RenovatieTotaal 5 - 2023

50 nr. 5 September 2023 Installatienieuws Minister De Jonge onderzoekt uitbreiding ISDE met ventilatiesystemen Een subsidie voor energiebesparende ventilatiesystemen voor woningeigenaren is in de maak. Minister Hugo de Jonge heeft half juli in een brief aan de Tweede Kamer aangegeven dat hij deze subsidiemogelijkheid onderzoekt. Momenteel bestaan er al subsidies voor energiezuinige ventilatiesystemen in verschillende regelingen. In de subsidies voor VvE’s, particuliere verhuurders en maatschappelijk vastgoed is subsidie beschikbaar voor energiezuinige ventilatiesystmen. Het gaat dan om het aanleggen van een systeem voor een vraaggestuurde ventilatie of balansventilatie met warmteterugwinning met een rendement van ten minste 90%. Ook de middelen vanuit de Specifieke uitkering (SPUK) Lokale Aanpak Isolatie kunnen gemeenten gebruiken voor deze ventilatiemaatregelen. Maar voor particulilere woningeigenaren was die mogelijkheid er nog niet. Daarvoor is de ISDE-regeling het meest geschikt. En De Jonge kijkt nu om energiezuinige ventilatie op te nemen in de ISDE. “Hierbij wordt gekeken naar doelmatigheid, budgettaire dekking, de precieze voorwaarden en de uitvoerbaarheid van de regeling. Ook wordt de eventuele wijziging besproken met stakeholders. De uitkomsten hiervan zouden per 2025 ingevoerd kunnen worden. Daarbij wordt bezien of een wijziging met terugwerkende kracht per 1 januari 2024 kan gelden”, aldus De Jonge in zijn brief aan de Tweede Kamer. Remeha opent grootste warmtepompfabriek van Nederland Remeha heeft in augustus officieel haar nieuwste warmtepompfabriek in Apeldoorn geopend. Demissionair ministers Hugo de Jonge (Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening) en Rob Jetten (Klimaat en Energie) waren bij de opening aanwezig. In deze grootste warmtepompfabriek van Nederland lopen dit jaar nog 50.000 hybride warmtepompen van de band. Vanaf volgend jaar kan de productiecapaciteit worden opgeschaald naar 140.000 exemplaren. Het realiseren van productiecapaciteit is een belangrijke voorwaarde voor het versnellen van de energietransitie. De fabriek in Apeldoorn, waar 100 werknemers werken, richt zich voornamelijk op de Nederlandse markt, waarna België en Duitsland volgen. Hybride warmtepompen worden internationaal steeds meer toegepast, met name in de bestaande bouw. CVketel en warmtepomp werken hierbij samen om zo efficiënt mogelijk te voorzien in warmte en warm water. Uit recent praktijkonderzoek in ons land, in 120 uiteenlopende type woningen, bleek een gemiddelde reductie van het gasverbruik van 75% en een totale jaarlijkse besparing van bijna € 1.000,- per woning mogelijk (uitgaande van energietarieven volgens het prijsplafond). Leveringsachterstanden ingelopen Arthur van Schayk, algemeen directeur van Remeha: “De opening van deze fabriek zal de beschikbaarheid van hybride warmtepompen in de Nederlandse markt aanzienlijk gaan helpen. In september verwachten wij de leveringsachterstanden helemaal te hebben ingelopen.” Substantiële opschaling van de productiecapaciteit van warmtepompen is onderdeel van het ‘Actieplan Hybride Warmtepompen 2022 - 2024’. Hierbij spannen overheid en industrie zich in om de productiecapaciteit op te schalen en tegelijkertijd de productiekosten te verlagen, de gemiddelde installatietijd te verkorten en een groei van het aantal installateurs te realiseren. Ook worden publiekscampagnes ingezet om de informatievoorziening aan consumenten te verbeteren. Per 1 januari 2026 worden eisen gesteld aan de efficiëntie van de verwarmingsinstallatie. Dat betekent dat bij vervanging van een cv-ketel gekozen dient te worden voor een duurzamer alternatief, bijvoorbeeld de combinatie van cvketel met een hybride warmtepomp. Grotere installatiecapaciteit noodzakelijk Nu de beschikbaarheid van warmtepompen op orde is, vormt de installatiecapaciteit een bepalende factor in de versnelling van de energietransitie. Remeha traint jaarlijks meer dan 5.000 installateurs om hen te helpen de warmtepompen zo efficiënt mogelijk te kunnen installeren. Bij de ontwikkeling van nieuwe warmtepompen speelt een hoge mate van efficiency en gemak tijdens installatie en inbedrijfstelling een steeds belangrijkere rol. In Nederland verwacht Vereniging Warmtepompen over 2023 een groei van 60% tot 170.000 exemplaren in de woningbouw. Warmtepompen spelen een belangrijke en groeiende rol in de energietransitie van de gebouwde omgeving. Belangrijke update voor ISSO-publicatie 74 over thermisch binnenklimaat Wie in Nederland het thermisch binnenklimaat in utiliteitsgebouwen wil bepalen, gebruikt daarvoor in de meeste gevallen de kennis uit ISSOpublicatie 74. Deze methode bevat privaatrechtelijke eisen voor de bovengrenzen van de binnentemperatuur die in temperatuuroverschrijdingsberekeningen (TO-berekeningen) worden gebruikt. In 2014 vond de laatste herziening van ISSO-publicatie 74 plaats. Sinds die tijd is er veel ervaring opgedaan met de ATG-methode. Ook zijn er verschillende onderzoeken gedaan naar de dynamische aspecten van het thermisch comfort en de geldigheid van kwaliteitsklassen zoals die in de ISSO-publicatie 74 staan. Een grondige herziening van deze methode is dan ook vereist om deze inzichten te verwerken. Onderzoeksresultaten verwerken Het doel van een geactualiseerde versie van ISSOpublicatie 74 is dan ook dat de resultaten uit recent onderzoek (van onder meer TKI, DYNKA, Binnenklimaat en Adaptief Thermisch Comfort, Kurvers en Leijten) erin worden opgenomen. Verder zullen wijzigingen in het Bouwbesluit 2012 die per 1 januari 2024 in werking treden in de publicatie terug te zien zijn. Ook willen we wijzigingen in Europese normensets rondom binnenklimaat en harmonisatie van begrippen erin verwerken, evenals systeemeisen uit de EPBD die gelden bij toepassing van lokale koeling met ruimteregeling. Daarnaast zijn er updates van de NTA 8800 die nog niet met de kennis in deze publicatie corresponderen. Een extra doel bij de actualisatie van ISSO-publicatie 74 is het opstellen van een plan voor de herziening van ISSOpublicatie 32. Ook deze zal in de toekomst een update moeten krijgen omdat hierin de uitgangspunten staan voor de temperatuuroverschrijdingsberekeningen. Deze publicatie is nog uit 2010 en ongetwijfeld moeten ook hierin bepaalde getallen worden aangepast. Dit wordt opgepakt in een separaat project.

RkJQdWJsaXNoZXIy NTI5MDA=