RenovatieTotaal 2 - 2021
Beschermd voor de komende 10 jaar. Sigma S2U Allure: de ultieme bescherming voor buitenhoutwerk. Buitenwerk heeft het zwaar te verduren. Sigma S2U Allure, met het Dual Guard System ® , zorgt ervoor dat het houtwerk voorde komende jaren optimaal is beschermd, weer of geen weer. Ga voor meer informatie naar een Sigma verkooppunt of kijk op sigma.nl. 27 nr. 2 April 2021 Bouwhistorie Veel originele details in stationsgebouw van Kesteren Bouwhistorisch onderzoek wordt steeds vaker gevraagd bij restauratie, verduurzaming en transformatie van monumentale gebouwen. Maar wat is bouwhistorie? Wanneer is bouwhistorisch onderzoek verplicht? Wanneer laat je het uitvoeren en hoe gaat bouwhistorisch onderzoek in zijn werk? En is bouwhistorisch onderzoek een noodzakelijk kwaad en kost het alleen maar geld, of levert bouwhistorisch onderzoek een positieve bijdrage aan het planproces? In deze nieuwe rubriek ‘Bouwhis- torie’ is het de bedoeling elke keer een kant van bouwhistorie te belich- ten en de hierboven genoemde vragen door een bouwhistoricus te laten beantwoorden. In dit eerste artikel staat de bouwhistorie van het stationsgebouw in het Gelderse Kesteren centraal. Auteur: Willard van Reenen, bouwhistoricus en docent B ouwhistorie kun je omschrijven als de geschiedenis van het bouwen, het bouwvak, de con- structies en de materialen in samen- hang met de gebouwde omgeving. Een bouwhistoricus doet onderzoek naar deze geschiedenis en ontleent de onderzoeksgegevens uit archieven, archeologisch materiaal, literatuur, oude afbeeldingen e.d. Maar de belangrijkste bron van onderzoek is het gebouw zelf. Het gebouw is als het ware een reservoir van historische gegevens en het is aan de bouwhisto- ricus om het gebouw te lezen en in samenhang met archivalia de geschie- denis van een gebouw en de verschil- lende bouwfaseringen te achterhalen. Gebouwen vertellen ons op welke wijze onze voorouders leefden, woon- den en werkten en hoe zij de samen- leving hebben vormgegeven. Iedereen die zich bezighoudt met het cultureel erfgoed, heeft tot taak dit erfgoed zo goed mogelijk door te geven naar de volgende generatie. Bouwhistorisch onderzoek is hierbij een belangrijke schakel en het ver- trekpunt voor het restaureren, ver- duurzamen of transformeren van monumenten. Stationsgebouw Kesteren Zo ook met het stationsgebouw van Kesteren uit 1885. Om te komen tot historisch verantwoorde ingrepen is bouwhistorisch onderzoek verricht. Er was in het recente verleden al cul- tuurhistorisch onderzoek gedaan waarbij de focus lag op de historische Het stations gebouw van Kesteren. Afbeelding: J.J. van Dijk. context van het complete stations- complex. Aan mij de vraag verder tot op detail in te zoomen op de bouw- historische aspecten van de beide nog bestaande gebouwen (stationsgebouw en dienstwoning). Door de ligging tussen twee spoorlijnen die in Keste- ren splitsen/samenkomen, wordt van- wege de vorm van het stationscom- plex het station van Kesteren een vork- of wigstation genoemd. Het is een zogenaamd dubbel stationsge- gers en bevatte een vestibule, wacht kamers en toiletten. Oorspronkelijke gebouwstructuur Belangrijk voor het bouwhistorisch onderzoek bij dit gebouw is dan te achterhalen in hoeverre de oorspron- kelijke gebouwstructuur met logistie- ke routes nog aanwezig is, alsmede hoeveel van de oorspronkelijke bouw- massa met afwerkingen eveneens nog aanwezig is en de verbouwingen, de oorlogsschade en een brand hebben doorstaan. Alleen het pleingebouw met een deel van het tussenlid is nog aanwezig, maar van wat er nog is bleek verrassend genoeg nog veel ori- gineel werk te bevatten, meer dan in eerste instantie gedacht. Op basis van het onderzoek is een waardestelling gemaakt met een waardestellingsre- presentatietekening als onderlegger voor de architect om zoveel mogelijk rekening te houden met de verschil- lende historische waarden van dit stationsgebouw. Bijzonder bouwhistorisch fenomeen Vaak kom je de prachtigste details tegen waaruit blijkt dat men vroeger veel materiaalkennis had alsmede kennis van gedrag van materialen. En dat men erover nadacht. Zo werden de meest eenvoudige oplossingen bedacht voor schijnbaar moeilijke bouwkundige details. Op de foto linksonder is een gietijzeren goot te zien die wordt gedragen door gietijze- ren consoles zoals die zijn toegepast bij het stationsgebouw van Kesteren. De gietijzeren elementen van de goot worden aan elkaar gebout en met een pakking van jijntouw of lording waterdicht gemaakt. Jijntouw of lor- ding bestaat uit drie ineengedraaide hennepstrengen die in koolteer zijn gedompeld. Mocht zo’n verbinding met jijntouw of lording op den duur niet waterdicht blijken te zijn, dan dienden de consoles tegelijkertijd als spuwer voor het lekwater tussen de gootdelen van de gevel. Eenvoudig, doeltreffend en doordacht om het inwateren van de constructie en lekstrepen op de gevel te voorkomen. Als innovatieve historische oplossing bij gietijzeren goten heeft het een hoge bouwhistorische waarde en is het behouden meer dan waard. De gietijzeren goten worden in het midden van de gootelementen gedragen door een uitgemetselde console en aan de uiteinden door gietijzeren consoles. Die kunnen lekwater bij de verbindingen van de gevel afhouden. Afbeelding: W.G. van Reenen. bouw dwars tussen de beide spoorlij- nen. In dit dubbel stationsgebouw waren van origine twee spoorweg- maatschappijen ondergebracht, de MESS en de HIJSM. Deels met gemeenschappelijke ruimten en deels met specifiek eigen ruimten, zoals de beide plaatskaartenkantoren voor de MESS en HIJSM. Beide maatschappij- en hadden een deel van het emplace- ment. Pleingebouw Van origine bestond het stationsge- bouw uit een pleingebouw, een tussen- lid en een perrongebouw. Het pleinge- bouw was voor het stationspersoneel met ondersteunende functies, zoals post en telegraaf. De huidige aanbouw aan de achterzijde vormde – voor de sloop van het perrongebouw in 1963 – het tussenlid tussen het pleingebouw en het perrongebouw. In dit tussenlid was een centrale middengang aanwe- zig met aan de noordzijde het plaats- kaartenkantoor van de HIJSM en aan de zuidzijde het plaatskaartenkantoor van de MESS. De loketten van beide plaatskaartenkantoren kwamen uit in de vestibule van het perrongebouw. Het perrongebouw was voor de reizi-
Made with FlippingBook
RkJQdWJsaXNoZXIy NTI5MDA=