RenovatieTotaal 2 - 2020

11 nr. 2 April 2020 Thema Onderhoud: Proces Uitvoerbaarheid duurzame ambities bij onderhoud is flinke opgave Onderhoud en renovaties gaan hand in hand, en zeker als tegelijkertijd duurzaamheidsvraagstukken kunnen worden opgelost. Daarbij komt steeds vaker circulariteit kijken, want kun je nu al in onder- houd en renovatie rekening houden met de gebruikte materialen zodat het over 10 tot 30 jaar weer opnieuw gebruikt kan worden? Veel grote woningeigenaren, zoals woningcorporaties, stellen die vraag aan hun onderhoudspartners. Zo ook woningcorporatie Wonion uit het Achterhoekse Ul , die bij wijze van pilot een aantal blokken van in totaal circa 80 senioren- en eensgezinswoningen in en rondom Ul circulair willen onderhouden. Maar dat blijkt nog best een flinke opgave te zijn. Auteur: Harmen Weijer W onion is als woningcorporatie ambitieus en pakt de verduur- zamingsopgave stevig aan, vertelt Ingrid Pierik van Wonion. “Denk aan nul-op-de-meter nieuwbouwwo- ningen. Ook met onze bestaande woningvoorraad willen we zo duur- zaam en circulair mogelijk renoveren en onderhouden. Daarvoor hebben we onze vier onderhoudspartners gevraagd mee te denken om een aantal blokken seniorenwoningen nul-op-de-meter te krijgen en op een circulaire wijze.” Die ambitie bleek toch te hoog gegre- pen, niet in de laatste plaats omdat in de sector nog weinig bekend is over cir- culair renoveren en onderhouden. “We werden daarbij ondersteund door een promovenda van de TU Delft, Anne van Stijn, die bij ons en nog twee corpora- ties en een aannemer onderzoek doet voor haar promotie op het gebied van circulair renoveren. Zij heeft in een aantal workshops de onderhoudspart- ners meegegeven wat circulair precies is, hoe ga je daarmee om? Dat was een lastige zoektocht. En wat wij en onze partners in deze workshops hebben geleerd: er is geen klip en klaar ant- woord op de vraag: wat is nu circulari- teit? Want kiezen we in een renovatie nu voor zinken of kunststof dakgoten als die vervangen moeten worden? Alles valt of staat met hoe lang het blijft zit- ten, en wat je met die materialen doet aan het eind van de looptijd? Dat is heel ingewikkeld, want dan kijk je tientallen jaren vooruit. We weten als corporatie helemaal niet meer waar die materialen over 40 jaar naar terug moeten.” Wegingen Om die lastige uitvraag naar de onderhoudspartners te vereenvoudi- De milieu-impact van materialen is te verminderen door bijvoorbeeld biobased materialen of biologisch herbruikbare materialen te gebruiken of materialen die oneindig kunnen worden hergebruikt. Wonion zet met twee van de vier onderhoudspartners, Lenferink en De Variabele, een proef op met 25 eenge- zinswoningen, waar op een circulaire wijze groot onderhoud wordt gepleegd. gen, heeft Wonion met twee van de vier onderhoudspartners, Lenferink en De Variabele, een proef opgezet met 25 eengezinswoningen. Dit jaar moet dat leiden tot 1 of 2 proefwo- ningen, voordat de rest uitgevoerd wordt. “We hebben daarbij iets min- der ambitieuze uitgangspunten bijge- nomen, dus niet nul-op-de-meter waarbij tot maximaal een warmte- vraag van 30 kWh/m 2 gerenoveerd moet worden. Maar we kiezen bij- voorbeeld voor 50 kWh/m 2 . En we onderzoeken of we de bestaande schil handhaven met een kleine aanpassing van de isolatie, of dat we een nieuwe, beter geisoleerde schil gaan aanbren- gen. Daarnaast kijken we heel kritisch naar de materialen, zoals het glas: kunnen we een folie gebruiken voor meer isolatie, zodat het huidige glas kan blijven zitten? Ook de dakpannen bekijken we goed: die kunnen nog wel 10 jaar mee, maar geen 30 jaar. Dus hoe pakken we die in combinatie met zonnepanelen aan? Hebben die dakpannen met zonnepanelen nog wel veel te lijden van weersinvloeden? We testen daarom die dakpannen op hun sterkte. De resultaten uit die tes- ten kunnen we ook weer gebruiken bij de andere plukjes woningen.” Kozijnen Bij deze wegingen is Lenferink nauw betrokken, vertelt Herman Boerma, programmamanager Duurzaamheid bij Lenferink. “We kijken hierbij naar het einddoel en onderzoeken wat kan en moet gebeuren om dat einddoel zo kos- tenef§iciënt en duurzaam mogelijk te behalen met voldoende comfort voor de bewoners, backcasting dus. Zo hebben we inmiddels besloten om bij het eerste deel van het pro- ject de kozijnen niet te vervangen. Die zijn 20 jaar oud en van kunst- stof, en ze zijn nog goed genoeg. We vervangen wel het glas door HR++-glas, want dat past in de bestaande kozijnen in tegenstelling tot triple-glas. Ook op het gebied van dakisolatie denken we er aan om van binnenuit te isoleren”, aldus Boerma. Aanvankelijk zou al in 2019 groot onderhoud en renovaties plaats- vinden aan de eerste serie senio- renwoningen. “Dat is dus nu nog niet gebeurd, maar gelukkig zijn de bewoners niet ongerust. Die staan meestal niet te springen om dit soort forse renovaties. Daarnaast liggen de prijzen voor renovaties als deze nog veel te hoog, niet eens vanwege de nul-op-de-meter maatregelen, maar vooral omdat deze woningen veel kleine hoekjes en uitbouwen kennen. Die detail- lering kost veel meer werk en daar- mee geld, dan recht-toe-recht-aan werk. Dat hebben we ook uitgelegd aan onze bewoners. Het blijft een zoektocht, maar doordat we zo met duurzaamheid en circulariteit bezig zijn, doet dat wel wat met de denk- en werkwijze, van onszelf en van onze partners”, besluit Pierik.

RkJQdWJsaXNoZXIy NTI5MDA=