binnenzijde. Het gebouw wordt verwarmd en gekoeld via een laag temperatuursysteem met behulp van warmtepompen. Bron: BAM Bouw en Techniek

8 nr. 3 Mei 2024 Thema Renovatie & Transformatie Project in Beeld Van oude deur naar biobased en circulaire voordeur ​Een geïsoleerde voordeur die biobased en circulair is én in een bestaand deurkozijn past. Het lijkt een onmogelijke opgave, maar na enkele jaren van ontwikkeling is het Weekamp Deuren uit Dedemsvaart gelukt. Deze voordeur, speciaal voor de renovatiemarkt, maakt tevens voor het randhout gebruik van gerecycled hardhout gebruikt, afkomstig van oude massiefhouten voordeuren. Tijd voor een grondige uitleg over deze ontwikkeling. Auteur: Henk Wind. Foto’s: Weekamp Deuren Biobased, circulair en social return zijn drie belangrijke begrippen bij productontwikkeling voor de bouw. Weekamp Deuren uit Dedemsvaart stelde zichzelf de uitdaging om voor de renovatiemarkt een nieuwe deur te ontwikkelen die hieraan zou voldoen. Vooral ook omdat momenteel op de renovatiemarkt heel veel voordeuren worden vervangen door dikkere deuren die beter geïsoleerd zijn en waar een beter isolerend glaspakket in past. “De oude deuren gaan nu naar de verbrandingsoven. Daar vallen ze deels zelfs onder chemisch afval omdat er verf, kit en rubbers op zitten”, vertelt director of Operations Marco Wijma van Weekamp Deuren. Het bedrijf vond het zonde dat zo veel hardhout op die manier verdwijnt. “Daarbij weten we ook dat de overheid er naar streeft dat in 2050 alle bouwstoffen herbruikbaar zijn. Hout is natuurlijk van zichzelf biobased en hernieuwbaar, maar hardhout is een relatief duur materiaal dat van grote afstand komt. Het is dus interessant om dat te hergebruiken.” Het bedrijf probeerde in 2017 samen met onder meer TNO al eens een buitendeur te maken van gerecycled hardhout. “Maar voor één deur hadden we hout van 74 buitendeuren nodig. Lang niet alle hout is herbruikbaar, onder meer door het slotgat, de glassponning, verbindingen en scharnierinkrozingen.” Biobased isolatie Ondertussen is de deurenmarkt veranderd. Wijma: “Destijds maakten we er weer een massiefhouten deur van. De markt van vervanging vraagt nu juist om een geïsoleerde deur.” Dat bood nieuwe mogelijkheden voor hergebruik van hardhout van oude deuren want dat hoeft bij een geïsoleerde voordeur alleen maar het randhout te vormen. Maar het gaf ook nieuwe uitdagingen. Managing Director Hans Mascini: “Een isolerende kern in een deur is meestal van PU of XPS. Maar in deze circulaire deur wilden we een biobased materiaal toepassen. We hebben daarvoor een houtvezelplaat gevonden met bijna dezelfde isolerende eigenschappen als XPS. Ook in andere opzichten voldoet deze isolatieplaat aan de eisen die een deur stelt. Zo geeft de plaat voldoende stabiliteit en sterkte, voor onder meer inbraakveiligheid, en neemt deze geen vocht op. De afdichtingen rondom de plaat hebben we nog eens extra vocht- en waterdicht gemaakt.” Hiermee kon Weekamp Deuren een voordeur samenstellen met een dikte van 54 mm en een isolatiewaarde die De BioComfort deurenlijn heeft een biobased isolerende vulling en circulair randhout. De isolerende kern is van biobased materiaal, met dezelfde isolatieklasse als traditionele (XPS of PU) vulling.

9 nr. 3 Mei 2024 Managing Director Hans Mascini van Weekamp Deuren: “In deze circulaire deur wilden we een biobased materiaal toepassen. We hebben daarvoor een houtvezelplaat gevonden met bijna dezelfde isolerende eigenschappen als XPS.” valt in de GND isolatieklasse 2. Met XPS als isolatiemateriaal zou de deur in diezelfde klasse vallen. De deur is rondom voorzien van een kleine sponning met een extra tochtdichtingsrubber. “Daarmee bereik je een extra hoge luchtdichtheid, maar zorgen we er ook voor dat de deur past in een bestaand kozijn van een oude voordeur van 40 mm.” FSC-certificering De circulaire voordeur – met de naam BioComfort – is een vlakke plaat deur. Voor de beplating heeft Weekamp Deuren gekozen voor het hoogwaardige Medite Tricoya Extreme. “Dit is een heel hoogwaardige FSC-gecertificeerde MDF-plaat met een duurzaamheid van meer dan 50 jaar”, licht Wijma deze keuze toe. “Ook het naaldhout in ons StabiTherm frame is FSC-gecertificeerd. Gerecycled naaldhout is er niet binnen onze keten, maar omdat het Europees naaldhout is, is dat ook minder noodzakelijk.” Het randhout van gerecycled hardhout heeft een FSC-R certificering, waarbij R staat voor hergebruik. “Normaliter moet je daarvoor aan kunnen geven waar het hout geoogst is. Wij moeten nu exact registreren van welk adres het hout afkomstig is. We kunnen niet aantonen dat het hout destijds duurzaam was. Veel oude deuren zijn tot wel 40 jaar oud en toen was er nog geen FSC-keurmerk.” Voor het frame worden oude deuren tot herbruikbare stroken hout gezaagd. Die worden licht geschaafd zodat de verf er af is en vervolgens gelamineerd en gevingerlast. Het strippen van de deur en de houtbewerking wordt gedaan in sociale werkplaatsen, door mensen met afstand tot de arbeidsmarkt. Voor het maken van het randframe van één BioComfort deur, gebruikt Weekamp Deuren nu vier oude voordeuren. “We zouden dat met verder optimaliseren nog wel terug kunnen brengen, naar misschien wel één op één. Maar voorlopig is het aanbod van oude voordeuren groot genoeg en hebben we ook nog wat andere ontwikkelingen voor ogen. Zo willen we graag toe naar biobased verf en naar hergebruikt glas voor het maken van nieuw isolatieglas. Ook willen we de hang- en sluitwerkindustrie prikkelen om na te denken over hergebruik.” Wijma en Mascini merken in hun marktcontacten dat woningcorporaties enthousiast zijn over deze ontwikkelingen. Ze verwachten dan ook een grote vraag. Wijma: “Wat mij wel verraste was dat corporaties vooral het aspect van social return heel hoog waardeerden. Pas daarna kwam het gebruik van gerecycled randhout en tot slot pas het biobased aspect.” De BioComfort deur valt als vlakke plaatdeur qua model in de WK3000lijn. Mascini: “Alle modellen in die lijn zijn nu biobased en circulair leverbaar. Ook kunnen we eventueel maatwerk leveren voor architectonische vrijheid. Ook nieuwbouwversies Ook komt de BioComfort-deur straks beschikbaar voor nieuwbouw, met nog dikkere versies met hogere isolatiewaardes. Daarbij zullen de doorgemaakte ontwikkelingen en innovaties invloed gaan hebben op het andere assortiment van geïsoleerde deuren. Mascini: “De ambitie is om op termijn alle PU en XPS te vervangen door biobased isolatie.” Weekamp Deuren introduceert de BioComfort op de vakbeurs Renovatie & Transformatie. De deur is tevens genomineerd voor de Innovatie Award van de beurs. Het FSC-R gecertificeerde randhout is vervaardigd uit oude deuren in de renovatiemarkt en heeft inbraakwerendheidsklasse 2. De isolerende lijnvormige stabilisator geeft extra stabiliteit aan de deur en vormt geen koudebrug meer.

11 nr. 3 Mei 2024 Thema Renovatie & Transformatie Dubbelinterview “Bouwopgave is zo groot dat verregaande samenwerking hard nodig is” Mede dankzij een goed gevuld kennisprogramma en interessante beursdeelnemers zijn de drie vakbeurzen Renovatie & Transformatie, Monument en Houtbouw weer een must voor de bouw- en renovatieprofessional. Van 14 tot en met 16 mei vormen de Brabanthallen het toneel van deze jaarlijkse happening. En meer dan ooit zijn de ogen van de bouwprofessionals én hun partners en opdrachtgevers gericht op deze vakbeurzen. “De renovatieopgave is namelijk heel groot en dat vraagt om de juiste kennis en kunde.” Auteur: Harmen Weijer. Foto’s: 54events Renoveren van woningen heeft de afgelopen jaren een flinke boost gekregen. Vooral woningcorporaties zijn volop bezig hun bestaande voorraad te verbeteren en te verduurzamen. Terwijl tegelijkertijd de nieuwbouw door allerlei beperkingen - zoals stikstofregelgeving, hoge rentes en materiaal- en personeelstekort - juist achterblijven. De drie vakbeurzen Renovatie & Transformatie (R&T), Monument en Houtbouw zijn dan ook in trek, merken beursmanagers Marisa Richter (R&T en Monument) en Sander Braam (Houtbouw). “Wat we merken is dat omdat we in in Nederland zo veel woningen en andere gebouwen moeten renoveren, er steeds meer specifieke producten en diensten worden ontwikkeld”, vertelt Richter. “Denk in dat geval aan geprefabriceerde onderdelen van een woning, zoals schoorstenen. Want deze kleine innovaties kunnen al het verschil maken.” Verregaande samenwerkingen Een minder in het oog springende innovatie, maar wel degelijk innovatief in het werk, is het aangaan van verregaande samenwerkingen. Richter: “Dat is ook logisch, want dat het vele benodigde werk kunnen vastgoedonderhoudsbedrijven niet alleen. Maar we zien dat dit jaar ook terug in de nominaties voor de eerste editie van de Duurzame Innovatie Award. Want niet alleen zijn daar producten genomineerd, ook de Ketensamenwerking Circulaire Bouwstromen is genomineerd. Deze ketensamenwerking richt zich op het sluiten van de gehele cyclus van inventarisatie tot aan realisatie. En ook bij twee andere genomineerden, Sempergreen en HDA Haarlem, gaat het over gezamenlijk ontwikkelde innovatie.” (zie ook kader) Transformaties Sinds vorig jaar is ’Transformatie’ ook in de naamgeving van de vakbeurs meegenomen. En hoewel het niet eenvoudig is om voormalige kantoren of industriële gebouwen te transformeren naar woningen, blijft het één van de mogelijkheden om woningen te creëren. Braam: “Dan doel ik voornamelijk op kantoren of voormalige ziekenhuizen die rondom binnensteden zijn gerealiseerd in het begin en midBeursmanagers Marisa Richter (Renovatie & Transformatie en Monument) en Sander Braam (Houtbouw): Nominaties Duurzame Innovatie Award HDA Haarlem & Zehnder Group Nederland - HDA WHR out of the box Een behuizing ontwikkeld voor de plafond WTW-unit WHR 920 en geluiddemping voor aan de galerij buiten de woning. Op deze manier kan per appartement gezond en comfortabel geventileerd worden, zonder dat er een technische opstellingsruimte in het appartement aanwezig is of dat er ruimte hiervoor moet worden vrijgemaakt. Nebest B.V. – Ketensamenwerking Circulaire Bouwstromen De ketensamenwerking versnelt de overgang naar een circulaire economie in de bouwsector door proactief vrijkomende materialen uit sloop- en renovatieprojecten te identificeren, matchen en hergebruiken in nieuwe bouwprojecten. De innovatie ligt in het creëren van een circulaire materialenmarkt via de Quickscan Circulaire Bouwstromen (www.herbruikbaarheidsscan.nl). Sempergreen - Lichtgewicht Solar groendakoplossing Het dak kan zoveel meer zijn dan alleen een dak. Stel je voor dat de planten op het dak gaan samenwerken met de zonnepanelen. Sempergreen heeft de handen ineengeslagen met Over Easy Solar. Dit duurzame lichtgewicht Solar groendak combineert Sedumdaken met dubbelzijdige, verticaal gemonteerde zonnepanelen. De Solar-unit van Over Easy Solar is ballastvrij, dus geschikt voor vrijwel ieder type plat dak. Weekamp Deuren B.V. - Buitendeur BioComfort Vlakke buitendeur samengesteld uit circulair hout en biobased isolerende vulling van houtvezelplaat. Het circulaire hout is FSC-R gecertificeerd en wordt vervaardigd door mensen met afstand tot de arbeidsmarkt. Met de biobsased isolerende vulling wordt dezelfde isolatieklasse bereikt als met traditionele minerale (XPS of PU) vulling. De jury bestaat uit: Laurens de Vrijer (Techniek Nederland), Carl-Peter Goossen (DNA in de Bouw/Bouwnext), Thijs Huijsmans (Heijmans) en Marco Pastoor (Circospin). den van de 20e eeuw. Die aantallen transformaties nemen jaarlijks nog steeds toe. Het brengt hobbels en uitdagingen met zich mee om zen, maar transformaties passen wel in de duurzame en circulaire economie.” Het toont ook aan dat de twee andere vakbeurzen Monument en Houtbouw heel goed passen bij Renovatie & Transformatie. Richter: “Al spelen in de monumentale hoek wel andere uitdagingen, zoals specifiek opgeleide vakmensen. Een aantal van deze vaklui zijn sinds corona-tijd niet meer in dienst van bouwbedrijven die monumenten restaureren, maar zijn freelancer geworden. Dan is het lastig om je kennis op niveau te houden. Dat geldt ook voor het aantrekkelijk maken voor jonge vakmensen. Daar spelen we op in door op de eerste dag van de beurs de focus te leggen op opleidingen. We hebben dan ook contact gezocht met ROC’s om op die dag leerlingen naar Den Bosch te laten komen. Er zijn al ruim 100 inschrijvingen.” Houtbouw De koppeling met Houtbouw en Renovatie & Transformatie is onder andere te leggen via het fenomeen optoppen. Braam: “Dat is zeker een interessante optie om snel meer woningen in bestaande bouw te bouwen. En het past in de duurzamere bouweconomie. Wat wel nodig is, is dat als we willen dat houtbouw breder omarmd wordt, dat het kennisniveau nog wel omhoog moet. We proberen met onze vakbeurs ons steentje daaraan bij te dragen. Verder zie ik dat MBO’s opleidingen in houtbouw aanbieden, en dan is het aan de bouwsector om daar de volgende stappen in te zetten.” Op de beursvloer zijn van allerlei vakdisciplines aanwezig én bezig om te laten zien hoe het vak in de praktijk wordt uitgeoefend. Van 14 tot en met 16 mei vormen de Brabanthallen het toneel van drie jaarlijks terugkerende vakbeurzen: Renovatie & Transformatie, Monument en Houtbouw.

13 nr. 3 Mei 2024 Thema Renovatie & Transformatie “Artificial Intelligence moet Assistance Intelligence worden” In de bouw- en renovatiesector is digitalisering is al meer en meer gemeengoed aan het worden. Denk aan virtueel bouwen en renoveren met BIM of verregaande bouwsoftware. Daar komt nu heel snel artificial intelligence (AI) bij. Welke invloed heeft AI binnen nu en 3 jaar in de bouw-, renovatie- en transformatiesector? Arjan Walinga, AI-expert bij Bouwend Nederland, en Peter Breeman, docent Bouwkunde Hogeschool Rotterdam en tevens digitaliseringsexpert, vertellen wat er in bouw- en renovatiesector nu er al met AI kan. Rode draad daarin: AI kan veel taken overnemen, maar het moet menswaardig blijven. Auteur: Harmen Weijer. Foto’s: Ballast Nedam AI is eigenlijk al een aantal jaren aanwezig in systemen, al waren we daar ons niet van bewust, stelt Arjan Walinga. “We maken eigenlijk onderscheid in twee soorten AI: generatieve AI en AI-taalmodellen. Onder die laatste valt bijvoorbeeld ChatGPT. Maar in de bouw- en onderhoudssector hebben we vooral te maken met die eerste variant. Daar zie je AI in systemen voor werkvoorbereiding, calculatie, herkennen van beelden via camera’s. Maar AI wordt ook gebruikt bij factureren, bijhouden van voorraden of plannen van transport, dus het procesmatige van het werken in de bouw. Daarnaast is AI steeds meer geïntegreerd in producten, zoals slimme huizen en producten in kantoren. AI kun je zien als de next level van digitalisering.” Bouwontwerp Als voorbeeld van zo’n next levelbeweging in de digitalisering is de invloed die AI kan hebben op het bouwontwerp. Walinga: “Dat begint bijvoorbeeld bij een gebied, waar je wilt bouwen. Bij AI geef je via prompts aan welke beperkingen er zijn, zoals de indeling van land en zonligging. Ook geef je bijvoorbeeld aan hoeveel mensen er moeten gaan wonen. En zo zijn er nog meer zaken die je kunt toevoegen. Het AI-programma komt daarna met een hele serie van opties, waarvoor in het verleden architecten heel veel rekenwerk moesten verrichten.” Ook in gebouwen kan AI een serie van opties genereren, die bij een renovatie van belang kunnen zijn. “Tijdens een AI-bijeenkomst in Helsinki, waar Peter en ik samen waren, werd een tool gepresenteerd die beproefde modules van badkamers, liftschachten, keukens ed., samenbracht en aan de hand van de vorm van het gebouw tot eigenlijk een definitief ontwerp kwam.” Breeman: “Dat gebeurde wel op een veilige manier, want het ging om een gesloten AI-systeem. Als je dat via open AI-systemen zou doen, komt al die informatie op het internet tercht.” Robotisering Een andere vorm van digitalisering in de bouw is robotisering. “Denk aan de slimme metselrobot. Die houdt niet op bij het alleen metselen van een muurtje, maar denkt ook mee over bijvoorbeeld verkeerde maten van profielen. Hij werkt eigenlijk zoals een metselaar, die registreert, denkt en actie onderneemt. Alles met behulp van AI.” Het grootste voordeel van AI is dat het sneller dan de nu gangbare digitale middelen tot resultaten komt. Breeman: “Alle gebouwen in Nederland bijvoorbeeld zijn van buiten al ingescand, dus het casco kun je als ontwerper al importeren in bijvoorbeeld programma’s als Revit. Dat inscannen is gedaan door het Nederlandse bedrijf 3DBAG. Door middel van een point cloud kun je het binnenwerk in kaart brengen, en dat gecombineerd met AI kun je al zien welk kozijn wel of niet geschilderd moet worden. Dat is voor zowel woningcorporaties als onderhoudsbedrijven hele belangrijke informatie.” Ballast Nedam maakt sinds 2 jaar gebruik van een metselrobot. Arjan Walinga, AI-expert bij Bouwend Nederland, en Peter Breeman, docent Bouwkunde Hogeschool Rotterdam: Menswaardigheid Heeft dat niet gevolgen voor de menselijke maat, zowel voor architecten als de bouwprofessionals op de bouwplaats? Moeten zij zich druk maken of ze straks nog wel nodig zijn? Walinga: “Op dit moment zijn er te weinig architecten, werkvoorbereiders en vakmensen, zeker ook gezien de bouw- en verduurzamingsopgave die we hebben. Maar we stellen ons zeker de vraag: moeten we nu al het schilderwerk overlaten aan een schilderrobot? Wat betekent dat voor het aantrekkelijk maken van het beroep? Want als je aan een schilder vraagt wat hij het leukst aan zijn werk vindt, is dat aflakken. Wij vinden dat we daarvoor geen robots moeten inzetten. Je zou er beter voor kunnen kiezen dat het mindere werk - denk aan schuren, schoonmaken en opnemen - door robots gedaan kan worden. Hoe dan ook willen we wel dat de menswaardigheid in de sector moet blijven, ook met de komst van AI. AI kan de vele opties sneller naast elkaar leggen, dan is er altijd nog een mens die daarover moet beslissen.” Breeman: “We hebben het dan ook steeds vaker niet meer artificial intelligence, maar over assistance intelligence. Het is geen vervanging van ons werk in de bouw- en renovatiesector, maar een ondersteuning er aan.” Arjan Walinga, AI-expert, Bouwend Nederland houdt op woensdag 15 mei, van 13:00 - 13:45 uur de presentatie Welke invloed heeft AI binnen nu en 3 jaar in de bouw, renovatie en transformatie sector? Hij doet dat op Podium Renovatie & Transformatie.

(infotorial) Bij renovaties in een bewoonde situatie komen vakmensen bij bewoners zelf over de vloer. Dat betekent dat niet alleen vloeren maar ook andere ondergronden en objecten beschermd moeten zijn, om klachten in een later stadium te voorkomen, vertelt Robert van Twillert van Easydek. “Voor iedere ondergrond is er een geschikt afdekmateriaal voor handen. Neem bijvoorbeeld tapijt: Daarvoor kun je het best een tapijtfolie gebruiken. Die heeft een unieke kleeflaag voor hechting aan de tapijtvezels, waarmee een veilige werkomgeving wordt gecreëerd.” Dampdoorlatend Ondergronden, die na installatie nog vocht bevatten zoals parket, natuursteen of een nieuwe cementgebonden gietvloer, moeten hun vocht wel kwijt kunnen, anders kunnen klachten ontstaan zoals bijvoorbeeld verkleuring. “Daarvoor zijn afdekvliezen beschikbaar die dampdoorlatend zijn. De Multicover Air Pro bijvoorbeeld is hoog dampdoorlatend, namelijk 2 liter/m2 per dag. Dankzij het ademende membraam kan de vloer vrij ademen, terwijl het vochtdicht vanaf de bovenkant is. Dat is weer belangrijk als er verf of iets tijdens het werk op de vloer valt. Ook dat soort klachten wil je voorkomen. Daarnaast is een vlies zoals Multi Cover wat dikker dan een folie, wat een eerste bescherming biedt tegen krassen en beschadigingen van gereedschappen en bijvoorbeeld schuivende trappen.” Trappen Ook op bestaande trappen kunnen de folies en de vliezen worden gebruikt. De kleeflaag is sterk genoeg om zowel op vlakke als gestoffeerde trappen toegepast te worden. “Extra belangrijk om te weten is dat de toplaag stroef is, ook als het nat wordt. Belangrijk, zeker op trappen, want je wilt niet uitglijden op de trap.” Dat de renovatiesector het druk heeft, merkt ook Van Twillert. “Nieuwbouw ligt om verschillende reden behoorlijk stil, maar wij hebben tijdelijke beschermmiddelen die bij uitstek bij renovaties van nut zijn.” Schuimprofielen en afdekplaten Van Twillert wijst naast beschermoplossingen voor voornamelijk vloeren ook op de mogelijkheden om ramen, deuren, kozijnen en andere objecten in de ruimte waar gewerkt wordt, te beschermen. “Als men met een renovatieklus start, denkt men vrijwel altijd wel aan het beschermen van vloeren, maar voor je het weet beschadig je met je werkzaamheden muren, (deur)kozijnen, trapleuningen maar ook liften. Voor dit soort situaties kun je objecten beschermen met 100% gerecyclede zelfklemmende schuimprofielen (Frame Cover Eco) en kunststof afdekplaten (Multi Board). Deze Multi Board beschermplaten zijn een stuk lichter dan bijvoorbeeld de veel gebruikte, zwaardere OSBplaten. Je hoeft ze ook niet op maat te zagen, want je snijdt ze met een stanley-mes op maat. Daarnaast zijn ze eenvoudig om een hoek te vouwen en licht genoeg om met een tapeje vast te zetten.” Buitenbeton afdekken Voor renovaties van galerijflats heeft Easydek de Dura Cover Concrete ontwikkeld. “Dat is een extra dik zelfklevend vlies met een speciale kleeflaag waardoor het gebruikt kan worden op (zicht)beton, en dan met name in buitensituaties. Dus ter bescherming van galerijen en balkons. Niet alleen tegen schades maar ook tegen vervuiling van bijvoorbeeld cement en verf. In weer en wind blijft het zich prima gedragen en dankzij de kleeflaag blijft het goed liggen.” Bedrukt afdekvlies De belangrijkste innovatie bij Easydek, voor iedereen in de bouw, is bedrukt afdekvlies. “De bedrukking kan werkelijk van alles zijn. Denk aan een logo met webadres van het bedrijf, maar ook kun je een slogan, QR-code of oproep kwijt over nieuwe vacatures. Dat is zeker bij opdrachten, waar veel personeel van ook andere bedrijven rondlopen, een eenvoudige manier aandacht te vragen voor openstaande vacatures. En denk ook aan het waarschuwen voor het dragen van specifieke PBM’s, persoonlijke beschermingsmiddelen.” Dankzij het uitgekiende logistieke proces kan bedrukking van afdekvliezen al bij lage aantallen en tegen uiterst scherpe condities. Op de Renovatiebeurs kunt u op de stand van Easydek (Hal 1, Stand C041) alles te weten komen over bedrukte afdekvliezen en andere oplossingen om dergelijke klachten tijdens renovaties te voorkomen. Afdek- en beschermmaterialen bij renovaties houden woningen schoon en intact Iedere renovatieprofessional wil in zijn dagelijkse werk voorkomen dat bewoners ontevreden zijn en klachten hebben over het werk. Om te voorkomen dat er, tijdens de renovatie, vervuiling of beschadiging optreedt in de woning, zijn tijdelijke beschermingsmaterialen de oplossing. Er is een ruime keuze aan beschermmaterialen voor vloeren, trappen, deuren en kozijnen, maar ook voor keukens, sanitair en liften. Welk materiaal past nu waar het best? Informatie: www.easydek.nl

RkJQdWJsaXNoZXIy NTI5MDA=